Alle pannen, en dus ook koekenpannen, worden opgemeten aan de bovenkant.Dus de diameter wordt aan de rand opgemeten. Vaak is de onderkant van de koekenpan wat smaller, omdat de randen van koekenpannen vaak wat naar buiten toe lopen.
De meest gangbare diameters voor koekenpannen zijn 24 en 28 centimeter. Voor kookpannen zijn dat diameters van 16 en 20 centimeter. Naast de basispannen bestaan er ook pannensets. Deze sets bestaan vaak uit 3 tot 6 kookpannen in verschillende maten.
Meten is weten: het formaat van de pan De minimale diameter van de panbodem bedraagt 12 cm (16 cm voor Bridge induction zones). Het beste resultaat bereikt u door een pan te nemen met dezelfde diameter als de kookzone. Bij te kleine pannen schakelt de kookzone niet in.
De bodem van de pan dient wel een minimum diameter (+/- 60%) te hebben in functie van de diameter van de gekozen kookzone. We raden aan om de pan goed in het midden van de kookzone te plaatsen om een optimaal rendement van uw kooktafel te verkrijgen.
Voordat je bepaalt aan welke eisen jouw nieuwe koekenpan moet voldoen, is het belangrijk om te bedenken op welke warmtebron je de pan gebruikt. Elke pan is geschikt voor gebruik op gas en een keramische of elektrische kookplaat. Pannen met een kunststof handgreep mogen niet in de oven.
Een kleine stoofpan heeft afmetingen van ongeveer 0 tot 20 cm (doorsnede van de pan). Een grote braadpan ongeveer tussen de 30 en 40 cm. En dan heb je uiteraard nog de tussenmaten, zo tussen de 20 en 30 cm doorsnede. Voor een gezin met vier personen kun je meestal gerust de middelste “gewone” maat aanhouden.
Een van de meest duurzame en beste pannen zijn pannen van gietijzer. Bij normaal gebruik zijn deze pannen eigenlijk niet kapot te krijgen. Daarnaast zijn de bakeigenschappen ongeëvenaard. De meeste gietijzeren pannen bevatten aan de binnenkant een geëmailleerde laag die nagenoeg onverslijtbaar is.
Ja, dat kan. Net als op een gasfornuis bijvoorbeeld kan je in een pan koken die groter is dan de warmtebron. Vlg een adviseur mag de pan max 1 cm aan beide kanten uitsteken. Net als bij een gasvlam wordt ook op inductie alleen het gedeelte van de pan(bodem) verhit waar de warmtebron 'bij kan'.
Om wrijving te creëren tussen de inductie kookplaat en de bodem van de pan, is het belangrijk dat de bodem van de pan magnetisch is. Alleen dan ontstaat de wrijving tussen pan en kookplaat. Gebruik je een ongeschikte pan? Dan ontstaat er geen magnetisch veld en slaat jouw kookplaat uit veiligheid af.
Geschikt voor inductie
Maat kiezen - Let op en meet de doorsnede van de bodem van de pan of tajine: - Is de onderkant van uw pan tussen de 20 en 25 cm neem dan de 23,5 cm adapter. - Is de pan tussen de 15 en 20 cm neem dan de 19 cm adapter. - Is de onderkant van de pan minder dan 14,5 cm, neem dan deze 14,5 cm adapter.
Aluminium, koper, messing of pannen van glas gaan niet werken op een inductie kookplaat tenzij deze een magnetische bodem hebben. Aluminium en koper hebben veel hogere frequenties nodig om warmte generen. De huidige kookplaten werken niet met deze hoge frequenties.
Echter een inductieplaat kan eigenlijk niet inbranden. Het principe van koken op inductie is een soort magnetisme waardoor de inhoud van de pan gaat koken, maar de kookplaat zelf niet heet wordt. Vandaar dat je ook speciale pannen ( met een magnetische bodem ) nodig hebt, voor het koken op een inductieplaat.
20 centimeter. Deze maat is geschikt tot 2 personen.
Grofweg heb je de keuze tussen een pan met of zonder anti-aanbaklaag. Een anti-aanbaklaag is ideaal wanneer je wilt bakken zonder dat het eten aanbakt. Houd je juist van een lekker krokant korstje, dan kies je voor een koekenpan zonder deze laag, wat je in staat stelt om te bakken op een hogere temperatuur.
Gas daarentegen is een goedkopere vorm van energie wat koken betreft. Het koken op gas kost een huishouden per jaar gemiddeld 37 m3 gas, in verhouding 175 kWh wanneer er op inductie wordt gekookt. Op jaarbasis kost gas zo gemiddeld €25 per huishouden en koken op inductie €36 (Milieu Centraal).
Geen nieuwe pannen nodig
Over het algemeen zijn de meeste pannen dus geschikt om mee te koken op inductie, ook wanneer u ze eerder op gas heeft gebruikt. Het is in de meeste gevallen dus niet nodig om naast een nieuwe kookplaat ook een geheel nieuwe pannenset aan te schaffen.
Een koekenpan (inductie) zonder een anti-aanbaklaag is een goede keuze voor bakken en braden. Voor inductie is het belangrijk dat de bodem van de koekenpan magnetisch is. Koekenpannen van van roestvrijstaal, gietijzer en plaatstaal zijn alle drie geschikt voor inductie.
Er is geen sprake van warmtegeleiding vanaf de inductiekookplaat naar de panbodem, dus een pan kan bol, hol or krom zijn: de warmte wordt bij inductie opgewekt IN de bodem van de pan en dus NIET in de kookplaat (en deze warmte hoeft dus niet vanaf de kookplaat te worden overgebracht op de pan).
Een inductiekookplaat verwarmt pannen met behulp van magneten. Als je een pan zonder magnetische bodem op een kookplaat zet, gebeurt er dus niets. Vaak hebben koperen of rvs-pannen ook een magnetische bodem, net als gietijzeren exemplaren.
Dat zit zo: een gasvlam is niet overal even warm, en bij ongelijke temperatuur kan de panbodem iets vervormen. Als je de pan dan op een glasplaat zet (inductiekookplaten hebben meestal een glasplaat aan de bovenkant) en heen en weer beweegt, dan zou het zo kunnen zijn dat de pan krasjes maakt op de glasplaat.
Koekenpannen van staal worden nog veel gebruikt in de horeca en ook aanbevolen door koks. Gerechten uit uw stalen koekenpan zijn in smaak, kleur en kwaliteit moeilijk te overtreffen!
Een goede bodem
Een dikke bodem houdt de warmte lang vast, soms te lang.
De keramische pan is de uitkomst voor mensen die gezonder willen en van koken houden. De keramische pan heeft erg veel voordelen ten opzichte van de teflon pan. Los van het feit dat deze geen schadelijke stoffen bevat welke in het lichaam of het milieu komen, wordt het eten op een veel gezondere manier bereidt.