Tsunami's treden langs de Grote Oceaan geregeld op. In de vorige eeuw werden er daar bijna 800 waargenomen. Zo verwoestend als de tsunami van 11 maart in Japan zijn ze echter slechts incidenteel. Op 11 maart 2011 werd Japan getroffen door een van de zwaarste aardbevingen in zijn geschiedenis.
De kans dat een tsunami in Nederland voorkomt, is gelukkig heel erg klein. Voor een tsunami heb je naast een ondergrondse zeebeving namelijk ook veel zeewater nodig. De Noordzee is voor een zee erg ondiep.
Het is een van de grootste rampen van de afgelopen 20 jaar: de tsunami in Zuidoost-Azië. Op tweede kerstdag 2004 veroorzaakte een zeebeving een verwoestende vloedgolf. Ruim 227.000 mensen kwamen om.
Wanneer de golf in ondieper water komt en de kustgebieden bereikt, neemt de golfhoogte zeer sterk toe. Dit kan leiden tot grote overstromingen met alle gevolgen van dien. Door het bijdraaien van de golf naar de ondiepten toe, kunnen ook gebieden aan de lijzijde zwaar getroffen worden. Tsunami's zijn niet te voorkomen.
Tsunami's kwamen in de loop van de geschiedenis veelvuldig voor. De meest bekende en meest verwoestende tsunami in de recente tijd is ongetwijfeld deze van 26 december 2004, die de kustlijn van de landen rond de Golf van Bengalen overspoelde. Nog recenter is de tsunami van 11 maart 2011.
Doordat langs de randen van de Grote Oceaan en de Indische Oceaan veelvuldig aard- en zeebevingen voorkomen zien we hier de meeste tsunami's. In de Atlantische Oceaan komen dit soort zeer zware zeebevingen niet voor en ook aan de zuidelijke Noordzeekust is de kans op tsunami's heel gering.
Wat is een tsunami? Tsunami's zijn eigenlijk hele hoge golven die gehele kustgebieden volledig kunnen verwoesten. De bekendste en een van de schadelijkste tsunami's was die van Indonesië in 2004, waar 230.000 mensen overleden zijn door de golf en nog eens 2,5 miljoen mensen hun huis voor goed moesten verlaten.
De eerste tekenen van een tsunami herkennen
Kustbewoners moeten leren dat als de kustlijn zich plotseling heel sterk terugtrekt, er een grote golf aankomt. Dieren die plotseling na een aardbeving, zeebeving of vulkaanuitbarsting naar hoger gelegen gebieden vluchten is meestal een teken dat er iets vreselijks aan komt.
De golven die daarbij ontstaan -tsunami's of havengolven- kunnen een lengte van meer dan 100 kilometer bereiken. Het kan dan een uur duren voor de volgende golf arriveert. Ter vergelijking: de wind maakt golven van amper 150 meter, die elkaar binnen tientallen seconden opvolgen.
Twee zware aardbevingen in Papua Nieuw-Guinea (Indonesië) hebben vier mensen het leven gekost. Er ontstond een kleine tsunami voor de kust van Japan, maar die stichtte geen gevaar.
Tsunami's komen het meest voor rondom de Grote Oceaan, omdat langs alle randen van deze oceaan door platentektoniek veelvuldig aardbevingen plaatsvinden.
Nederlanders collecteerden ruim 208 miljoen euro voor hulp aan slachtoffers. Dankzij uw bijdragen aan Giro555 kregen 3 miljoen mensen hulp.
Tsunami's zijn in de diepe oceaan vaak niet meer dan een meter hoog en worden er daardoor niet of nauwelijks opgemerkt; in ondiepe kustwateren neemt de golfhoogte sterk toe. (Bron: NOAA Environmental Visualization Laboratory). 5b (muis op beeld): Diepte van de Grote Oceaan.
Naast de duizenden doden, zorgde de tsunami ook voor miljarden euro schade. Grote delen van de kustgebieden werden helemaal weggevaagd. Zo zonken meer dan 400 boten en raakten er meer dan 1.180 beschadigd. Ruim 5,5 miljoen mensen raakten dakloos.
Door een zeebeving ontstond op 26 december 2004 voor het Indonesische eiland Sumatra een enorme vloedgolf, een tsunami. Die trof grote delen van de kusten van Azië en Oost-Afrika. Naar schatting stierven hierdoor 280.000 mensen. Het merendeel van de dodelijke slachtoffers viel op Sumatra.
Deze sensoren liggen op de bodem en kunnen een tsunami midden op de oceaan opmerken. Het zijn een soort weegschalen die de druk van het water op de zeebodem meten. Als er een tsunami-golf voorbij komt, neemt de hoeveelheid water boven op de sensor toe en wordt er een toename in de druk gemeten.
- De vermoedelijke eerste: 6000 à 6200 v. Chr. De eerste tsunami waarvan sporen zijn teruggevonden, sloeg toe aan de oostkust van Schotland, zuidwest-Noorwegen en op de Shetland-eilanden. Oorzaak was een onderzeese aardverschuiving in het Storegga-gebied, 100 kilometer uit de kust van zuidwest-Noorwegen.
Een tsunami kan ontstaan als gevolg van een aardbeving op zee. Tegen de kracht waarmee zo'n golf zich vervolgens op het land gooit is geen duin of deltawerk bestand. Tsunami is de combinatie van de Japanse woorden voor 'haven' ('tsu') en 'golf' ('nami'): Een tsunami is dus een hoge havengolf.
Tsunami's door meteorologische phenomenen ontstaan als golven worden gegenereerd van dezelfde snelheid als de al bestaande golven. Voorbeelden van deze fenomenen zijn bijvoorbeeld tropische stormen, orkanen, een weerfront en grote atmosferische drukverschillen.
Vulkanen. Tsunami's kunnen ook veroorzaakt worden door een vulkaanuitbarsting, zowel aan land als onder water. Wanneer een uitbarsting op het land plaats vindt krijg je hetzelfde effect als bij de aardverschuiving namelijk en vloedgolf die tot stand komt door puin of lava, afkomstig van de vulkaan.
Op 26 december 2004 sloegen golven van tientallen meters hoog over de kust van Atjeh, de Indonesische provincie in het uiterste noordwesten van Sumatra. Vlak voor de kust vond een zeebeving plaats die een verwoestende tsunami veroorzaakte die overal langs de Indische Oceaan de kusten teisterde, tot aan Somalië toe.
Na aftrek van de actiekosten en een reservering voor Giro555-bureaukosten wordt het geld verdeeld over de deelnemende organisaties. De penningmeester van Giro555 zorgt dat het geld volgens de verdeelsleutel wordt overgemaakt aan de deelnemende organisaties, die dit direct inzetten voor hulpverlening ter plaatse.