Wanneer je kleuter het duidelijk leuk vindt om letters en woordjes te leren, kun je ervoor zorgen dat hij vaak met letters in aanraking komt. Zet zijn naam bijvoorbeeld op de deur van zijn slaapkamer en op de beker waar hij uit drinkt. Of plak etiketjes met het juiste woord op de meubeltjes in zijn kamer.
Welke letters leert je kind in kern 1? In kern 1 van Veilig leren lezen kim-versie leren de kinderen de letters p, aa, r, e en v. Met deze letters en de letters van de vorige kern (i,k, m en s) kunnen ze nu al zinnen en korte tekstjes lezen.
In groep drie leert je kind eerst om letters te herkennen, en daarna om woordjes en eenvoudige zinnen te lezen. Kinderen leren lezen tussen vijf en acht jaar.
Te weinig concentratie. Geen methode om informatie snel te onthouden. Herlezen van de tekst. Niet in woordgroepen kunnen lezen.
Een kind met dyslexie kan aan de volgende kenmerken voldoen: Moeite met snel lezen (in verhouding tot klasgenoten) Moeite met nauwkeurig lezen (in verhouding tot klasgenoten) Moeite met het herkennen van letters en klanken en het opschrijven ervan.
Sommige kinderen kunnen niet wachten tot ze zelf kunnen lezen. Eén op de tien kleuters leert zichzelf lezen in groep 2 en er zijn zelfs kinderen die er nóg vroeger bij zijn. Peuters en kleuters zijn volop aan het ontdekken hoe al die lettertekens zich verhouden tot de werkelijkheid.
Zelf lezen begint vaak op de leeftijd van 6 of 7 jaar.
We zien natuurlijk graag dat de leesboeken vervolgens niet aan te slepen zijn, maar niet in alle gevallen gaat het oppikken van zelfstandig lezen even vlot of plezierig. We horen met regelmaat dat een kind meer 'moet' oefenen thuis.
Hij kan ook zelf woorden stempelen. Ook schrijven, maar stempelen is makkelijker.
Op de meeste basisscholen leren kinderen letters schrijven vanaf groep 3, terwijl er in groep 1 en 2 al veel voorbereidend schrijfonderwijs plaatsvindt. Leren schrijven is een kwestie van goed oefenen, waarbij de leerkracht let op hoe je kind de pen vasthoudt.
Aanvankelijk lezen
In groep 2 maken kleuters al een beginnetje met lezen. Hoewel dit volgens het SLO niet tot de leerstof van groep 2 behoort, leren ze in groep 2 vaak de letters kennen en de klanken die erbij horen. Letters spreken de kinderen uit zoals ze klinken. De E is 'eh', en de R is een 'rrrrr'.
Uit onderzoek blijkt dat kinderen het meeste leren van het zelf oefenen met de lesstof en van directe toepassing. Lesstof beter onthouden kan ook door bijvoorbeeld hardop te lezen en/of met de hand mee te schrijven tijdens de uitleg. Bijvoorbeeld door aantekeningen, een samenvatting of een mindmap te maken.
Voorwaarden voor goed en leesbaar leren schrijven:
een goede visuele ontwikkeling waardoor de oog-hand coördinatie zich goed kan ontwikkelen (visueel = betreft het kijken en zien) een actieve schrijfhouding. een pen die lekker in de hand ligt en een goed schrijfspoor geeft, geen potlood dus. voldoende concentratie.
De nieuwste begrijpend lezen methodes:
Nieuwsbegrip, Close reading, Grip op lezen, Leeslink (digibordmethode)
Als leren lezen niet lukt...
veel te lezen. Probeer thuis in ieder geval een kwartiertje per dag te lezen. Maak er een fijn moment van. Ook kun je afspreken om het voorlezen af te wisselen; eerst jij een bladzijde of alinea, dan je kind.
Als halverwege groep 3 blijkt dat je kind moeite blijft houden met hakken en plakken, zijn er nog genoeg alternatieven. Bijvoorbeeld het zoemend lezen, ook wel zingend lezen genoemd. Bij zoemend lezen houdt je kind de losse klanken net zolang aan tot het de volgende klank heeft ontcijferd.
Dyslexie en hoogbegaafdheid
Kinderen die zowel hoogbegaafd als dyslectisch zijn, zijn vaak te herkennen aan de volgende signalen: Veel spellingsfouten. Wel goed mondeling taalgebruik, maar schriftelijk wel problemen. Negatief beïnvloede prestaties (verveling, faalangst, enz.)
Hoogbegaafde kinderen leren top-down, dat geldt voor uitzonderlijk begaafde kinderen nog extremer. Ze leren dus van teksten, naar woorden, naar letters. En niet andersom, zoals op scholen wordt aangeboden.
Als een kind op een IQ-test tussen 121 en 129 scoort, wordt een kind begaafd of ook wel meerbegaafd genoemd. Het betreft hier ongeveer 7% van de kinderen. Kinderen die boven 130 scoren, worden zeer begaafd of hoogbegaafd genoemd.
Vergoeding dyslexieonderzoek
Dyslexieonderzoek wordt in ons land vergoed voor kinderen op de basisschool van 7 tot en met 12 jaar die voldoen aan de criteria voor Ernstige Enkelvoudige Dyslexie (EED). Wanneer uit het onderzoek blijkt dat een kind EED heeft dan wordt ook de behandeling vergoed.
Dyslectici maken meer spelfouten dan leeftijdsgenoten: 'luisterfouten', (bijv. verspeken in plaats van verspreken), 'onthoudfouten' (bijv. ou-au of ei-ij) of regelgebaseerde fouten (bijv. dt-fouten).
Dyslexie is niet te verhelpen, maar er kunnen veel handvatten worden aangereikt waardoor het makkelijker wordt om ermee om te gaan.