De voor- en achternaam van personen schrijf je met hoofdletters. Als de achternaam begint met een tussenvoegsel, krijgt dat tussenvoegsel ook een hoofdletter als het vooraan staat: De Vries, Van der Laan.
Antwoord. In Nederland is mevrouw Jacobs-van Dijk de gangbare schrijfwijze. In België wordt de persoonsnaam altijd geschreven zoals op de identiteitskaart is aangegeven; van wordt er meestal met een hoofdletter geschreven. De gewone schrijfwijze in België is dus mevrouw Jacobs-Van Dijk.
Voorvoegsels (ook wel: tussenvoegsels) zoals van, de en der hebben in Nederlandse namen in principe geen hoofdletter. Als er een ander deel van de naam – de voornaam, voorletters, naam van de partner – voor staat, blijven de kleine letters van voorvoegsels behouden. Juist zijn dus: Nynke van der Sluis.
In de meeste gevallen wordt het eerste voorzetsel of lidwoord met een hoofdletter geschreven, dus ook wanneer de voornaam, voorletters of een andere achternaam voorafgaat. Het tweede lidwoord of voorzetsel krijgt gewoonlijk wel een kleine letter.
Initialen (= alleen de eerste letter van een voornaam) schrijven we ook met hoofdletters. --> Hendrik de Jong, meneer H. de Jong, meneer De Jong, mevrouw Van der Pol, G.A. de Ridder. Aardrijkskundige namen schrijven we met een hoofdletter, net als de samenstellingen en afleidingen van deze namen.
Gecombineerde achternaam
In de aanhef wordt altijd maar één naam gebruikt, namelijk het eerste, linkerdeel ervan. Met diezelfde naam zou je iemand ook aanspreken: De heer en mevrouw De Zwart-Verschuur. De heren Simons-van der Broek.
De traditionele titels staan voor de naam (na eventuele aanspreekvormen als mevrouw, de heer of professor) in de volgorde dr., mr., ir., drs., ing., bc. Ze worden van elkaar gescheiden door een spatie. Bij het behalen van de doctorstitel vervalt een eventuele doctorandustitel.
– Als u weet dat de geadresseerde als man of als vrouw aangeschreven wil worden, kan de heer of mevrouw worden vermeld in de adressering. Daarna komen eventuele academische titels, de voornaam of voorletter(s) en de achternaam van de geadresseerde, bijvoorbeeld: De heer Marco Vinks, Mevrouw dr. F. Yilmaz.
Ken je de ontvanger helemaal niet, of is er sprake van een formele situatie, dan is ook hier Geachte de beste keuze. Bij informelere berichten is Beste een goede optie, maar ook bijvoorbeeld Dag, Hallo of Goedemorgen/-middag zijn mogelijk. Ken je elkaar goed, dan kun je ook nog kiezen voor een aanhef als Hoi of Hi.
Tussenvoegsels zoals de, van, el of da krijgen een kleine letter als er voorletters, een voornaam, een ander tussenvoegsel, of de achternaam van de partner voor staan: B. de Vries, Gert van der Laan, Caro Blok-de Lint, Van de Geijn.
De aanduiding ter attentie van of t.a.v. voor de naam van de geadresseerde in een brief is overbodig. Het is aan te bevelen om bijvoorbeeld De heer Cas Joostens te schrijven, in plaats van T.a.v. de heer Cas Joostens.
Kim de Vries
Voorvoegsels in een achternaam krijgen géén hoofdletter als daarvoor een voornaam, voorletter of andere achternaam staat.
Aanvankelijk was een vliet een natuurlijke waterloop, maar door de eeuwen heen. Volgens de CBG (Nederlandse Familienamenbank): “De familienaam Van Vliet geeft aan dat de voornaamdragers woonden nabij een waterloop die bekend stond als (de) 'Vliet' .
Als je geen naam of alleen een achternaam gebruikt, kies je bij mannen voor heer en bij vrouwen voor mevrouw. Deze woorden schrijf je altijd voluit.
De dubbele achternaam kan uit maximaal twee namen bestaan en wordt zonder koppelteken geschreven, dus bijvoorbeeld Jansen De Boer. Zo krijgen ouders de keuze voor bijvoorbeeld: Jansen, De Boer, Jansen De Boer en De Boer Jansen.
De afkorting voor de heer is dhr., met een kleine letter en een punt. Je gebruikt alleen een hoofdletter “D” als de afkorting aan het begin van de zin staat. In formele teksten wordt aangeraden om “de heer” voluit te schrijven, maar in informele teksten of zorgrapporten en -verslagen is het gebruikelijk om dhr.
Antwoord. Een brief of e-mail aan een vrouw kan beginnen met Beste mevrouw + achternaam, Dag mevrouw + achternaam of Geachte mevrouw + achternaam. Een aanhef met geachte is formeel en vooral geschikt voor officiële contexten.
Als ook de naam van de geadresseerde niet bekend is, is een aanhef met een rolbenaming mogelijk, bijvoorbeeld Beste klant. Als het niet mogelijk is om een naam of een rolbenaming te vermelden in de aanhef, kan Beste (of Geachte) zelfstandig worden gebruikt als aanhef.
Je kunt ook 'Geachte heren' of 'Geachte dames' schrijven. Omdat het twee verschillende personen zijn schrijf je: 'Geachte heer Smit en heer Smit' of 'Geachte heren Smit en Smit'. Hetzelfde geldt voor twee dames.
Voor een getrouwde vrouwelijke arts, vermeld de vrouw als eerste zoals hieronder weergegeven. Haar naam wordt dan gevolgd door de titel van haar man en voor- en achternaam. Als beide artsen dezelfde achternaam hebben, adresseer de envelop dan aan "The Doctors" en hun achternaam .
Ken je de ontvanger helemaal niet of is er sprake van een formele situatie, dan gebruik je bij voorkeur 'Geachte'. Ken je de ontvanger of gaat het om een informele situatie, dan gebruik je 'Beste'. Ken je iemand heel goed, dan mag je ook 'Hallo', 'Hi', 'Hoi', 'Dag' of 'Goede…' gebruiken.
Het is aan te bevelen om aanduidingen als mevrouw of heer/meneer alleen te gebruiken als bekend is dat de geadresseerde als vrouw of man aangesproken wil worden.
Voor mevrouw wordt de afkorting mevr.of mw. gebruikt.
Doctorandus. Doctorandus (titulatuur: drs.) is in Nederland de titel voor de academische graad van master. In Vlaanderen wordt de term gereserveerd voor universitaire studenten die aan een doctoraatsthesis werken.
Het antwoord op de vraag is vrij eenvoudig: als u de professionele titel van uw vrouw gebruikt, adresseert u de brief aan: Dr.Jane Smith en Mr.Stanley Smith of Dr.Jane en Mr.