Het inbrengen van de katheter kan gevoelig of pijnlijk zijn. Ook kan het zijn dat u direct na het inbrengen van de katheter het gevoel heeft dat u moet plassen. Dat kan enkele dagen duren, maar geeft niet. De urine vloeit vanzelf weg via de katheter.
Door het handmatig leegtrekken kunnen gerimpelde ballonrandjes (zie foto) ontstaan waardoor het uittrekken van de katheter gevoelig of pijnlijk kan zijn voor de patiënt.
Het grootste deel van de gebruikers van Curan-katheters geeft aan deze als pijnloos te ervaren. Wel kan het zijn dat je het inbrengen en verwijderen van de katheter in het begin onaangenaam vindt, omdat het misschien wat branderig aanvoelt. Jouw plasbuis is namelijk nog niet direct gewend aan de katheter.
Na het inbrengen van de blaaskatheter kunt u last hebben van een branderig gevoel in de plasbuis, het gevoel dat u moet plassen of blaaskrampen. Dit verdwijnt meestal na enkele dagen.
De katheter kan de blaaswand irriteren. Hierdoor kan er wat bloedverlies optreden. Dit is niet erg en gaat vaak weer over na voldoende drinken. Wanneer u bloed in de urine blijft houden, neem dan contact op met de polikliniek Urologie.
Bij harde ontlasting kunt u de neiging krijgen om te persen en als gevolg daarvan kan er urine langs de katheter lopen. Om uw ontlasting soepel te houden is het ook van belang om genoeg te drinken. De arts of verpleegkundige zal u vertellen of en wanneer de katheter verwisseld moet worden.
Zolang u een verblijfskatheter heeft, kunt u niet gewoon plassen. De urine loopt weg door de katheter, zonder dat u het merkt. Met een verblijfskatheter kunt u bijna alles doen wat u gewend was. De urine wordt opgevangen in een opvangzak.
U kunt het eerste uur na de ingreep last hebben van een branderig gevoel bij het plassen of van een versterkte plasdrang. Bij sommige patiënten duurt dit enkele dagen. Wanneer de plasdrang te vervelend voor u is, kunt u contact opnemen met de polikliniek urologie. Eventueel kunnen hier medicijnen voor gegeven worden.
Pijn aan de plasopening veroorzaakt door wrijving van de sonde. Verstopping van de sonde: urine met bloedklonters of vlokken kunnen de sonde laten verstoppen. Neem contact om met de dienst urologie, huisarts of spoedgevallen om de sonde door te spoelen. Pijn bij het zitten door druk van de sonde op de plasbuis.
Lukt het niet om spontaan te plassen of blijft er te veel urine achter in de blaas na het plassen? Dan kan u eventueel 1 keer gekatheteriseerd worden. Dit is 1 keer de blaas leeg maken met een katheter.
Met een verblijfskatheter kunt u gewoon douchen. U hoeft niet bang te zijn dat de katheter er tijdens het wassen uit valt. Het is belangrijk dat u uw handen wast, voor en na het loskoppelen of het vervangen van de opvangzak.
Door het inbrengen van een blaaskatheter kun je last krijgen van verschillende complicaties, zoals: Urineweginfecties. Blaaskramp. Lekkage of verstopping van de katheter.
Als de katheter op de afdeling is verwijderd, moet u elke 2 uur gaan plassen. Pijn in uw onderbuik of flanken kan een teken zijn dat uw blaas vol is. Dan moet u eerder gaan plassen. Dit geldt zowel voor overdag als 's nachts.
Deze studies lieten vrij consistent zien dat het 's avonds verwijderen van de katheter leidde tot een grote hoeveelheid urine tijdens eerste urinelozing (verschil van 95 ml), kortere tijd tot eerste urinelozing (1 uur verschil), korter verblijf in het ziekenhuis (0,71 dag), en minder rekatheterisaties (2 procent ...
In de meeste gevallen kunt u gewoon uw leven blijven leiden met een verblijfskatheter. Toch kunnen er soms probleempjes ontstaan. Vaak kunt u die met een kleine handeling zelf oplossen. Daarom is het handig om te weten hoe u dat doet.
Inbrengen van katheter via de plasbuis
De verpleegkundige maakt de uitgang van uw urinebuis schoon met natte gazen. Hierna wordt een verdovende gelei in de urinebuis gespoten. Dit kan een branderig gevoel geven. De verpleegkundige brengt de katheter via de urinebuis in uw blaas.
De diameter van een katheter wordt uitgedrukt in Charrière. De Charrière is een meeteenheid voor kleine diameters en wordt aangeduid met 'Ch'. De waarde van één Ch is ⅓ mm. Of andersom: 1 mm = 3 Ch.
Door het vervangen of verwijderen van de katheter voor aanvang van de therapie is het mogelijk een urinemonster te nemen dat een betere weergave geeft van de verwekkers van de urineweginfectie, de uropathogenen (Raz, 2000).
Een katheter is een soepele, holle slang waardoor urine uit de blaas kan aflopen. De katheter blijft vastzitten in de blaas door een ballonnetje dat wordt opgeblazen via dit slangetje. Aan het einde van de katheter is een zak bevestigd, die de urine opvangt.
Een katheter wordt gebruikt om urine uit de blaas af te voeren. De meest voorkomende reden om een katheter te plaatsen is retentie of incontinentie. Bij retentie kunt u uw blaas niet meer op de normale manier legen. Bij incontinentie is er sprake van ongewild urineverlies.
Doorgaans geldt als regel: als er 100- 200 milliliter (ml) urine achterblijft, moet u een keer per dag katheteriseren, bij 200- 300 ml twee maal, bij 300- 400 ml drie keer per dag en zo verder.
De katheter kan tussen de 8 en 12 weken blijven zitten. Wanneer de katheter er langer in moet blijven, wordt deze gewisseld en krijgt u een nieuwe katheter. Urinezak of kraantje Aan de katheter kan een opvangzak of kraantje gekoppeld worden.
Uitvallen van de katheter
Als de katheter eruit is gevallen, moet een nieuwe worden ingebracht. Overdag kunt u hiervoor contact opnemen met uw huisarts of met de polikliniek Urologie. Neem 's avonds en in het weekend contact op met de huisartsenpost.
De urine-opvangzakken spoelt u na gebruik om met lauwwarm water. De katheter mag er 3 tot 12 weken in blijven zitten, dit is afhankelijk van de soort katheter die u heeft gekregen. Hoe vaak de katheter wordt vervangen, is afhankelijk de soort katheter, steenaanslag en het advies van de arts.
Als het ballonnetje in de blaas beschadigd is of als er te hard aan de katheter getrokken wordt, kan de katheter eruit vallen. In dit geval moet er een nieuwe katheter ingebracht worden.