Bij autofocus (AF) stelt je camera automatisch scherp op het onderwerp. Je camera meet verschillende soorten contrasten en daar kan hij goed scherpstellen. Wanneer het contrast optimaal is, is ook de optimale scherpte bereikt. Autofocus werkt dus minder goed wanneer er weinig/geen contrast is op je onderwerp.
Als je camera niet scherpstelt, zit je misschien te dicht op je onderwerp. Elke lens heeft een minimale scherpstelafstand. Is het onderwerp te dichterbij, dan kun je niet scherpstellen. Neem iets meer afstand en focus opnieuw op je onderwerp totdat deze scherp in beeld is.
Eén van de meest voorkomende oorzaken van onscherpe foto's, is een te lange sluitertijd. Hoe langer de sluiter open staat, hoe meer licht er op de sensor komt. Maar ook: hoe meer kans je hebt dat je foto bewogen wordt, door kleine trillingen in je hand of zelfs van het statief.
De eerste methode is het vergroten van de afbeelding zelf. Ga bovenaan in het Adobe ® Photoshop ®-venster naar: Afbeelding > Afbeeldingsgrootte of gebruik de sneltoets Alt + Ctrl + I. Er verschijnt een nieuw venster waarin je de resolutie van de afbeelding kunt wijzigen.
Schakel autofocus in door de schakelaar op je objectief (indien aanwezig) van MF (handmatige scherpstelling) op AF te zetten. Anders kies je, afhankelijk van de camera, de scherpstelmodus AF in het cameramenu. Je kunt ook de pijltjestoetsen of de speciale schakelaar op de camera (indien aanwezig) gebruiken.
Foto's die bij weinig licht zijn gemaakt, kunnen er korrelig of gespikkeld uitzien. Dit wordt ook wel ruis genoemd. Je kunt de ruis in foto's verminderen of verwijderen.
Als je foto's en video's wazig zijn of als de camera niet goed scherpstelt, maak je de cameralens schoon. Als je telefoon een lasersensor heeft, maak je deze ook schoon. Bekijk waar de lens en sensor zich bevinden op je Pixel-telefoon of Nexus-apparaat.
Ga naar de rechter
Als een camera de openbare weg of uw woning of tuin filmt, gelden de regels van de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG). Houden uw buren zich niet aan deze regels? Dan kunt u de rechter vragen of de camera weg kan. Hiervoor heeft u een advocaat nodig.
Een ander hulpmiddel bij handmatige scherpstelling is de optie Scherpstelgeleiding. Het is een functie uniek voor het spiegelloze R-systeem en werkt met een visuele hulp, waarbij je op het LCD/EVF drie driehoekjes boven het focuspunt ziet, die je moet uitlijnen door aan de scherpstelring te draaien.
Verbeter op Android-toestellen of de iPhone/iPad eenvoudig eigen foto's met Google Foto's. Pas bijvoorbeeld de belichting of het contrast aan.
Zoom je meer in of pak je een lens met een grote brandpuntsafstand (meer millimeters), dan krijg je een kleinere scherptediepte. Bij een groothoek opname is bijna altijd alles scherp, bij een grote telelens is er zo een smal gebied scherp dat je al snel een wazige achtergrond krijgt.
Voor een goed verlichte en scherpe foto moet je met diafragma in de weer. Als onderdeel van de belichtingsdriehoek bepaalt diafragma hoeveel licht er binnen in de camera kan komen.
Druk de ontspanknop half in om scherp te stellen. Als de camera kan scherpstellen, verandert het scherpstelpunt van rood in groen; de scherpstelling vergrendelt terwijl de ontspanknop half wordt ingedrukt. Als de camera niet kan scherpstellen, knippert het scherpstelpunt rood.
Op veel systeemcamera's vind je bovenop het toestel een draaiwieltje. Door dit wiel naar rechts te draaien verkort je de sluitertijd. Als je het wieltje naar links draait, maak je de sluitertijd langer. Vaak stel je de sluitertijd ook in via het scherm of via de bedieningsknoppen van je camera.
Juiste resoluties
Bij het afdrukken van foto's raden wij aan om minimaal een DPI te gebruiken van 250. De kwaliteit van het drukwerk wordt nog mooier bij een DPI van 300. Een DPI boven de 300 maakt vaak geen verschil, omdat dit niet met het blote oog waar te nemen is.
De beeldkwaliteit van een digitale camera is beter dan die van een smartphone. Dat komt vooral door de grootte van de beeldsensor. Het voordeel hiervan is dat je ook bij weinig licht duidelijke foto's schiet. Daarnaast heeft de camera van een smartphone in bijna alle gevallen alleen digitale zoom.
De basisprincipes die iedere beginnende fotograaf moet kennen zijn diafragma, sluitertijd en ISO-waarde. Diafragma is de grootte van de lensopening, sluitertijd staat voor hoe lang de sluiter open blijft, en de ISO-waarde regelt de lichtgevoeligheid van de sensor.