De terminale fase is de laatste levensfase van iemands leven. Concreet is deze persoon ziek en is deze ziekte ook niet meer te genezen of behandelen. Of de nadelen van de behandeling wegen niet op tegen de voordelen. Deze fase duurt meestal maximaal 3 maanden, maar kan ook langer duren.
We spreken van een terminale fase als het vermoedelijke overlijden binnen 3 maanden plaats vindt. In de praktijk wordt deze term meestal gebruikt om de laatste 6 weken van iemands leven aan te duiden. Afhankelijk van de verschillende symptomen is deze inschatting makkelijker of moeilijker te maken.
Artsen noemen een patiënt doorgaans terminaal wanneer ze verwachten dat die persoon minder dan drie maanden te leven heeft. Natuurlijk komt het ook voor dat mensen langer leven dan die drie maanden.
De bloedsomloop neemt af
Omdat het bloed zich meer en meer terugtrekt naar de borst- en buikholte, kunnen handen, armen, voeten, benen en neus koud aanvoelen. Op de benen kunnen paarsblauwe vlekken ontstaan. De gelaatskleur wordt grauw en bij de laatste ademtocht trekt de kleur helemaal uit het gezicht weg.
In de dagen voor het sterven kan een beeld ontstaan waarbij de patiënt zeer onrustig en verward is. Het bewustzijn van de patiënt is ernstig verstoord, hij kan draaien in bed, plukken aan de dekens, kreunen en schreeuwen. Dit heet terminaal delier.
Morfine is niet geschikt om de dood te bespoedigen of patiënten te sederen. Het snel ophogen van morfine kan ervoor zorgen dat het bewustzijn onvoldoende wordt verlaagd, de patiënt verward raakt, of spiertrekkingen (myoclonieën) krijgt.
Wens iemand sterkte
Zeg tegen jouw dierbare dat je het verschrikkelijk vindt wat er is gebeurd en je met hem meeleeft. Wens hem alle kracht toe die hij nodig heeft. Geef bovendien aan dat je er altijd voor hem bent en dat hij altijd op jouw steun kan vertrouwen en hulp aan je kan vragen.
Maar wat is precies het verschil? Het grootste verschil is de duur van de zorg. De palliatieve fase kan soms jaren duren, terwijl terminale zorg vaak van korte duur is. Terminale zorg wordt immers verleend aan mensen die een levensverwachting van drie maanden of minder hebben.
De tijd tussen de ademteugen wordt steeds langer, soms wel tot een halve minuut en tenslotte is er de laatste adem, in veel gevallen niet meer dan een zuchtje na een (heel) lange stilte. Het gezicht ziet er ook bij deze stokkende ademhaling vaak heel rustig uit. Dit wordt Cheyne-Stokes ademhaling genoemd.
Zuurstoftekort in het bloed leidt na enkele minuten tot verlies van het bewustzijn en zeer snel tot het uitvallen van vitale organen, met name de hersenen.
Het lichaam laat methaanthiol vrij gedurende het ontbindingsproces. Methaanthiol ruikt naar zweetvoeten en rotte witte kool. Dimethyldisulfide is een stinkend gas dat voortkomt via vele bronnen, zoals bacteriën, schimmels, planten, en dieren.
Waken bij een stervende zorgt ervoor dat de ruimte van de kamer gevuld is met liefdevolle aandacht en een wakker bewustzijn, op een moment dat de stervende heel kwetsbaar is in zijn doodsstrijd.
De palliatieve fase begint op het moment dat duidelijk wordt dat je niet meer beter kunt worden. De palliatieve fase kan kort of lang duren: van dagen tot enkele maanden of jaren.
Hoe lang palliatieve zorg duurt, verschilt per persoon. Soms dagen, soms weken, maar een jaar of langer kan ook. Door op tijd met je (huis)arts en naasten te praten over je levenseinde, kun je ervoor zorgen dat je ook in het laatste deel van je leven de zorg krijgt die bij je past.
Gemiddeld duurt het een tot drie dagen voor de patiënt overlijdt. Hoe langer het duurt, hoe minder positief mensen zijn. Patiëntenfederatie Nederland onderstreept het belang van duidelijke informatie voor patiënten en hun naasten.
Door het lichaam vocht en voedsel te onthouden, gaat het lichaam de eigen reserves aanspreken. Afhankelijk van de conditie, sterft een ernstig zieke doorgaans binnen één à twee weken. Als de stervende af en toe nog wat water drinkt, kan het iets langer duren (meerdere weken).
Een huisarts of andere deskundige kan je hierbij helpen. Breng je de laatste dagen van je leven door in het ziekenhuis of een hospice, dan neem je ook afscheid van het huis waar je misschien jaren hebt gewoond, van je buurt en vertrouwde omgeving.
Minder goed kunnen horen of zien
Gehoor en zicht nemen af. Toch kunnen veel stervenden nog heel lang horen dat er iets tegen hen gezegd wordt. Iets terugzeggen is moeilijker. Een kleine handbeweging of een beweging in het gezicht lukt vaak nog wel.
Bij mensen die gaan sterven is een stokkende en onregelmatige ademhaling meestal een teken dat de dood snel dichterbij komt. De ademhaling valt dan regelmatig stil om daarna met een diepe zucht weer op gang te komen. De tijd tussen de ademteugen wordt langer en langer, soms wel tot een halve minuut.
De mond kan je na overlijden dichtdoen en met een handdoek-rolletje onder de kin dichthouden. Maar de mond is de sterkste spier van je lichaam en als de spierstijfheid afneemt, gaat de mond weer open staan. Overigens moet je als iemand een kunstgebit heeft, dit weer indoen voor het sluiten.
Palliatie in de stervensfase
Gaat het in de eerste twee fasen vooral om de kwaliteit van leven, in de derde fase draait het om de kwaliteit van sterven. Comfort bieden, klachten verminderen en afscheid nemen zijn voorbeelden om te zorgen voor een waardige afronding.