Breng in kaart welke taken je cliënt nog (veilig) zelf kan doen: Zichzelf wassen en aankleden, tanden poetsen, naar het toilet lopen, brood smeren… er zijn veel ADL taken waarbij je cliënt wellicht meer zelf kan doen dan je denkt, eventueel met verbale ondersteuning.
Kleinschalige activiteiten werken vaak goed. Ook moet je activiteit liefst interactief zijn en niet te lang duren. Maak het vrijblijvend: geef ouderen de mogelijkheid om eenmalig of af en toe mee te doen, zorg dat ze zich niet vooraf hoeven aan of af te melden en maak het niet te duur.
Er zijn grofweg drie manieren om aan de zelfredzaamheid van een cliënt te werken. De motivatie van de cliënt versterken, de cliënt weer leren dingen zelf te doen (een stoma verzorgen, dingen zelf regelen) of de omgeving aanpassen (inzet van hulpmiddelen, aanpassen van de woning).
Bij zorgvragers die enorm zelfstandig kunnen functioneren kun je de stijl 'delegeren of stimuleren' toepassen. De zorgvrager weet wat hij moet doen en heeft afspraken gemaakt met de zorgprofessional. De zorgvrager voert de handelingen zelfstandig en zonder toezicht uit.
Het is belangrijk dat je als zorgverlener weet hoe je patiënten en cliënten op correcte wijze ondersteunt tijdens de ADL. Je dient rekening te houden met de wensen en behoeften van mensen en te werken volgens de juiste richtlijnen.Hygiëne en het voorkomen van overbelasting bij jezelf, zijn hierbij essentiële aspecten.
Zelfredzaamheid heeft invloed op verschillende levensgebieden. In de woonsituatie, maar ook op het gebied van mobiliteit of sociale redzaamheid. Door zelfredzaamheid te stimuleren kan zorg of intensivering van zorg worden uitgesteld of zelfs voorkomen.
Haar zorg is ondersteunend aan de zorg die de zorgvrager en naastbetrokkenen zelf uitvoeren. Ze stimuleert de zelf- en samenredzaamheid en heeft een vraaggestuurde houding. Zij sluit haar zorgverlening zo veel mogelijk aan op de wensen en gewoonten van de zorgvrager.
Doel: het behouden/ verbeteren dagelijks functioneren in relatie tot gezondheid en ziekte en kwaliteit van leven. Zelfredzaamheid is een belangrijke bouwsteen voor welbevinden. Het vermogen van ouderen om hun leven vorm te geven. Inactieve ouderen lopen risico restcapaciteit te verliezen en (verder) achteruit te gaan.
Zij definieert zelfredzaamheid van ouderen als het vermogen om het (fysieke, psychische en sociale) welbevinden op peil te houden – met of zonder (in)formele zorg en ondersteuning – en de regie over het eigen leven te blijven voeren in een levensfase waarin veranderingen en verliezen onvermijdelijk zijn.
Empowerment betekent in deze context dat mensen met psychische aandoeningen hun eigen kracht ontdekken en de controle over hun bestaan herwinnen. Het verwijst naar het vermogen van mensen om zich aan een hopeloze situatie te ontworstelen en een nieuwe wending aan hun leven te geven (www.heeteam.nl).
Zelfredzaam is: aan- en uitkleden, zelf eten en drinken, zindelijkheid etc. Zelfstandigheid is het zelf op onderzoek uitgaan, zelf oplossingen zoeken en om hulp vragen, jezelf als drive ervaren en inzetten.
Bewegen aan matige intensiteit: minstens 150 tot 300 minuten per week. Dat kan je mooi spreiden over de 7 dagen. Bijvoorbeeld: minimum 5 dagen per week 30 minuten zwemmen, elektrisch fietsen, rijden in je rolstoel of wandelen aan een goed tempo.
Uit een onderzoek met 240 ouderen in de leeftijdscategorie 66 tot 75 blijkt dat hun geluk voornamelijk afhangt van sociale contacten. Het onderzoek concludeert dat wanneer je op latere leeftijd geen sociale contacten, (betrokken) familie of vrienden meer hebt, dit directe impact op je gezondheid en geluk heeft.
Vijf niveaus van zelfredzaamheid
De niveaus zijn aangegeven met een score: een getal tussen 1 en 5 en met een korte beschrijving: 'acuut probleem', 'niet zelfredzaam', 'beperkt zelfredzaam', 'voldoende zelfredzaam', en 'volledig zelfredzaam'.
De meeste ouderen hebben geen beperkingen
Twee derde van de thuiswonende 65-plussers ervaart geen beperkingen bij de dagelijkse handelingen (ADL of IADL). Van deze groep ervaart ruim driekwart zijn of haar gezondheid als goed of zeer goed. Naarmate de leeftijd vordert, daalt het percentage ouderen zonder beperkingen.
Eigen regie gaat om kiezen en bepalen en zelfredzaamheid gaat om zelf doen. Er bestaat een spanning tussen het stimuleren van eigen regie en het stimuleren van de zelfredzaamheid van cliënten.
Kenmerken van goede zorg
De zorg is veilig. De zorg is cliëntgericht: u krijgt de zorg op het juiste moment en de zorg sluit aan bij wat u nodig heeft. De zorg is beschikbaar voor iedereen die het nodig heeft. De zorg is effectief (heeft een goed resultaat) en doelmatig (is niet te duur)
Wat is zelfzorg op het werk? Zelfzorg is het vermogen om voor jezelf te zorgen. Dit enerzijds door bewust te worden van je eigen noden, behoeften en grenzen. Anderzijds door deze grenzen te bewaken en gericht aandacht te besteden aan zelfzorg activiteiten.
2.1 Het 5A model
Het 5A model is ontworpen om zorgverleners te helpen om structuur te geven aan zelfmanagementondersteuning (CBO, 2014). In het 5A model gaat het over: Achterhalen, Adviseren, Afspreken, Assisteren en Arrangeren (zie figuur 1).
Tegenwoordig heeft de term zelfzorg een bredere betekenis. Het betreft alle zorg die een individu aan zichzelf besteedt om gezond te blijven: zoals de juiste medicatie kopen bij kleine kwalen, het opzoeken van informatie over gezondheid en de eigen leefstijl veranderen wanneer dit nodig is.