Een zaadje heeft twee jaar nodig voor je ervan kan oogsten. Of de plant buiten of binnen geteeld wordt, is afhankelijk van het seizoen. Rabarber van Nederlandse bodem is van oktober tot en met juli beschikbaar. Maart t/m juni wordt de rabarber geplant in de buitenlucht, daarna wordt de rabarber binnen geteeld.
Rabarber houdt van een humusrijke grond die vocht vasthoudt. Gebruik ook veel organische mest, dan krijg je grotere stengels en bladeren. Jonge rabarber wordt wat minder groot.
Zodra de bladeren zich hebben ontvouwd, begint hun oogst. Hoe langer u wacht, hoe houteriger de stengels worden. Een ander nadeel van de pure rabarber en oudere soorten is dat ze zich in het jaar steeds meer ophopen met smaakloos oxaalzuur.
Rabarber is een oude groente die vooral gebruikt wordt om confituur en gebak mee te bereiden. Het wordt gebruikt in de kruidengeneeskunde en je kan er ook vloeibare bemesting van maken. Een rabarberplant wordt gemiddeld zo'n 20 jaar oud en is een must-have voor elke startende moestuinier.
Rabarber wordt naarmate het seizoen verstrijkt namelijk steeds zuurder. Echter is dit niet alles. Ook de hoeveelheid oxaalzuur neemt vanaf 21 juni sterk toe. Een te hoge inname hiervan kan schadelijk zijn voor je gezondheid en in de meest extreme gevallen kan het zelfs giftig zijn.
Rabarber oogsten
Oogsten kan vanaf april tot de langste dag (21 juni). Vanaf dan keert het oxaalzuur stilaan terug vanuit de bladeren naar de stelen en is het niet meer aan te raden om ze nog te oogsten. De bladstelen moet je afdraaien of uittrekken en zeker niet afsnijden.
Rabarber groeit het best op een diep bewerkte grond (twee steken diep gespit), waardoor bodemverbeteringmiddelen en meststoffen zijn gewerkt. Kies bij voorkeur een zonnige plek dan is de smaak minder zuur. Maak een plantgat van 30 cm breed en diep op één m afstand van andere gewassen.
Hoewel rabarber heerlijk is, mag je de groente niet te vaak eten vanwege het oxaalzuur. Dit zuur vermindert namelijk de opname van calcium.
Rabarber staat graag in grond die zowel water goed vasthoudt als afvoert, want de plant wil geen natte voeten maar zeker ook niet te droog worden. Het kost de rabarber veel energie om te groeien, dus extra bemesting hebben ze wel nodig. Verwen je rabarberplanten met biologische mest in het voorjaar en rond de zomer.
Je kunt wel een paar keer van geforceerde rabarber oogsten maar bedenk dat het veel van de plant vergt en ze op een gegeven moment licht nodig heeft om te kunnen groeien en weer aan te sterken. Oogst vanaf dat moment vooral de dikste stelen zodat de dunnere/kleinere stengels nog verder kunnen groeien.
De bladstelen moet je afdraaien of uittrekken en zeker niet afsnijden. Bij het afsnijden kan het resterende stuk rotten en zo zelfs de hele plant aantasten. Neem de steel onderaan stevig vast en draai deze een kwartslag om ze dan uit te trekken.
Rabarberbladeren zijn giftig
Wat een lastige groente, die rabarber. De zure rode stengels zijn oneetbaar zonder suiker, en de bladeren zijn ook nog eens giftig. Er zitten hoge concentraties calciumoxalaat in. Daar word je misselijk en duizelig van.
Jammer genoeg kun je rabarber niet het hele jaar lang eten. Het seizoen van rabarber loopt van eind maart tot en met juli, met mei als topmaand. Da's niet zo lang, dus tijdens het rabarberseizoen kun je maar beter volop genieten van deze lekkernij.
Aangezien wij zelf niet bijzonder veel van rabarber houden maar de plant wel mooi vinden, hebben we de rabarber jarenlang op een vrij schaduwrijk plekje in de tuin laten staan. Rabarber schijnt van zon te houden maar in onze ervaring doet ze het ook in de schaduw prima.
Rabarber zet je best niet in volle zon. Met hun grote bladeren doen ze het prima in de halfschaduw. Wil je vroeg oogsten dan zorg je er wel best voor dat je ze op een warm plaatsje zet. Ook met zompige grond, waar ander groenten het vaak niet goed doen, kan rabarber prima overweg.
De groente is rijk aan mineralen als calcium, kalium en mangaan en het zit vol antioxidanten. Antioxidanten beschermen cellen en weefsels tegen beschadiging van vrije radicalen en kunnen zo op de lange termijn mogelijk ziekten als kanker en hart- en vaatziekten voorkomen. Ook bevat rabarber vitamine K.
Elke 4 à 5 jaar moet je rabarber snoeien of delen, anders worden de stengels kleiner en stakig. Snoei de kroon zo dat er 4 of 5 scheuten overblijven. Of graaf de rabarberplant uit en deel hem. Zo zal je van een rijkelijke oogst kunnen genieten!
Dan doe je er goed aan wat kalk aan je rabarber toe te voegen. 1 lepeltje pure kalk (calciumcarbonaat) in de vorm van gereinigde krijtpoeder is al voldoende om het oxaalzuur in rabarber te stabiliseren. Het heeft geen bijsmaak maar maakt de rabarber wel lichter van kleur.
Zoals heel wat andere groenten, helpt rabarber om af te vallen. Rabarber heeft weinig calorieën in zich, maar wel veel voedingswaarden. Door de goede voedingsstoffen en de verzadigende vezels zal je daardoor zeker voldaan zijn na het eten van rabarber. Ideaal om je dieet een extra boost mee te geven.
Pas wanneer je 10 kilo rabarber eet, krijg je te veel oxaalzuur binnen. Mensen met nier- of galproblemen kunnen echter beter niet dagelijks rabarber eten.
Smul gerust lekker door, want rabarber wordt helemaal niet giftig na een tweede of zelfs derde oogst. Het is wel zo dat je na de eerste oogst je plant beter even laat rusten om opnieuw reserves op te bouwen. De lekkerste oogst pluk je voor juli. Nadien worden de stengels iets tengerder en minder smaakvol.
Rabarber is van oktober tot en met juli verkrijgbaar van Nederlandse bodem. In het voorjaar en de zomer groeit rabarber in de buitenlucht. Rabarber wordt ook in de winter geteeld, dit noemen we geforceerde teelt. April t/m juli van de volle grond en van oktober t/m april uit de geforceerde teelt.
Voor gezonde mensen is dit geen probleem, want je zou er al kilo's moeten van eten om een teveel aan oxaalzuur binnen te krijgen. Kinderen en senioren eten best niet meer dan tweemaal in de week rabarber. Mensen met reuma, jicht, artritis of nierstenen eten er beter ook niet teveel van. Bij twijfel, raadpleeg uw arts.
Rabarber is een meerjarige plant en blijft verschillende jaren op dezelfde plaats in onze tuin aanwezig. Dankzij de sterke, vlezige rhizomen of wortelstokken kan de plant koude winters overleven. De bovengrondse delen van de plant sterven 's winters, net zoals bij vele vaste planten in onze siertuin, volledig af.