Saté (sateh, spreek uit: 'SA-teh') is een van oorsprong Indonesisch gerecht: blokjes gemarineerd vlees worden geregen aan spiesjes gemaakt van hout of bamboe. Het vlees wordt gegrild boven houtskool. De naam saté wordt soms ook gebruikt voor de pindasaus die bij de stokjes wordt geserveerd.
De originele betekenis van saté is een 'houten prikker met stukjes vlees'. Het gaat dus echt om het vlees dat op een bepaalde manier gesneden en geserveerd wordt. In Nederland wordt saté en satésaus nogal eens door elkaar gehaald. Satésaus is de saus op basis van pinda's (geen pindasaus) die erbij wordt geserveerd.
Saté is van oorsprong een Indonesisch en Maleisisch gerecht, bestaande uit drie of meer stukjes geroosterd vlees op een dunne houten spies, meestal van bamboe. De Indonesische naam ervoor is sate (soms ook sateh of satai). In Maleisië en Singapore komt men het vaak tegen als satay.
Roosteren op een grill is 't niet. Bij voorkeur wordt saté met een ketjap- of pindasaus geserveerd. Zelfgemaakt om het lekker te laten zijn.
De onderzoeker zegt zelfgemaakt het lekkerst te vinden. Het best uit de test kwam een Verstegen-variant met de naam Kant & Klare Satésaus natriumarm. Het testoordeel voor deze uitschieter is een 9,5 op een schaal van 0 tot 10. Ook Inproba scoort hoogt met de Satésaus kant en klaar.
Met 1 kilo kipfilet kun je circa 32-35 stokjes (4 per persoon bij 8 personen) maken. Als bijgerecht bij nasi goreng bijvoorbeeld is dat voldoende. Als hoofdgerecht met stokbrood, lontong, gebakken uitjes, atjar tjampoer e.d. zou ik er zo`n 8 tot 10 per persoon serveren.
satés (meerv.)
Pindasaus heeft zijn oorsprong liggen in de voormalige kolonie van Nederland in Indonesië. Deze saus is samen met gerechten zoals bami goreng, nasi goreng en kroepoek door de Indische Nederlanders naar Nederland meegebracht. De saus wordt gemaakt van een pasta van gemalen pinda's, oftewel pindakaas.
satés (meerv.) Verbuigingen: sateetje (meerv.)
Conclusie. Pindasaus en satésaus zijn van oudsher niet hetzelfde - al is dit vooral een puristenkwestie. Pindasaus is een saus op basis van pinda's en met satésaus worden alle sauzen voor bij de saté bedoeld.
Verwarring rond pindasaus of satésaus
Ratu Culinair legt het uit: met saté wordt het vlees op een stokje bedoeld. En dus alle saus die je over de saté giet, is satésaus. Dit kan dus ook ketjapsaus of mayonaise of appelmoes zijn.
Saté is van oorsprong een Indonesisch en Maleisisch gerecht, bestaande uit drie of meer stukjes geroosterd vlees op een dunne houten spies, meestal van bamboe. De Indonesische naam ervoor is sate (soms ook sateh of satai). In Maleisië en Singapore komt men het vaak tegen als satay.
Satésaus is eigenlijk een verzameling voor meerdere sauzen die je bij de saté kunt eten. Pindasaus daarentegen is gemaakt van pinda's of pindakaas. Maar we bedoelen in Nederland met beide namen eigenlijk dezelfde saus, die in de volksmond omschreven wordt als satésaus.
Saté wordt gemaakt van kip (Saté Ayam), varkensvlees (Saté Babi), geitenvlees (Saté Kambing) of garnalen (Saté Udung). Maar er zijn inmiddels ook vele vegetarische varianten, bijvoorbeeld met de vleesvervanger tempeh. Het vlees wordt gemarineerd en geroosterd en overgoten met een lekkere saus.
Als het woord op een y eindigt (zonder andere klinker ervoor) of op een enkele u die als oe wordt uitgesproken, gebruik je een apostrof: baby - baby'tje. lolly - lolly'tje. tiramisu - tiramisu'tje.
Bij afbrekingen verdwijnen apostrofs en trema's, en bij de verkleinvorm ook een eventuele dubbele letter: baby'tje wordt baby-tje, ruïne wordt ru-ine, colaatje wordt cola-tje.
In het meervoud gebruiken we een apostrof als het grondwoord op een enkele klinker eindigt, in het verkleinwoord verdubbelen we het klinkerteken. Zo hebben we auto's en autootjes. In 'autoke' wordt de klinker niet verdubbeld. Het wordt eenvoudiger als je consequent een apostrof gebruikt: auto's, auto'tje, auto'ke.
Kipsaté van de BBQ
Voor het beste resultaat marineer je namelijk de kip minimaal 1 dag van te voren. Dan kunnen de smaken goed intrekken en krijg je simpelweg het beste resultaat.
Hoeveelheid per persoon berekenen
Wil je gevogelte op tafel zetten, bijvoorbeeld kip, fazant, duif of kalkoen? Houd dan rekening met 400 a 500 gram per persoon.
Snel-afvallen-dieet dag 1
Eet bij het avondeten 100 gram kipfilet, kalkoenfilet of vis (eventueel bakken in een kleine hoeveelheid olijfolie).