Gebruik nooit zelf gif om een mol te doden. Hoewel het niet zo diervriendelijk is kun je eventueel wel een mollenvanger plaatsen om ze in de val te lokken. Middelen met explosief gas als zwavelpatronen, carbid en de rodenator zijn verboden, tenzij bij de provincie een ontheffing aangevraagd wordt.
Stank in de gangen
Keizerskroon houdt naast mollen ook muizen en woelratten op afstand. Ook stinkend nieskruid, kruisbladwolfsmelk, wilde knoflook en narcis zijn voorbeelden van planten waar mollen niet van houden.
Zodra de mollen uit uw tuin zijn verdreven, is het tijd om de molshopen te verwijderen. Dit doet u door de molshopen en gangen te vullen met aarde.Vervolgens dient u dit goed aan te stampen met bijvoorbeeld de achterkant van een schop.
Mollen doorlopen vaak op gezette tijdstippen en met tussenpozen van gemiddeld 5 uur door hun gangen op zoek naar voedsel. De momenten waarop hij actief is, is vroeg in de ochtend, rond het middaguur en aan het begin van de avond.
Mollen houden niet van water, dus het zou logisch zijn om te denken dat je ze kunt verjagen door water in de mollengangen te spuiten. Het probleem is echter dat mollengangen ellenlang kunnen zijn. Voor je het weet, ben je honderden liters kwijt en heeft de mol zich slechts verplaatst.
Molshopen zijn heuveltjes die mollen graven in de grond. Wanneer er veel molshopen zijn, betekent dit dat er waarschijnlijk ook veel mollen in de buurt zijn. Dit kan vervelend zijn wanneer je net een mooi aangelegd gazon hebt. Ook planten kunnen door de gangetjes van de mol beschadigd raken.
Het meest effectieve middel tegen mollen is een mollenklem. Deze kun je voorzichtig in de gang plaatsen: lees altijd goed de gebruiksaanwijzing. Vind je dit zielig, dan kun je ook kiezen voor een mollenverjager met geur of geluid en trilling. Houd er wel rekening mee dat deze producten niet direct werken.
Mollen zijn in principe niet gevaarlijk, maar kunnen met hun scherpe tanden flink bijten. Omdat mollen geen schone dieren zijn kan hun beet nare infecties veroorzaken. Gelukkig zijn er ongediertebestrijders die zich gespecialiseerd hebben in het opsporen en bestrijden van mollen.
Onder de grond heeft de mol geen natuurlijke vijanden, alleen zijn eigen soortgenoten. Boven de grond wordt de mol bejaagd door onder andere uil, buizerd, blauwe reiger, ooievaar, wezel, hermelijn en vos. Andere doodsoorzaken zijn honger door droogte en verdrinking door overstromingen.
Om mollen te vangen kunt u een klem gebruiken. Een mollenklem is een metalen voorwerp dat onder spanning in een mollengang kan worden geplaatst. Het principe achter de klem is dat de mol de klem laat dichtslaan door over een pal te bewegen. Daardoor berooft de mol zichzelf van het leven.
Strooi uien of knoflooksnippers in de gangen.Door de stank worden de mollen verjaagd. Stop een in terpentijn, ammonia of petroleum gedrenkte doek in de mollengang. Plant keizerskronen (Fritillaria imperialis) in groepjes om de 8 m.
Ook ui, mottenballen en een in ammoniak gedrenkte doek kunnen helpen om mollen te verdrijven. Planten als keizerskroon, nieskruid, tuingloxinia en kruisbladwolfsmelk verspreiden ook een onaangename geur voor mollen. Je kan de planten toevoegen aan je tuin om mollen te verjagen en te weren.
Mollen leveren een belangrijke bijdrage aan het ecosysteem en de bodemvruchtbaarheid, door gangen te graven waardoor water en zuurstof tot diep in de aarde kunnen doordringen. Omdat ze larven eten die graswortels vernietigen, zijn ze (op de molshopen na) ook goed voor het gazon.
Klop regelmatig eens op de paal of hang bovenaan een metalen plaatje aan een touwtje dat door de wind tegen de paal tikt. Geuren waar mollen een hekel aan hebben. Er zijn heel wat verschillende geuren waar mollen een hekel aan hebben, knoflook is hier een goed voorbeeld van.
Onder de grond loopt de mol al even snel voorruit als achteruit. Men vindt de mol in elke soort grond, met uitzondering van al te vochtig en rotsachtig terrein. De mol houdt in tegenstelling tot de meeste insectivoren géén winterslaap. Wel gaat hij dieper de grond in.
Regenwormen zijn het belangrijkste voedsel van de mol. Daarnaast eet hij bijna alle andere dieren die hij in zijn gangen aantreft. Engerlingen, maden en andere insectenlarven, duizend- en miljoenpoten, naaktslakken en andere weekdieren, enzovoort. Soms grijpt hij ook een gewerveld dier, zoals een kikker.
Mollen graven gangen tot zo'n 120 centimeter diep, dit zijn de diepgelegen gangen. Deze gangen zijn ongeveer 5 centimeter breed. De mol graaft soms ook gangen die meer aan de oppervlakte liggen. De ondergrondse gangen zijn soms wel 200 meter lang.
Hoe groot het territorium is hangt af van hoeveel voedsel er te vinden is. Gemiddeld is het territorium van een mannetje 3000 m² en dat van een vrouwtje 2000 m². Andere dieren (zowel soortgenoten als andere dieren) worden niet getolereerd in het territorium van de mol.
De mol kan in een dag gangen van wel 20 meter lang graven
Dankzij al deze kenmerken, heeft een mol een levensverwachting van meer dan 10 jaar. In de natuur leeft de mol echter niet langer dan 4 jaar. Dit is voornamelijk te wijten aan de vroegtijdige slijtage van zijn tanden, waardoor hij niet kan eten.
Ook voor het bewegen in een nauwe gang zijn slimme aanpassingen nodig. Verplaatsen doet de mol zich dankzij tot graafhanden omgevormde voorpoten, waarmee hij zich met 12 tot 15 meter per uur door de bodem weet te graven.
Het plan: je maakt reepjes van oude stof, bijvoorbeeld katoen. Week de reepjes in azijn en leg ze dan in een mollengang. De mol zit niet te wachten op sterke geuren. Als deze theorie klopt, dan kom je dankzij de azijn wel van het beestje of de beestjes af.
Zijn reuk- en tastzintuigen zijn dusdanig ontwikkeld dat hij ondergronds goed uit de voeten kan. Hierdoor kan een mol met 7 km/u ondergronds graven en per uur graven ze gangen tot en met 15 meter lang.
Ze hebben een hekel aan sterke geuren, bijvoorbeeld die van sommige wortels en knollen. Er zijn dan ook genoeg planten waar de mollen liever zo ver mogelijk vandaan blijven. Denk bijvoorbeeld aan de keizerskroon, nieskruid, kerstroos. Daarnaast kun je ook een teentje knoflook in de mollengang neerleggen!
Het beste moment om mollen te vangen is in het najaar, in de winter (wanneer het niet vriest) of in het voorjaar. Dan zijn mollen namelijk actief. Je kunt mollen vangen met een speciale mollenklem.
Fles: neem een plastic fles en haal hier de bodem uit. Graaf de fles vervolgens in de mollengang. Als de wind over de fles waait, dan zal dit door de hele gang een fluittoontje veroorzaken waar mollen niet goed tegen kunnen. Trillingen of hoge tonen: mollen kunnen trillingen of hoogfrequente tonen niet goed hebben.