Blaas kort op het fluitje en laat de hond naar je toekomen.Beloon hem uitvoerig. Als deze oefening er goed in zit, kun je ook op andere tijdstippen oefenen – eerst thuis en vervolgens ook buitenshuis. Gebruik altijd hetzelfde commando en het hondenfluitje en geef jouw hond bij aankomst een snoepje.
Heel belangrijk is dat je jouw pup NOOIT straft als hij niet meteen luistert: bij jou komen moet te allen tijde leuk blijven en hij moet zich bij jou veilig kunnen voelen. Grijp dus ook niet ineens naar zijn halsband of tuig als hij wel komt, maar gooi desnoods wat lekkers op de grond zodat je hem rustig kan aanlijnen.
Bedenk van te voren wat je wilt
Je kunt je hond bijvoorbeeld leren om recht voor je te gaan zitten, zoals in bepaalde hondensporten gewenst is. Een andere optie is om je hond zo dichtbij te laten komen dat je hem kunt aanraken. Of om je hond naar je toe te laten komen, maar hij mag best in de buurt gaan snuffelen.
Ga in de buurt van hem staan, noem zijn naam en beloon hem als hij naar je kijkt. Herhaal dit een paar keer en ga dan weer verder met waar je mee bezig was. Als je pup na dit een paar keer gedaan te hebben steeds naar je kijkt als je zijn naam noemt kun je het ook op moeilijke momenten gaan proberen.
Je kunt als hij niet luistert bijvoorbeeld iets anders van hem vragen, zoals om te zitten, of om te wachten. Of je kunt het makkelijker maken, door bijvoorbeeld dichter naar je hond toe te gaan, of te wachten tot hij minder afgeleid is, om vervolgens nog een keer 'hier' te roepen.
Dit kun je aanleren met een speciale techniek met brokjes. Door je hond te belonen als hij iets goed doet, door bijvoorbeeld 'goed zo' te zeggen, weet hij dat hij iets goed doet. Het tegenover gestelde is dus ook zo. Als de pup je hand probeert open te maken met het brokje, zeg je 'foei' of 'stop'.
Laat je hond of puppy iets doen wat hij goed kan, zodat je eindigt met een succes. Train in het begin zonder afleiding. Leer de basis in een rustige omgeving en voeg later afleidende elementen toe, zodat je hond aan verschillende omgevingen kan wennen. De training moet altijd beloningsgericht zijn.
2-4 maanden - Volgfase: Het hondje volgt het baasje overal. Belangrijk om het volgen goed te belonen en ook goed aan te leren. Hier heb je later profijt van! 4-6 maanden - Speel- en ontdekkingsfase: Het hondje speelt veel en gaat steeds meer op ontdekking maar is nog makkelijk af te leiden met leuke nieuwe speeltjes.
Om gehoorzaam te worden moet hij de gehoorzaamheidstraining leuk vinden. Honden leren sneller te luisteren als ze er plezier in hebben en beloont worden, dan wanneer je streng bent. Als de hond wordt beloont als hij de commando's „zit“, „blijf“ of „volg“ opvolgt, zal de hond dit gedrag herhalen.
De puppy heeft snel door dat hij naar jou toe moet komen al is het maar uit nieuwsgierigheid wanneer de puppy bij je geef je hem een snoepje. Als je dit geregeld herhaald zal de pup in een paar dagen zijn naam goed herkennen en dan associeert hij namelijk de klanken van met een hele leuke gebeurtenis.
Ze moeten echter wel eerst met elkaar leren omgaan. Stimuleer hun prille relatie door je pup iets lekkers te geven wanneer jij aandacht geeft aan je kind, of ga samen met je kind en hond wandelen. Leer je kind de hond te respecteren en laat hem of haar niet om zijn nek hangen of te ruw met hem spelen.
Wanneer je hond gedrag vertoont wat je niet prettig vindt, dan zou je je hond kunnen straffen. Dat kan op allerlei manieren. Je kunt `nee´ zeggen, een ruk aan de lijn geven, een speeltje afpakken of een stroomband gebruiken. Al deze handelingen hebben als doel het gedrag te stoppen of te doen afnemen.
Wanneer dit moment is verschilt enorm per hond. Zo kan het zijn dat je hond al iets rustiger wordt bij een leeftijd tussen de 6 en 9 maanden. Wanneer je hond volwassen is, dit is tussen de 1 en 2 jaar, zie je vaak dat de grote hoeveelheid puppy energie is verdwenen.
Als jouw puppy bijt, moet je hem duidelijk maken waar de grens ligt. Onderbreek het spel met een geluid zoals 'Auw' zodra hij met zijn tanden op jouw huid of kleding komt. Negeer hem dan kort, zodat hij onmiddellijk de consequentie van het bijten leert. Meestal is één minuutje al voldoende.
Speel eens verstoppertje met de hond, door jezelf te verstoppen en de hond je te laten zoeken. Dit kun je eenvoudig thuis doen maar ook bijvoorbeeld onderweg is dit een leuk spelletje. Wanneer de hond even niet kijkt verstop jij je achter een boom en zodra de hond merkt dat je weg bent zal hij je gaan zoeken.
Een puppy (t/m 6 maanden) slaapt ongeveer 18 tot 20 uur. Dit heeft de pup nodig om te groeien, maar ook om alle prikkels te verwerken. Een jonge hond (vanaf 6 t/m 24 maanden) slaapt ongeveer 16 tot 18 uur. Een volwassen hond slaapt ongeveer 16 uur.
De beste manier om jouw hond aan de lijn te leren lopen is door te beginnen in een omgeving waar het dier weinig afleiding heeft. Loop bijvoorbeeld een paar rondjes door de tuin of neem het dier mee naar een rustige plek. Zo heeft jouw hond alleen oog en aandacht voor jou.
De puberteit begint bij honden rond 6-7 maanden. Officieel duurt hij tot de hond volwassen is, ergens tussen 3 en 4 jaar. Maar de absoluut ergste fase – de periode waarin hun hersentjes wel heel weinig aankunnen – is meestal na de eerste 2 tot 3 maanden wel voorbij.
Maar de puppytijd is voorbij voordat je het weet! Wanneer een pup volwassen is verschilt per ras en per hond. Kleine honden zijn gemiddeld eerder volwassen dan grote rassen. Zo zijn kleine rassen vaak met 10-12 maanden al uitgegroeid en grotere rassen pas met 12-18 maanden.
Honden communiceren o.a. met hun lichaam en reageren nauwkeurig en eenduidig op wat iemand laat zien met zijn lichaamstaal. De honden spiegelen dus direct wat jij neerzet en uitstraalt en geven daarmee informatie over hoe je in contact staat met jezelf en met de ander.
Een of twee per dag trainen, hooguit een paar dagen per week gedurende 5-15 minuten is voor de meeste honden voldoende om goede resultaten te behalen. Als je met je hond lessen van een uur volgt, zorg er dan voor dat je hond tijdens de les een aantal keren pauzeert.
Honden en puppies zijn lactose intolerant en kunnen er diarree en andere maag- en darmproblemen van krijgen. Veel honden hebben een graan- en broodallergie. Honden knagen graag eens aan een bot maar beenderen van gevogelte, konijn, varkenskotelet of andere kleine botten mag u absoluut niet aan uw hond geven.