Klokkijken is niet iets wat je kind van de ene op de andere dag leert. Het is een proces dat op de basisschool maar liefst vijf jaren beslaat. Het begint in groep 1 - hoewel daar de klok nog buiten beeld blijft - met het ontwikkelen van een globaal tijdsbesef. Eind groep 5 moet je kind kunnen klokkijken.
Wanneer je kind naar groep 3 gaat kent het de dagen van de week en soms ook de verschillende maanden. In groep 3 en 4 groeit het tijdsbesef verder en leert je kind klokkijken. Eerst leert het hele en halve uren herkennen en benoemen. Deze begrippen zijn op een analoge klok makkelijker te begrijpen dan op een digitale.
Klokkijken is een onderdeel van rekenen in groep 3. In groep 3 leert je kind klokkijken met hele en halve uren en later ook met kwartieren. De basis hiervoor is dat je kind weet welke richting de wijzers van de klok op draaien, welke wijzer wat aanwijst en wat de cijfers op de klok betekenen.
- Vanaf het vierde leerjaar, wanneer kinderen rijper zijn, meer ervaring hebben met kloklezen, meer tijdsbesef hebben en vooral een beter ruimtelijk-visueel inzicht verworven hebben, leren we de kinderen de klok lezen volgens de moeilijke relatieve tijdsuitdrukking als uitbreidingsleerstof.
Ontwikkeling van tijdsbegrippen bij jonge kinderen
Een kleuter moet het tijdssysteem zelf opbouwen, vanuit eigen praktische, sensomotorische ervaringen met tijd. Door hen voortdurend dingen te laten ervaren en verkennen, werken we aan de representatie van tijd. Kleuters hebben nog geen volgroeid inwendig tijdsbesef.
Kinderen met een oude ziel hebben vaak grote ogen en een wijze blik. Ze zijn op een bepaald vlak heel wijs en hebben een hoger bewustzijn. Ze staan stil bij dingen en stellen veel vragen. Deze kinderen zijn creatief of muzikaal en hebben een talent doordat zij wellicht in een vorig leven muzikant waren.
Kleuters gaan zelf initiatief nemen om activiteiten te ondernemen en ontdekken. Ze bedenken samen ideeën voor spel en komen voor zichzelf op. In de klas leren ze samenwerken, opdrachten maken en zich voor iets langere tijd te concentreren. Ze leren om zich steeds beter aan afspraken en regels te houden.
In het eerste leerjaar leren de kinderen simpele woorden lezen en schrijven.Ze leren gemakkelijke wiskundige oefeningetjes oplossen en tellen. Voor het basisonderwijs legt de overheid geen lessenroosters vast.
Vierjarigen die starten in het eerste leerjaar, of zevenjarigen in het eerste middelbaar. Vanaf 1 september kan dat, als de klassenraad ermee instemt.
Dyslexie zorgt voor moeite met lezen en schrijven. En door dyscalculie krijg je moeite met rekenen. Hierdoor loop je dagelijks tegen allerlei problemen aan. Zoals problemen met klokkijken, omgaan met geld of je post lezen.
Klokkijken is een essentiële vaardigheid die kinderen leren op de basisschool. Het is belangrijk dat kinderen zowel analoog als digitaal kunnen klokkijken. Door het leren van deze vaardigheid, kunnen kinderen leren omgaan met tijd, hun dag beter plannen en zelfstandiger worden.
Klokkijken valt onder rekenen. Met behulp van de rekenmethode wordt klokkijken aangeleerd. Veel rekenmethoden gaan snel door deze leerstof.
Overgang naar groep 3
Bij sommige basisscholen bepaalt de leeftijd van een leerling of hij naar groep 3 kan. Dit heeft te maken met de vroegere 1-oktobergrens. Om van de kleuterklas naar de lagere school te mogen moest een kind voor 1 oktober 6 jaar zijn.
In een uur zitten 60 minuten. De grote wijzer van de klok geeft deze minuten aan. Door de minuten af te lezen zul je de tijd op de klok precies weten.
In groep 1 leren de kinderen spelenderwijs al een hele hoop dingen! Je kind gaat letters en cijfers herkennen, soms al een beetje schrijven (natekenen) en tellen. Ook wordt er in het kringgesprek door iedereen iets verteld. Daar zijn flink wat mondelinge vaardigheden voor nodig!
De grove motoriek is nu goed ontwikkeld. Hinkelen, met een bal overgooien, steppen, fietsen, springen en draaien zijn vaardigheden die kinderen op deze leeftijd veel oefenen. De fijne motoriek is nu zo ver dat je kind allerlei vormen tekent en soms zelfs al letters kan schrijven, meestal met dezelfde hand.
In groep 1 leert je kind natuurlijk nog niet echt rekenen, maar gaat hiermee wel aan de slag. Je kind leert tot 20 tellen en benoemen hoeveel er van iets zijn.Ook leert je kind helen, helften en kwarten herkennen.Daarnaast is er aandacht voor het ordenen en sorteren van voorwerpen.
21:05 → Het is vijf over negen 's avonds.
Kwart voor is gelijk aan 3 kwartier (45 minuten) over het hele uur. Kwart over: De minuten op de klok geven 15 aan. De uren op de klok geven het uur aan dat het is geweest.
We tellen tot 14 over 8 en daarna heet het kwart over 8. Vervolgens begint het weer met 14 voor half 9 totdat het half 9 is.
Hij kan dan ook best al veel: eenvoudige tekeningen maken, zinnetjes zeggen en zelfstandig spelen. Toch gaat zijn ontwikkeling gewoon door: vriendschappen worden belangrijk en hij leert zich inleven in anderen.
Je kind is leergierig en kan trots laten weten welke kleuren hij kent en hoever hij kan tellen. Hij 'tekent' zijn naam graag, soms met letters in spiegelbeeld. Hij vraagt je de oren van het hoofd met 'waarom dit' en 'waarom dat'. Kinderen van 4 jaar hebben moeite met tijdsbesef en opeenvolgende gebeurtenissen.
Sommige kleuters hebben nog moeite met de fijne motoriek die nodig is om te leren schrijven. Of ze hebben moeite met zich op een taak te concentreren of weten het verschil tussen links en rechts nog niet. Die kinderen worden dan nog te 'speels' genoemd om aan het echte leren te beginnen.