De regels van de afronding
Het te betalen totaalbedrag dat eindigt op 1 of 2 cent, wordt afgerond naar het lagere x,x0. Het te betalen totaalbedrag dat eindigt op 3, 4, 6 of 7 cent, wordt afgerond naar x,x5. Het te betalen totaalbedrag dat eindigt op 8 of 9 cent, wordt afgerond naar het hogere x,(x+1)0.
Bij het afronden kijk je naar het tweede getal achter de komma en kijk je of deze 5 of hoger is of lager. Bij 5 of hoger rond je het tweede getal achter de komma naar boven af, bij 4 of lager rond je het getal naar beneden af. Zo wordt 5,24 afgerond op één decimaal 5,2 en 5,25 afgerond op één decimaal 5,3.
Handelaars moeten strikt de regels van het afronden toepassen: altijd naar boven of beneden naar het dichtste veelvoud van 5 cent, en dat op het contante totaalbedrag. Eindigt het totaalbedrag op 1 of 2 cent, dan rond je af naar beneden op x,x0 euro.
Je kijkt naar het eerste cijfer dat je niet meer laat staan:
Je rondt naar beneden af. - Is dit cijfer een 5, 6, 7, 8 of 9 dan verhoog je het laatste cijfer dat je laat staan met 1. Je rondt naar boven af.
NAUWKEURIG, functie. Geeft als resultaat een getal dat naar beneden is afgerond op het dichtstbijzijnde gehele getal of het dichtstbijzijnde significante veelvoud. Het getal wordt naar beneden afgerond ongeacht het teken van het getal. Als het getal of de significantie echter nul is, is nul het resultaat.
het honderdtal zelfst. naamw. Verbuigingen: honderdtallen 1) aantal van honderd 2) cijfer dat de honderden aanwijst Bron: WikiWoordenboek.
1 en 2 eurocent blijven wettig betaalmiddel
De munten van 1 en 2 eurocent blijven een wettig betaalmiddel. U kunt met deze munten afrekenen. Heeft een winkelier vooraf duidelijk gemaakt dat hij afrondt? Dan hoeft hij geen munten van 1 en 2 eurocent wisselgeld te geven.
Eén euro schrijf je als €1,00. Eén eurocent is één honderdste deel van €1,00, dus €1,00 : 100 = €0,01. Twee euro schrijf je als €2,00. Twee eurocent is één honderste deel van €2,00, dus €2,00 : 100 = €0,02.
Sinds 1 december 2019 is dat veranderd: u bent verplicht om het totaalbedrag van het kassaticket of van de factuur dat de klant cash betaalt (munten en biljetten), af te ronden. Die verplichting geldt alleen voor betalingen in fysieke aanwezigheid van de consument (particuliere klant).
Bij bedragen waarin achter de komma 50 cent of meer staat wordt het bedrag naar boven afgerond. Bijvoorbeeld €5,50 of meer wordt dan €6. Alles minder dan 50 cent, oftewel 49 cent en minder, wordt naar beneden afgerond. Bijvoorbeeld €5,49 en minder wordt €5.
De cijfers 0, 1, 2, 3, en 4 zorgen ervoor dat een getal naar beneden wordt afgerond. De cijfers 5, 6, 7, 8, en 9 zorgen ervoor dat een getal naar boven wordt afgerond. In de voorbeeldvraag moet je het getal afronden op 2 decimalen. Je moet dan kijken naar het derde getal achter de komma.
Als het bedrag van de verschuldigde btw op de factuur bestaat uit meer dan 2 cijfers achter de komma, dan rondt u het 3e cijfer achter de komma af op hele centen. Dit doet u als volgt: Is het 3e cijfer achter de komma lager dan 5, dan rondt u het bedrag naar beneden af.
Als je af moet ronden op miljoenen, dan moet je eerst kijken naar het getal rechts van het miljoen. Dat getal is een 5. Bij het afronden gelden altijd deze regels: Is het getal een 4 of lager, dan rond je af naar beneden.
Een muntje van 1 cent uit Monaco, uit 2001 of 2002, is om en bij de 100 euro waard. Hetzelfde geldt voor een muntje van 2 cent uit het Vaticaan uit 2002 of 2003. Nog een zeldzaam rostje is dat van 1 cent dat Finland in 2001 uitgaf. Dat is 10 euro waard.
Naar de bank ermee
Spaar je al je muntjes op? Vanaf vijf kilo kun je ze gratis laten ruilen bij de Nationale Bank voor munten met meer waarde of biljetten. Bij andere banken kun je ook kleingeld storten, maar die laten je vaak betalen voor hun diensten.
Nu consumenten en ondernemers samen het digitale betalingsverkeer hebben omarmd, lijkt het verdwijnen van contant geld slechts een kwestie van tijd. Volgens een onderzoek van onlinebank Knab verwacht 57 procent van de Nederlanders dat je tegen 2030 bijna nergens meer contant kunt betalen.
De wet verplicht niemand om wettige betaalmiddelen te accepteren. Winkeliers mogen contant geld (biljetten en munten) of betalen met een pinpas of creditcard weigeren. Wel geven winkeliers meestal aan welke betaalmiddelen ze niet accepteren. Bijvoorbeeld via raamstickers of kassastickers.
We moeten 152, 137, 245 en 354 afronden naar het dichtstbijzijnde 100-tal, wat betekent dat je elk getal af moet ronden naar het dichtstbijzijnde meervoud van 100.
Je legt uit dat je een kommagetal af kunt ronden op tienden, door te kijken naar het cijfer dat achter de tienden staat, het aantal honderdsten. Dit is het tweede cijfer achter de komma. Is het cijfer lager dan 5, dan blijft het aantal tienden hetzelfde. Is het cijfer 5 of hoger, dan komt er 1 tiende bij.