Een lijk begint grofweg na 48 uur te ontbinden en dan begint het een lucht af te geven. Het gaat pas echt stinken als er na een paar dagen vochtblaren zijn ontstaan die dan knappen.
Hoe een lijkengeur ruikt hangt voor een groot deel af van de concentraties van de componenten die de geur samenstellen. Meestal is er een duidelijk verschil te ruiken tussen de geur van rotte vis en de geur van rot vlees. De lijkengeur van een vleeseter verschilt doorgaans ook van die van een planteneter.
Het lichaam laat methaanthiol vrij gedurende het ontbindingsproces. Methaanthiol ruikt naar zweetvoeten en rotte witte kool. Dimethyldisulfide is een stinkend gas dat voortkomt via vele bronnen, zoals bacteriën, schimmels, planten, en dieren.
De weke delen van een lichaam zoals ogen en ingewanden zijn na enkele weken of maanden weg. Het spierweefsel (zeg maar het vlees) gaat veel en veel langzamer. Dat komt omdat er in de grond vrij weinig zuurstof doordringt, waardoor er een langzame stofwisseling en langzaam ontbindingsproces is.
"Als het heel warm is geweest, gaat de ontbinding heel erg snel. Dat ruik je. Dat komt doordat het lichaam opblaast en er meer bacteriegroei is in een korte tijd. De geur is ook heviger als een lichaam is aangevreten en de buikwand ligt er bijvoorbeeld uit."
Na de verzorging kan men bij een intacte huid van zowel de overledene, als nabestaande of verzorger, iemand zonder problemen aanraken. Voor het sluiten van de ogen, is het vaak al voldoende ogen direct na het overlijden met de vingers dicht te strijken.
Binnen twee weken na intreding van de dood komen producten van ontbinding uit de lichaamsopeningen zoals uit de mond, de neus, de anus en eventuele andere lichaamsopeningen (bijvoorbeeld wonden). De stank van rotting is op dit moment overweldigend aanwezig.
Cremeren is het proces waarbij een overleden lichaam wordt verbrand. Het verbranden van het lichaam doet voor diegene geen pijn, je voelt er dan niks meer van want alleen je lijf is er nog.
Als er wordt gesproken over het schoonmaken na een overlijden of onopgemerkte dood, ligt de nadruk vaak op het risico van bloed overdraagbare ziekteverwekkers. Dit zijn ziektekiemen die in bloed leven en zeer veel ellende kunnen veroorzaken. Sommige van deze ziektekiemen worden bacteriën genoemd en anderen virussen.
Natuurlijk mag iemand de overledene op de mond kussen maar men moet wel rekening houden dat daar veel bacteriën aanwezig zijn. Het is wellicht een vervelend praatje maar direct na het overlijden begint het lichaam met het ontbindingsproces. Die lichaamssappen moeten weg en dat gaat vaak via de mondhoeken.
De huid. Als eerste zal het bloed wegtrekken uit de huid. Het directe gevolg is dat het slachtoffer een grauwe gele kleur krijgt. Deze kleur wordt alleen maar intenser naarmate de shock in een verder stadium komt.
Wat gebeurt er na de dood? De enige ervaringsverhalen die we op deze vraag hebben zijn van mensen met een bijna-doodervaring. De meeste mensen die een bijna-doodervaring hebben meegemaakt, zeggen dat ze bepaalde dingen zien: een tunnel, aangenaam wit licht, overleden familieleden of een film over hun leven.
De mond kan je na overlijden dichtdoen en met een handdoek-rolletje onder de kin dichthouden. Maar de mond is de sterkste spier van je lichaam en als de spierstijfheid afneemt, gaat de mond weer open staan. Overigens moet je als iemand een kunstgebit heeft, dit weer indoen voor het sluiten.
Voor een lijk in een kist helemaal verteerd is (verdwenen is), moet u aan tientallen jaren denken. Soms kun je na honderden jaren nog skeletten of delen van skeletten op een oude begraafplaats vinden. Soms is na 20 of 30 jaar alles helemaal weg.
Als volwassene contact hebben met een overleden dierbare is mogelijk. Alleen is de mate waarin dit lukt afhankelijk van jouw persoonlijke proces en status. Soms wil je ze zo graag spreken, alleen heb je toch nog hulp nodig van bijvoorbeeld een medium of helderziende om dit te kunnen doen.
Hier bestaan geen regels voor. Om een overledene wel of niet thuis op te baren is een vrije keuze. Ook om hem 's nachts alleen te laten. De meeste mensen laten een overledene niet alleen in huis en zorgen voor een wake; dat is een kwestie van gevoel.
Wetenschappers voeren daar baanbrekend forensisch onderzoek uit. Wilson en collega's probeerden in het lab een gebruikelijk systeem voor het vaststellen van het tijdstip van overlijden te verbeteren. Ze gebruikte daarvoor timelapse camera's en ontdekten dat menselijke lichamen na de dood significant bewegen.
Lijkvocht ontstaat door het vloeibaar worden van een lichaam door ontbinding. Het lichaamsvocht vermengt zich met bloed en bacteriën en is onderhevig aan allerlei chemische processen die in het lichaam plaatsvinden. Dat maakt het dat lijkvocht ook wel eens als giftig wordt beschouwd.
In principe mag je alle makkelijk verteerbare voorwerpen meegeven in de kist. Ook tekeningen van kinderen, brieven, bloemen en foto's (zonder fotolijstje uiteraard!) mogen mee. Daarnaast vinden veel kinderen het fijn om een lievelingsknuffel mee te geven aan een overleden persoon.
Bij het cremeren wordt de kist in een crematieoven geplaatst. De kist vergaat daarbij door de hitte. Voorafgaand aan een crematie is er vaak een uitvaartdienst of een kerkdienst, maar het hoeft niet. Na het afscheid brengt de uitvaartondernemer de kist naar de ovenruimte, waar de uiteindelijke crematie plaatsvindt.
Een crematie is goedkoper dan een begrafenis. Cremeren is beter voor het milieu. Er is geen graf dat onderhouden moet worden en dat op een later moment weer extra kosten met zich meebrengt.
Weefsel van organen wordt vernietigd, lichaamscellen worden in hoog tempo afgebroken, de huid verkleurt en raakt los. Vet neemt de langste tijd om te verteren, dus billen en dijen zitten er als laatste aan. Na zo'n tien jaar is alleen het skelet nog over.
Dit vetlaagje beschermt ons tegen invloeden van buitenaf. Bij de levende mens wordt dit laagje steeds opnieuw aangemaakt. Bij overlijden stopt dit proces. Doel ter conservering is om dit laagje zoveel als mogelijk in stand te houden zodat bescherming tegen invloeden van buitenaf blijft bestaan.
Eén van de stoffen die het makkelijkst vergaan, zeker wanneer het over 100% katoen gaat. In een (georganiseerd) composteringsproces zou het materiaal ongeveer na 1 week tot 5 maanden verdwenen moeten zijn.