bonen: 8 -18 dagen. paprika : 8 tot 20 dagen. prei: 15 – 20 dagen. wortelen: 2 tot 3 weken.
De grond waarin we bonen willen zaaien moet al voldoende opgewarmd zijn en mag niet te nat zijn. In een te natte en te koude grond komen bonen gewoonweg niet op. Ook de kiemplantjes zijn nog heel gevoelig voor kou en vocht.
Bonen oogsten
Struikboontjes groeien niet zo hoog en kan je sneller oogsten. Naargelang het soort boontjes hebben boontjes ongeveer tussen de 50 à 90 dagen nodig om te groeien voordat je ze oogst.
Rond half juli kan men de laatste bonen in volle grond zaaien.
Bonen zaai je van begin mei tot eind juni. Dan moet het wel warm en droog zijn, want bij kou en regen komen de bonen niet goed op. En laat dat nu net geen garantie zijn in Nederland. Bovendien zijn de jonge zaailingen erg kwetsbaar voor nachtvorst.
Lage bonen worden ook wel struikbonen maar vooral stambonen genoemd. De opbrengst van stambonen bedraagt gemiddeld 12 kilo per 10 vierkante meter. Het grootste voordeel van stambonen is het snelle groeien en dus ook snelle oogsten (sneller dan stokbonen die eerst veel stengels en blad moeten maken om te klimmen).
Zaai het liefst op een koele, zonnige plaats met vochthoudende grond. Binnen twee tot vier weken gaan de tuinbonen ontkiemen. Voordat de echte tuinbonen aan de plant verschijnen, geniet je in mei van de witte of roze bloemtrossen.
Een bodemtemperatuur tussen 12 en 15°C is ideaal. Kies in elk geval een zonnige plaats in je tuin, want in de zon zullen ze beter groeien en lekkerder smaken. Voor je gaat zaaien, week je de bonen best een nachtje in water om de kieming te bevorderen en de kans op succes te vergroten.
De boontjes kunnen redelijk wat droogte aan, en laten heel goed zien dat ze te droog staan. Als de planten en bladeren hangen moet je zo snel mogelijk water geven. Probeer dat moment van lamlendigheid wel voor te zijn, zeker als de boontjes in wording zijn is het schadelijk als de planten te droog staan.
Zaaien. Sperziebonen houden van warmte, ze kunnen echt niet tegen nachtvorst. Wacht dus met het zaaien tot minimaal halverwege mei, zodat de kans op nachtvorst nihil is. Als je wil dat ze sneller kiemen, laat de bonen dan een nachtje in lauw water weken.
Een bodemtemperatuur tussen 12 en 15°C is ideaal. Kies in elk geval een zonnige plaats in je tuin, want in de zon zullen ze beter groeien en lekkerder smaken. Voor je gaat zaaien, week je de bonen best een nachtje in water om de kieming te bevorderen en de kans op succes te vergroten.
Bonen zorgen zelf voor stikstof doordat ze stikstof uit de lucht opslaan in de wortelknobbeltjes (stikstofsynthese). Daarom hebben ze weinig bemesting nodig. Compost van plantaardig materiaal is ideaal. Ook om bonenvliegen tegen te gaan, die afkomen op stalmest.
U hebt bonen of snijbonen gezaaid en lang niet alle bonen komen op. Oorzaak: bonen zijn verrot of bonen kiemen niet door te droog weer. Benodigdheden: • Plastic bakken ca 6 cm diep (b.v. Hertog ijsbak).
Te weinig licht zorgt ervoor dat de zaden helemaal niet kiemen of dat ze gaan sprieten, op zoek naar licht. Als ze te veel licht krijgen, kunnen zaailingen uitdrogen. De zon in februari zorgt nooit voor problemen. Maar op een zonnige dag in april en mei moet je zaailingen in de kas eventjes in de schaduw zetten.
In de volle grond gaat 't beste als je wacht tot na IJsheiligen. – Bonen hebben in beginsel niet veel water nodig. Ze hebben doorgaans genoeg aan natuurlijke regenval. Zodra de bloemen verschijnen kunnen ze vaker wat water gebruiken.
Gooi het weekwater weg. Je gooit dan weliswaar wel wat voedingsstoffen weg, maar ook de anti-nutriënten. Die laatste wegen zwaarder. Koken in schoon water heeft als voordeel, en dat is niet onbelangrijk voor je omgeving, dat je wat minder winderig wordt van je bonenmaaltijd ;-).
De ideale temperatuur voor het zaaien van bonen in de volle grond, is minimaal 10 tot 12 graden. Wanneer je je bonen hebt voorgezaaid, plant je ze half mei buiten uit. Zorg ervoor dat de bonen op een zonnige plek staan en dat regenwater makkelijk afgevoerd kan worden. Bonen kunnen namelijk niet goed tegen veel regen.
De zaden in het donker hebben voor de fotosynthese licht nodig. Daarom groeien ze zo snel naar boven. Een van de donkere bonen was afgebroken, dit zou beter kunnen gedaan zijn, als er geen emmer was gebruikt om de bonen onder te zetten.
Zaaien en planten
Je zaait zo'n 4-5 bonen per stok, op een afstand van 75x75 cm. Voorzaaien is ook een optie; zaai dan 4-5 bonen per potje en plant deze vervolgens uit bij een stok of draad. Houd met stokbonen rekening mee dat je de planten in het begin soms een beetje moet helpen door ze om de stok heen te draaien.
In rijen kan je ongeveer 5 tot 8 tuinboon planten per strekkende meter laten groeien in de volle grond.
Door de top uit tuinbonen te verwijderen zorg je dat luizen niet goed meer op de planten kunnen landen en daarmee kun je de aantasting dus wat beperken (mits je dat doet wanneer ze nog niet een echte plaag is). Die jonge toppen zijn trouwens eetbaar, je kunt ze stoven of bakken.
Zaai boontjes 2 tot 4 cm diep. In zandgrond kun je iets dieper planten, in kleigrond iets minder diep. Zaai of Plant struikbonen 8 cm uit elkaar en de rijen 40 cm tussen de rijen. Voor stokbonen zet je om de 50 cm een stok die je diagonaal plaatst recht tegenover een andere stok.