Strijk eerst de ene kant en vervolgens de andere kant van elke mouw. Strijk vervolgens de voorkant van het T-shirt, beginnend bij de bovenkant en werk naar beneden toe. Herhaal aan de andere kant. Strijk ten slotte de achterkant van het T-shirt op dezelfde manier.
Span het shirt eerst zorgvuldig over de strijkplank, zodat de stof al bijna kreukvrij op de strijkplank ligt. Vermijd dat je over de naad van je shirt strijkt, dit zal alleen nog maar meer kreukels veroorzaken. Strijk nu met lichte druk over het kledingstuk.
Sorteer het wasgoed op stofsoort.
Start met de stoffen die u strijkt op lage temperatuur en eindig met de stoffen die u strijkt op hoge temperatuur. Zet zo nodig een sta-stoel of (strijk)kruk klaar. Strijk altijd aan de binnenkant van kwetsbare stoffen, zoals zijde, om schade te voorkomen.
Sorteer je strijkgoed dan op basis van de hoogte van temperatuur waarop je het mag strijken. Begin bij strijkgoed dat je op een lage temperatuur moet strijken en eindig met strijkgoed dat je op een hogere temperatuur mag strijken.
(Donkere) kleding kan soms glans of vlekken krijgen tijdens het strijken.Om dit te voorkomen, draai je de kledingstukken binnenstebuiten voordat je ze strijkt. Dit geldt ook voor kledingstukken met een opdruk of pailletten. Het beste is om altijd alle kledingstukken binnenstebuiten te strijken.
Sla het overhemd goed uit zodat er geen kreukels meer te vinden zijn. Leg het overhemd op een platte ondergrond (tafel) met de knopen naar onder. Vouw de zijkanten van het overhemd voor 1/3 deel naar binnen. Vouw vervolgens beide mouwen in de lengte naar binnen.
Zorg ervoor dat het transferpapier met de afbeelding of tekst naar het shirt toe ligt. Plaats een stuk karton in je shirt op de plek waar je wilt bedrukken. Strijk vervolgens in circa één minuut de print op uw shirt.Doe dit door rondjes te draaien met uw strijkijzer.
Stel het strijkijzer in op de juiste temperatuur voor katoen, meestal een middelste temperatuur. Leg het T-shirt plat op de strijkplank met de binnenkant naar boven.
Leg je kleding plat op de strijkplank zodat ze zo kreukvrij mogelijk zijn, druk dan stevig op je strijkijzer en haal dit langzaam over de stof, waarbij je alle kreukels gladstrijkt die er niet horen te zijn. Gebruik vloeiende en rechte bewegingen, vermijd cirkelvormige bewegingen, omdat dit het materiaal kan uitrekken.
Ook het droog föhnen of droog strijken van een overhemd wordt afgeraden. De hitte die van een föhn of strijkbout af komt kan er namelijk voor zorgen dat het overhemd krimpt. Het is vergelijkbaar met het 'laten schrikken' van een ei.
Kleding met het niet strijken symbool ( ) en bepaalde stoffen zoals acetaat, polyester en elastaan kunnen niet altijd tegen de hitte. Ook kledingstukken met versieringen zoals kralen, plastic designs en pailletten kunnen door strijken beschadigen.
De belangrijkste truc bij het strijken van een T-shirt, net als bij alle gebreide stoffen, is dat je het strijkijzer niet in de normale cirkelvormige of boogvormige beweging moet bewegen. Druk het strijkijzer in plaats daarvan op één plek tegelijk en beweeg het niet rond als het de stof raakt (zoveel als mogelijk is).
Water is je beste vriend. Maak een handdoek vochtig, niet druipnat, en leg deze over het kledingstuk of alleen de kreuk die je weg wilt krijgen. Het vocht zorgt ervoor dat de kreukels verdwijnen.
Leg het kledingstuk op de strijkplank. Zorg ervoor dat het kledingstuk netjes recht ligt en er geen kreukels zijn op de plek waar je de applicatie wilt aanbrengen. Vervolgens leg je de strijkapplicatie op de gewenste plek en leg je het bakpapier hier bovenop. Nu is het tijd om te strijken.
Leg het lichte transferpapier met de bedrukte kant naar beneden en het donkere transferpapier met de bedrukte kant naar boven. Zorg dat de afbeelding recht en in de juiste positie staat. Druk het strijkijzer stevig op het t-shirt en oefen druk uit met uw hele hand. Op uw transferpapier moet staan hoe lang u moet strijken.
Leg het papier op de stof als het strijkijzer heet is en strijk ongeveer één minuut lang. Laat na het strijken het papier 2 à 3 minuten afkoelen en verwijder de beschermlaag.
De hitte van een föhn werkt heel goed om kreukels uit je kleding te krijgen. Houd de föhn wel minimaal op vijf tot tien centimeter afstand van je kleding. Wanneer je kleding een beetje vochtig is, werkt dit nog beter. Maak de plooien in je kleding nat met een plantenspuit, maar let op: gebruik niet teveel water.
De rolmethode
Kleding strak oprollen voorkomt kreukels en zorgt ervoor dat u de ruimte in uw bagage optimaal kunt benutten. Om kleding op te rollen voor op reis, vouwt u langs de naden en strijkt u eventuele kreukels glad, rolt u vervolgens zo strak mogelijk op zonder harde vouwen te maken .
Eerst leg je je shirt op een harde ondergrond, waardoor je makkelijker kunt rollen. Vervolgens vouw je de onderkant van het shirt omhoog, waardoor de binnenkant te zien is. Vouw de mouwen naar binnen, zodat het shirt een rechthoekige vorm krijgt. En dan is het tijd om te rollen.
Leg het shirt binnenstebuiten op de strijkplank. Als je vooral aan de binnenkant strijkt, blijft de buitenkant waarschijnlijk langer mooi . De beste manier om een shirt te strijken, hangt af van de stof. Je kunt het strijkijzer direct op katoen of linnen zetten.
Als je jouw kleren wast, wrijven ze tegen elkaar aan. Dit leidt ertoe dat ze elke keer een beetje van hun verf en materiaal afgeven. Daarom moet je jouw wasgoed altijd binnenstebuiten wassen. Dit afschuren is vooral zichtbaar bij zomen en naden.
Strijk eerst de achterkant van kragen, manchetten en zomen: Draai de kragen, manchetten en zomen van uw overhemden binnenstebuiten en strijk ze eerst aan de achterkant. Zo voorkomt u een gekreukelde look die vaak ontstaat als u niet eerst aan de achterkant begint.