Initiaalwoorden krijgen een apostrof in het meervoud en in afleidingen (cd's, cd'tje), en een koppelteken in samenstellingen (cd-speler).
In het meervoud gebruiken we een apostrof als het grondwoord op een enkele klinker eindigt, in het verkleinwoord verdubbelen we het klinkerteken. Zo hebben we auto's en autootjes. In 'autoke' wordt de klinker niet verdubbeld. Het wordt eenvoudiger als je consequent een apostrof gebruikt: auto's, auto'tje, auto'ke.
De correcte spelling is A4'tje, met een apostrof.
A4'tje is een afleiding: het achtervoegsel -tje wordt in dit geval gebruikt om van A4 een verkleinwoord af te leiden. In afleidingen waarin het grondwoord een combinatie van cijfers en letters is, komt er een apostrof.
Woorden die eindigen op m, krijgen meestal pje erbij. Woorden met een korte klinker, krijgen vaak een dubbele medeklinker. Woorden die eindigen op a, o, u, krijgen meestal een extra klinker erbij.
Het verkleinwoord van pad in de betekenis 'smalle weg' is paadje of padje. Het verkleinwoord van pad in de betekenis 'kikvorsachtig dier' is padje.
De correct gespelde vorm voor het verkleinwoord is cafeetje.
De correct gespelde vorm voor het verkleinwoord is baby'tje.
Wat is de juiste spelling van 'een klein diner': dinertje of dineetje? Dinertje is juist. Achter diner komt 'gewoon' het achtervoegsel -tje.
Als het woord op een y eindigt (zonder andere klinker ervoor) of op een enkele u die als oe wordt uitgesproken, gebruik je een apostrof: baby - baby'tje. lolly - lolly'tje. tiramisu - tiramisu'tje.
De correct gespelde meervoudsvorm van café is cafés, zonder apostrof. Als een zelfstandig naamwoord eindigt op é, schrijven we de meervoudsuitgang eraan vast. Een apostrof is niet nodig omdat de combinatie niet verkeerd kan worden uitgesproken: logés, attachés, coupés, prostitués.
Bij afbrekingen verdwijnen apostrofs en trema's, en bij de verkleinvorm ook een eventuele dubbele letter: baby'tje wordt baby-tje, ruïne wordt ru-ine, colaatje wordt cola-tje.
Hoe gebruik je de apostrof in 'twee oma's', 'oma's hoed' en 'omaatje'? Zoals aangegeven in de titel: oma's en omaatje. De apostrof wordt gebruikt om verkeerde uitspraak te voorkomen. Normaal gesproken komt de -s van het meervoud of de bezitsvorm aan het woord vast: tafels, Jans jas.
A4 is het internationale symbool voor papier van het formaat 210 × 297 mm. In het verkleinwoord van een symbool gebruiken we een apostrof: A4'tje, 2pk'tje.
Bij elk volgende formaat in de A-formaten wordt het formaat in de langste richting gehalveerd. Het formaat A1 is dus gelijk aan een half A0.
Op onderstaande tekening zie je waar een B6 zich ergens situeert ten opzichte van bvb. een A5. De verhouding van de langste zijde t.o.v. de kortste zijde is bij de B-standaard: 1,4, en dat is net hetzelfde als bij de A-standaard! Dus het formaat is telkens ietsje groter, maar de hoogte/breedte verhouding is dezelfde.
Chocolade en chocola zijn vormvarianten. De verkleinvorm van beide woorden is chocolaatje.
De correct gespelde meervoudsvorm is baby's.
Woorden die eindigen op een lange klank krijgen twee klinkers in een verkleinde vorm: la – laatje. auto – autootje. menu – menuutje.