De meeste appels kunnen worden geplukt tussen einde september en half oktober. Je kunt even voelen of het steeltje van de appel makkelijk van de boom loskomt. Als dit het geval is, dan is het tijd om de appels te oogsten.
Om te beginnen moeten appels altijd zorgvuldig worden geplukt. Ruk ze dus niet van de takken. Een appel is pas rijp om te oogsten wanneer deze gemakkelijk kan worden geplukt, d.w.z. dat het steeltje van de appel gemakkelijk van de tak loslaat als u deze draait.
Zet een paar doosjes koel weg, een doos wat warmer, en een schaal op kamertemperatuur. Appels die ineens in een warm vertrek worden gelegd, rijpen vaak sneller. Ook hierbij is het uitproberen: het resultaat verschilt van ras tot ras.
Ja, vers geplukte appels moet je een tijdje laten liggen voordat ze lekker eetbaar zijn. Het is per appelras verschillend hoe lang de rijptijd duurt en het maakt ook nog uit hoe je de appels bewaart. Appels die je lang wil bewaren moeten juist niet te snel rijpen, voor je het weet zijn ze rot.
Tip 3: de appeloogst kan in augustus beginnen
Ook de appeloogst is een kwestie van het juiste moment. Pluk je de appels te vroeg, dan zijn ze niet zoet genoeg. Pluk je ze te laat, dan smaken ze melig.
Bananen (maar ook andere soorten fruit) stoten van nature kleine beetjes van het gas ethyleen uit en dat versnelt de rijping van ander fruit. Dit is wel enkel mogelijk bij fruit dat voor dit gas gevoelig is. Zo zullen kleine vruchten zoals aardbeien en kersen hierop bijna niet reageren.
Zomer en herfst. De zomerperiode is de groeiperiode voor de appels. Appels zijn plukrijp wanneer de pitten rijp zijn, maar pas eetrijp als ook het vruchtvlees op smaak is gekomen. De appeloogst begint voor vroege rassen al in augustus en loopt door tot in oktober.
Plot twist: niet alle fruitsoorten rijpen nog na het moment van aankoop. Alleen fruit dat van nature gas (ethyleen) produceert, zal wel nog rijpen. Bijvoorbeeld bananen of perziken. Fruit zonder dit gas, zoals aardbeien en ananas, rijpen niet meer.
Een appelboom snoeien doe je best in de winter, zoals de meeste fruitbomen. De snoeiperiode voor deze boomsoort loopt van november tot en met maart. In de periode van juni tot eind oktober kan je ook een lichte onderhoudssnoei doen.
Wanneer appels plukken
Heb je in jouw tuin een heel vroeg ras, dan zou je in augustus al de eerste appels kunnen plukken. De appelpluk kan echter wel doorlopen tot een eindje in oktober. Er zijn op zich wel appelrassen die in juli geoogst kunnen worden, maar die komen we in Nederland minder vaak tegen.
Bij ongunstige omstandigheden, zoals langdurige droogte, kan de rui zo hevig zijn, dat er maar een geringe oogst overblijft. Je kunt dit voorkomen door tijdig ruim water te geven. Na een minder heftige juni-rui is het vaak nodig om nog extra te dunnen.
Heeft een boom heel veel kortloten, dan mag je er hier ook wat van weghalen. De meeste appels kun je zo van de boom eten; als de eerste vruchten spontaan van de boom vallen, is het zover. Bij twijfel kun je een appel doormidden snijden. Als de pitten mooi diepbruin zijn, zijn ze goed.
Als de temperatuur een paar graden onder nul komt, bevriezen de knoppen. Dan kan de hele oogst, of een groot deel ervan, mislukken. Om het bevriezen tegen te gaan, beregenen de meeste telers hun appel- en perenbomen. Dat houdt in dat de fruitbomen continu worden besproeid.
Kleine hoeveelheden kunnen in een koelkast worden bewaard. Voor appels is de ideale bewaartemperatuur 4-5°C en voor peren is dit 0-1°C. Een goed onderkomen is een donkere, niet te droge kelder die gelucht kan worden via een raam aan de noordkant. Een gelijkmatige temperatuur van 2 - 4°C is meestal goed.
Als je je fruitboom twee keer per week water geeft, zal hij heel blij zijn. Als de droogte aanhoudt, kunt u uw fruitboom ongeveer 2 keer per week water geven. Zelfs in de vroege groeifase na de winter kunt u de scheuten en bloemen 3 keer per week ondersteunen met water.
Het is belangrijk om de appelboom voldoende water te geven, zowel tijdens het planten als tijdens de eerste periode. De boom moet 'aanslaan' en heeft ongeveer dertig tot veertig liter water per week nodig.
De beste plaats voor een appelboom is een zonnige plaats. Appelbomen verdragen ook een plaats die half in de schaduw ligt. U kunt de boom het beste tussen november en maart planten, waarbij de plantafstand afhankelijk is van de maat die u koopt. Een laagstam heeft minder ruimte nodig dan een halfstam.
Er is één fruitsoort dat niet handig is om op de fruitschaal te leggen en dat zijn onze favoriet: appels. Ander fruit en groente kun je gerust samen op een plek leggen, maar appels zijn niet handig. Dit komt omdat appels ethyleengas produceren. Dit gas is niet schadelijk, maar rijpt andere fruitsoorten sneller.
Steenvruchten – denk aan nectarines, perziken en kersen – bewaar je best niet in de koelkast. De koude zorgt ervoor dat ze smaak verliezen, melig worden en hun heerlijke zoete smaak verdwijnt.
Ethyleen en rijping
Bananen, appels, peren en perziken verspreiden een gas (ethyleen) als ze rijpen. En dat versnelt ook de rijping van ander fruit. Wil je dit voorkomen, bewaar ze dan apart.
Appels en peren kun je in stukjes of schijfjes invriezen maar ze verkleuren snel. Was de partjes en leg ze voor je ze invriest 20 minuten in een oplossing van 2 eetlepels citroensap op 1 liter water. Schil bananen, en snijd ze in stukken of plakjes. Je kunt ze ook heel invriezen.
Er is keuze genoeg met onze eigen Elstar, Jonagold, Jonagored, Cox (Orange Pippin), Golden Delicious, Goudreinet, Delcorf, Alkmene, Rubens, Junami en Kanzi. Hollandse appels worden in de late zomer en herfst geoogst. De Nederlandse Elstar is van september tot en met juni verkrijgbaar.
De Fuji appel is een appel uit Japan en in Nederland misschien wat minder bekend. In de schil van de Fuji appel zitten veel flavonoïden, zo'n 30% meer dan bij bijvoorbeeld Jonagold. Flavonoïden zijn antioxidanten en geven kleur aan het fruit. Deze appel is groen of geelgroen, met een roze tot donkerrode blos.