Een stiefkind is een kind uit een eerder huwelijk van de echtgenoot of echtgenote of partner. Stief betekent oorspronkelijk 'beroofd van de bloedband', 'iets missend'. Kinderen uit het eerste huwelijk zijn voor de stiefouder dus stiefkinderen. Deze kinderen worden ook de voorkinderen genoemd.
In de database van de Dikke Van Dale vindt hoofdredacteur Ton den Boon, ook columnist van deze krant, de volgende alternatieven voor stiefmoeder: aanwaaimoeder, bijmoeder, bonusmoeder, bonusmama, cadeaumoeder, kunstmoeder, liefmoeder, tweede moeder, zorgmoeder.
Schoonfamilie kan familie blijven na het ontbinden van het huwelijk of het partnerschap. Als uit de verbintenis kinderen geboren zijn, blijven de ouders van de ex-partner grootouders van die kinderen. In sommige landen leiden schoonouderrelaties tot onderhoudsverplichtingen.
Schoonouders/schoonvader/schoonmoeder: de ouders van man of vrouw (= aanverwant). Schoonzoon/schoondochter: de man of vrouw van zoon of dochter (= aanverwant). Zwager/schoonzus: de man of vrouw van broer of zus en de broer of zus van man of vrouw (= aanverwant).
Onder invloed van de v van vader, werd de p van stiep een f. Stief- verdrong vervolgens ook in andere woorden de oudere vorm stiep-. Zo werd stief- een woord dat allerlei verwantschappen aangaf die ontstaan als een weduwnaar of weduwe opnieuw trouwde. Daardoor ontstonden ook woorden als stiefmoeder en stiefkinderen.
Als stiefouder moet u bijdragen aan de kosten voor de opvoeding en verzorging van uw stiefkind. Deze onderhoudsplicht is op basis van uw inkomen (naar draagkracht). Dit kan betekenen dat de andere ouder van uw stiefkind minder kinderalimentatie hoeft te betalen.
In de spreektaal worden de kinderen van je achterneven en achternichten je achterachterneven en achterachternichten genoemd. Voor iedere generatie komt er dan een keer 'achter' bij. De kleinkinderen van je achterneven en -nichten zijn dan je achterachterachterneven en -nichten, enz.
Niet als het om de kinderen van je neven/nichten gaat die ook de kinderen van jouw broer/zus zijn. Het blijft ingewikkeld dat wij in Nederland twee soorten neven/nichten hebben. Daarom ben ik wel voor achtertante. Ik ben namelijk tante van de dochters van mijn schoonzus en achtertante van hun zonen.
Is je zus met een leuke vrouw getrouwd? Dan heb je er een schoonzus bij. Maar als je zus met een man trouwt, dan noem je hem een zwager.
Bijvoeglijk naamwoord. De aangetrouwde familieleden worden ook wel de koude tak genoemd. De man van mijn zus is een aangetrouwd familielid en wordt wel zwager genoemd.
Eerstegraads familieleden: partner, ouders (ook adoptie- en stiefouders), schoonouders, kinderen (ook adoptie- en stiefkinderen), schoondochters- en schoonzonen. Tweedegraads familieleden: broers, zussen, kleinkinderen, opa's, oma's, schoonzussen, zwagers, stiefzussen, stiefbroers.
Het voorvoegsel schoon- komt voor bij woorden die een verwantschap aangeven. Wat het bij al die woorden zegt, is dat de familierelatie door aantrouwen tot stand is gekomen. Zo is een schoonmoeder dus een 'aangetrouwde moeder'.
Een samengesteld gezin, is een gezin waarbij minimaal één ouder een kind heeft uit een vorige relatie. Andere namen die gebruikt worden voor samengesteld gezin zijn onder andere: cadeau-gezin, stiefgezin, combinatiegezin, plusoudergezin, patchworkgezin of nieuwe gezin.
Natuurlijk mag u over uw 'schoonouders' spreken! Er zijn genoeg stellen die nooit trouwen, hun hele leven blijven samenwonen, al dan niet met een geregistreerd partnerschap, en vanzelfsprekend de efficiënte term 'schoonouders' gebruiken voor de ouders van hun levensgezel.
“Ik ben nu 7 jaar plusmama en heb een plusdochter van 7. We zijn met twee paar ouders en wij delen alles, maar in de hele situatie is alles 'plus'. 'Stief', dat klinkt gewoon heel negatief.” Professor emeritus Erfrecht Hélène Casman: “Juridisch gezien komt de term 'stiefkinderen' niet voor.
de achternicht zelfst. naamw. (v.) Verbuigingen: achternichtenVerbuigingen: achternichtje de dochter van een neef, nicht, oudoom of oudtante Voorbeeld: `Anna is mijn achternicht.
Het kind van een neef of nicht is een achterneef/achternicht.
De meeste mensen noemen het neef of nicht. Maar de officiële term is tantezegger of oomzegger. Jouw neef en nicht zijn de kinderen van de broer of zus van je eigen ouders. Het woord tantezegger/oomzegger wordt echter niet gebruikt in Nederland en voor het gemak zeg je dan dat het je neefje of nichtje is.
Dat is niet vreemd want het woord ''stief'' betekent oorspronkelijk 'beroofd van de bloedband/ iets missend'. Dat klinkt niet echt positief, toch is ''stief'' de term die we het meest gebruiken als onze ouder een nieuwe partner krijgt.
de achterneef zelfst. naamw. (m.) Verbuigingen: achternevenVerbuigingen: achterneefje de zoon van een neef, nicht, oudoom of oudtante Voorbeeld: `Pieter is mijn achterneef.
Neef definities
Uitspraak: [nef] Verbuigingen: neven (meerv.) 1) zoon van een broer of zus van vader of moeder aangetrouwde neef (echtgenoot van een nicht, geen bloedverwant) 2) zoon van broer of zus Voorbeeld: &nbs...
Erfenis stiefkind
Een stiefkind erft normaal gesproken niet van een stiefouder. Maar dit kan een stiefouder wel regelen. De stiefouder kan het stiefkind in zijn of haar testament tot erfgenaam benoemen.
U kunt een kind erkennen als u niet de juridische ouder van het kind bent. Dat wil zeggen als u niet getrouwd bent of geen geregistreerd partnerschap heeft met de moeder. Een stiefouder kan een kind erkennen als alleen de partner ouderlijk gezag heeft over het kind.