Er is in Zweden in de winter dus wel een beetje daglicht. Meer dan wat schemer moet je echter niet verwachten. Gelukkig licht de sneeuw de dagen in het noorden wat op. Van eind augustus tot maart kan je in Zweden, mits wat geluk, het noorderlicht zien.
Zweden ligt in dezelfde tijdszone als Nederland en België. De zomermaanden in Zweden staan bekend om hun vele uren daglicht, terwijl het in de wintermaanden in sommige noordelijke delen bij een schemering blijft.
Op 22 september komt de zon om 06:56 uur op en gaat hij om 19:05 uur onder. De zon staat 12 uur 9 min. boven de horizon (de daglengte). Op 22 september begint de astronomische ochtendschemering (eerste lichtstralen) om 05:28 uur en om 20:32 uur is het volledig donker (het einde van astronomische avondschemering).
Langste dag 2022 (21 Juni)
De zon staat boven de Kreeftskeerkring en de dagen zijn op het noordelijk halfrond op hun langst. Het is met een zonhoogte van 61,4 graden zomer. De dagen worden vanaf dit moment weer korter.
De vuistregel is dat Golden Hour één uur na zonsopkomst en één uur voor zonsondergang is.
Er is dan, midden in de winter, in dit deel van Zweden amper zo'n 7u daglicht per dag. Göteborg ligt ongeveer op dezelfde hoogte en de dagen zullen dus ongeveer even lang zijn als in Stockholm. In Malmö zijn de dagen al een stuk langer, terwijl ze meer naar het noorden uiteraard veel korter zijn.
December – de donkerste maand van het jaar.
Svalbard, of eigenlijk Spitsbergen, is het meest noordelijk gelegen eiland van Noorwegen. Door de draaiing van de aarde om de zon is het hier in de winterperiode 84 dagen donker. De zon komt dan helemaal niet op en het is dus gewoon constant donker.
Zweden valt tijdens de wintertijd in tijdzone UTC +1. Zweden valt tijdens de zomertijd in tijdzone UTC +2. Wat is het tijdsverschil tussen Nederland en Zweden? Er is geen tijdsverschil.
Vooral in de noordelijke delen van Zweden, zoals Skellefteå, vanwege de relatieve nabijheid van de poolcirkel. Dat zorgt voor magische zomeravonden met het licht dat tot diep in de nacht doorgaat en het is een geweldige tijd om tot laat buiten te blijven, zowel in de stad als op het platteland.
De meeste kans maak je tussen begin september en eind maart in Swedish Lapland. Het noorderlicht, of aurora borealis, verschijnt begin september in en rond de stad Kiruna in het uiterste noorden van Zweden. De lucht komt tot leven terwijl strepen roze, groen en paars hoog boven je dansen.
In Nederland duur de civiele schemering grofweg zo'n 40 tot 50 minuten, afhankelijk van de tijd in het jaar.
In de ochtend is het blauwe uur vlak voor het gouden uur, bij aanvang van de civiele schemering, ongeveer 30 minuten voordat de zon opkomt. In de avond vindt het blauwe uur plaats aan het einde van de civiele schemering, net na het gouden uur, en begint het ongeveer 10 tot 15 minuten nadat de zon is ondergegaan.
Ruwweg kunnen we stellen dat de zon in het oosten opkomt en in het westen ondergaat. In de winter zien we minder zon: ze komt dan ongeveer in het zuidoosten op en gaat al in het zuidwesten onder. In de zomer zien we net heel veel zon: de zon komt in het noordoosten op en gaat in het noordwesten onder.
De middernachtzon is een natuurfenomeen dat in de zomer voorkomt op plaatsen ten zuiden van de zuidpoolcirkel en ten noorden van de noordpoolcirkel, dus ook in Noord-Noorwegen. De aarde draait met een gekantelde as ten opzichte van de zon, en in de zomermaanden is de Noordpool naar de zon gericht.
Het is winter op Svalbard, en rondom de hoofdplaats van deze archipel in de ijselijke Barentsz-zee (die wij als Spitsbergen aanduiden) is het permanent duister. 's Nachts en overdag. Van november tot eind februari zijn de ruim drieduizend inwoners van de Noorse nederzetting verstoken van daglicht.
Vanaf 21 maart is het op de noordpool 6 maanden lang constant dag. Vanaf 23 september valt daar de duisternis in en blijft het de volgende 6 maanden donker. Op de zuidpool gebeurt het omgekeerde. In ons voorjaar en zomer is het daar donker en vanaf 23 september breekt daar voor de volgende 6 maanden de zon door.
Waar de stippellijn de verticale as snijdt, loopt de middelbare zon gelijk met de echte zon. Dan staat de zon in het zuiden om 12 uur. En dat gebeurt vier keer per jaar (16 april, 15 juni, 2 september en 26 december).
Het centrale moment daarin is de langste dag van het jaar: 21 juni. Op diverse plaatsen in Noorwegen, Zweden en Finland wordt deze dag uitbundig gevierd. In elk van de Noordelijke landen hebben ze een aparte benaming voor de langste dag en ook het vieren geschiedt soms op verschillende momenten.
De kortste dag van het jaar (de winterzonnewende) is ongeveer 21 december. Dit houdt in dat in Reykjavík de zon rond 11.30 uur opkomt en rond 15.30 uur weer ondergaat. En naarmate je verder naar het noorden van IJsland gaat, wordt deze dag zelfs nog korter.