Een temperatuur tussen 10 °C en 40 °C. Onder het vriespunt delen ze zich niet meer, maar blijven ze wel in leven als in een soort winterslaap. Bij temperaturen hoger dan 75 °C, bijvoorbeeld tijdens het koken, gaan bacteriën dood. Voedingsstoffen als eiwitten en koolhydraten in de buurt.
De meeste grampositieve bacteriën zoals enterokokkensoorten, stafylokokken (inclusief de MSRA) en streptokokken overleven vele maanden op harde oppervlakken. Ook gramnegatieve soorten zoals de E. coli, Pseudomonas en Klebsiella kunnen waarschijnlijk maanden op uw krukje overleven.
Infecties die worden veroorzaakt door bacteriën, kunnen worden bestreden met antibiotica. Ze doden de bacteriën of remmen hun groei. Als een antibioticum regelmatig tegen een bacterie wordt gebruikt, kan die bacterie resistent worden.
Simpel: eigenlijk leven ze overal. In onze mond, op onze huid… Sommige bacteriën leven alleen in heel zoute of juist heel hete warmtebronnen. Ze bestaan meestal uit maar één cel.
Infecties door bacteriën kunnen ernstiger verlopen dan infecties door virussen, maar de meeste infecties door bacteriën gaan vanzelf over.
Als een antibioticum regelmatig tegen een bacterie wordt gebruikt, kan die bacterie 'resistent' worden. De bacterie is dan niet meer gevoelig voor het antibioticum. Ze hebben zichzelf beschermd. Dus niet de mensen maar de bacteriën zijn resistent.
Wat is nodig voor groei van micro-organismen? Micro-organismen hebben meestal de volgende drie factoren nodig om zich te kunnen vermenigvuldigen: vocht, voedsel en een goede temperatuur.
De meeste bacteriesoorten groeien het beste bij een pH van 7. Maar tussen 6 en 8 is de groei van bijna alle micro-organismen mogelijk, omdat de daarvoor nodige enzymen in dit gebied het beste werkzaam zijn. Beneden pH 6 wordt de groei van de meeste micro-organismen geremd.
Van een bacterie kunt u ook ziek worden. Dit gebeurt wanneer een bacterie gaat zitten op een plek waar hij niet hoort. Hier zorgt de bacterie dan voor een infectie. Een bacterie kan in uw lichaam zitten, maar ook in een wond of in de bloedbaan.
Bacteriën worden dus wel degelijk ouder maar, in tegenstelling tot mensen, hebben ze geen last van deze ouderdom zolang ze zich in een aangename omgeving bevinden. Daarom kunnen we besluiten dat bacteriën onsterfelijk zijn, maar niet onoverwinnelijk. Hou ouder ze worden, hoe kwetsbaarder ze zijn.
De darmen zijn onbetwist de hoofdstad van jouw microbioom. Hier bevindt zich 99% van de 100 duizend miljard microben die overal in en op je lichaam leven. Een gigantische hoeveelheid met een niet te onderschatten rol voor jouw gezondheid. De darmmicrobiota bestaat vooral uit bacteriën, wel 1.200 soorten.
Als u water 3 minuten kookt, gaan alle bacteriën dood. Na het koken kunt u het water veilig drinken.
Om ziektekiemen te doden of onschadelijk te maken is altijd warmte nodig. Ze zijn niet bestand tegen temperaturen van 70-80°C. Koelen vertraagt de groei van ziektekiemen, warmte maakt ze echt onschadelijk. Maar zelfs bij lage koelkasttemperaturen blijven sommige bacteriën zich vermenigvuldigen.
Een virus is een zeer klein organisme (kleiner dan een bacterie) dat zich niet zelfstandig kan voortplanten. Het wordt verspreid via de lucht, via voedsel of aanraking. Om zich te vermeerderen heeft het een levende gastheer nodig: lichaamscellen van mensen en dieren.
Het eerste bewijs voor leven op aarde komt van 3,5 miljard jaar oude fossielen van oeroude bacteriën.
Een bacterie is een eencellig micro-organisme. Bacteriën kunnen zich razendsnel verspreiden omdat de cel zichzelf kan delen. Zo springen ze ook makkelijk over van mens op mens.
Iedere deling betekent dat er uit één bacterie twee nieuwe ontstaan, die zich ieder ook weer in tweeën delen. Bij gunstige omstandigheden kan bijvoorbeeld een E. coli-bacterie zich in 20 minuten delen. Dat wil zeggen dat één bacterie, over 20 minuten twee bacteriën zijn, over 40 minuten 2x2=4 en over een uur 4x2=8.
Dankzij haarvormige uitsteeksels, de zogenoemde pilli , fimbriae en flagellen , kunnen bacteriën zich verplaatsen en hun afvalproducten verwijderen. Flagellen zitten verankerd in het cytoplasma met behulp van een poollichaampje. Soms is er één flagel (monotrichie ), soms meer flagellen (peritrichie ).
Slechte bacteriën zijn de bacteriën waar we ziek van kunnen worden en die er bijvoorbeeld ook voor zorgen dat het eten bedorven raakt. U wordt ziek als u grote hoeveelheden slechte bacteriën binnenkrijgt of als uw immuunsysteem niet goed functioneert.
Bacteriën zijn belangrijk voor onze stofwisseling en afweer. De onschadelijke bacteriën worden tezamen ook wel de 'microbiota' genoemd. Maar er zijn ook bacteriën die ziektes, zoals huidinfecties, diarree, luchtweginfecties en hersenvliesontsteking kunnen veroorzaken.
Dan kunnen antibiotica helpen om de infectie te bestrijden. Een antibioticum kan de bacterie doden. Bijvoorbeeld door de celwanden van deze ongewenste bacteriën te beschadigen of door de groei van de bacteriën te remmen of zelfs compleet te blokkeren.
Resistente bacteriën, ofwel BRMO's (Bijzonder Resistente Micro-Organismen) zijn bacteriën die veel mensen gewoon bij zich dragen, zonder dat ze daar ziek van worden. Bijvoorbeeld MRSA of ESBL-producerende bacteriën. Soms veroorzaken BRMO's een infectie en is een behandeling met antibiotica nodig.
Een bacterie kan ongevoelig worden (resistent)
Als antibiotica vaak worden gebruikt, kan een bacterie resistent worden. De bacterie is dan niet meer gevoelig voor deze antibiotica. Als u een ontsteking krijgt met zo'n ongevoelige bacterie, helpen deze antibiotica niet meer. U zou daardoor erg ziek kunnen worden.