Aanspreken op gedrag Wanneer negeren niet werkt, kun je het kind aanspreken op zijn/haar gedrag. Benoem concreet het gedrag dat je graag wel wil zien. Je kunt dit op een duidelijke manier aangeven, zonder boos te worden. Een punt aangeven dat het kind al wel goed doet, kan hierbij ook helpen.
Duidelijkheid geven
Op lastig gedrag van je kind kun je het beste reageren door rustig te blijven. Schreeuwen of harder praten helpt niet. Sla je kind nooit, ook niet als het jou slaat. Zeg duidelijk welk gedrag niet mag en leg uit waarom niet.
Bespreek iemands gedrag, niet zijn houding of eigenaardigheden. Beschrijf alleen concrete waarnemingen van en ervaringen met zijn gedrag. Plak hem geen label op, stop hem niet in een hokje. Geef rustig en duidelijk aan hoe jij de situatie beleeft, wat je voelt en wat je wilt.
Wees duidelijk, zelfverzekerd, comfortabel en verbindend: Breng deze vier C's van gezonde grenzen in de praktijk door te zeggen wat je bedoelt in de eenvoudigste bewoordingen die mogelijk zijn, met overtuiging en genoeg comfort dat je je stem niet hoeft te verheffen of er overdreven serieus over hoeft te zijn. Dit is het krachtigst als het met echte genegenheid wordt gedaan.
Door kinderen mee te geven dat je met respect praat over de mensen om je heen, leer je kinderen de kwaliteiten en positieve kanten van iemand anders te zien en te waarderen. Je kunt kinderen leren op hun beurt te wachten, te luisteren naar elkaar, vragen te stellen aan elkaar en anderen te helpen.
De meest voorkomende disruptieve gedragsstoornissen zijn oppositioneel-opstandige stoornis (ODD), gedragsstoornis (CD) en aandachtstekortstoornis met hyperactiviteit (ADHD) . Jongens hebben meer kans dan meisjes om aan gedragsstoornissen te lijden.
Storend gedrag wordt gestoord gedrag als het terzelfdertijd leed veroorzaakt bij de persoon zelf (bijv.niet aanvaard worden in de samenleving) en/of bij de onmiddellijke omgeving (ouders, school, …). Het kan gaan over agressie, criminele feiten, liegen of het zich niet kunnen houden aan regels.
Wat is oncollegiaal gedrag? Oncollegiaal gedrag wordt ook wel als egocentrisch gedrag gezien. Wanneer je oncollegiaal bent, denk je vooral aan jezelf en het behalen van je eigen doelen.Je stelt je niet behulpzaam op, trekt je weinig aan van je collega's en gaat voor eigen gewin.
Houd uw confrontatie kalm, beheerst en beheerst . Het is meestal het beste om iemand te confronteren met een paar korte, feitelijke, bondige uitspraken. Zeg wat u moet zeggen, maar probeer de ander niet de schuld te geven. Houd in gedachten dat het misschien niet allemaal hun schuld is.
De naam 'Triple P' staat voor 'Positive Parenting Program' en is een methode voor opvoedingsondersteuning voor ouders met kinderen van 0 tot 16 jaar. Triple P is een laagdrempelig, integraal programma met als doel emotionele en gedragsproblemen bij kinderen te voorkomen door het aanleren van opvoedvaardigheden.
Een parentale burn-out is een toestand van fysieke, emotionele en mentale uitputting die wordt veroorzaakt door de constante stress van het ouderschap. Niet te verwarren met normale ouderlijke stress, die vaak tijdelijk is.
Autisme is geen gedragsstoornis - Kind & Adolescent Praktijk.
Bespreek met uw kinderarts hoe u uw kind goed kunt laten beoordelen en vraag om een doorverwijzing naar een professional in de geestelijke gezondheidszorg, zoals een psycholoog, wanneer de problemen ernstig zijn.
Een gedragsstoornis is aangeboren en niet te genezen; iemand vertoont gedrag dat voortkomt uit een aandoening, zoals autisme, ADHD, een verstandelijke beperking of een persoonlijkheidsstoornis. Een gedragsstoornis kan voorkomen bij kinderen, jongeren en volwassenen.
Ondoordacht gedrag, ook wel impulsief gedrag genoemd. Snel reageren zonder nadenken, veel praten en dingen eruit flappen. Concentratieproblemen. Snel afgeleid zijn, vaak dingen kwijt zijn, veel dagdromen, moeite hebben met het afmaken van taken, snel dingen vergeten, moeilijk kunnen luisteren.
Praat met je kind
Het kan helpen als ze begrijpen waarom je wilt dat ze iets doen. Leg bijvoorbeeld uit waarom je wilt dat ze je hand vasthouden als ze de weg oversteken. Zodra je kind kan praten, moedig je ze aan om uit te leggen waarom ze boos of overstuur zijn. Dit zal ze helpen om zich minder gefrustreerd te voelen.
Respectloos gedrag is gedrag waarbij de grenzen van goed fatsoen worden overschreden. In de Veiligheidsmonitor is aan de respondenten gevraagd of ze zelf door enkele specifiek genoemde personen/instanties weleens respectloos worden behandeld.
Dit doe je door positief gedrag te benoemen en te belonen, en door consequent met ongewenst gedrag om te gaan. Ook in een periode met veel stress, bijvoorbeeld wanneer iemand in huis ziek is, is het belangrijk om grenzen te blijven stellen. Op dat soort momenten is het juist fijn voor kinderen om die houvast te hebben.