Tips om je tiener aan het lezen te krijgen
Leesplezier is de sleutel tot meer lezen. Want tenslotte ga je iets vaker doen als je het leuk vindt. Scholen houden vaak nog vast aan leeslijsten (het 'lezen voor de lijst') waarop niet altijd boeken staan die goed aansluiten bij de beleveniswereld van jongeren.
Wie leest, heeft de wereld aan zijn voeten. (Voor)lezen ligt aan de basis van de taal- en leesontwikkeling van kinderen en aan de kansen die zij krijgen op school en in de maatschappij. Lezen verruimt ons denken, leert ons om anderen beter te begrijpen en vergroot ons welzijn.
Wanneer het boek is geschreven, in welk jaar (dat staat vaak op één van de eerste bladzijdes) Waarom je het boek hebt gekozen. Welk cijfer je het boek zou geven en waarom. Wie de hoofdpersonen zijn (zeg kort hun naam, vertel wat ze doen en welke eigenschappen ze hebben).
De presentatie van een boek vindt normaal gesproken plaats op of rond de publicatiedatum. Zorg er in ieder geval voor dat je boek leverbaar is en dat er voldoende exemplaren op voorraad zijn op de locatie van je boekpresentatie, zodat je deze na afloop kunt signeren en verkopen.
Mensen waarvan je houdt
Je voelt dan als het ware de energie van die ander alsof het jouw eigen energie is, alsof je ermee in verbinding staat. En dat is ook zo. We lezen dus allemaal wel eens de gedachten van anderen, zonder dat we dat zelf in de gaten hebben. Sommigen mensen lezen andermans gedachten.
boekenworm = de boekenworm zelfst. iemand die graag leest Synoniem: boekenwurm ... boekenwurm = iemand die altijd zit te lezen vb: hij gaat vast niet mee uit, die boekenwurm!
Laaggeletterden kunnen wel lezen en schrijven, maar beheersen deze vaardigheden niet goed genoeg om te kunnen functioneren in de samenleving. Daarnaast bestaat er een groep mensen met dyslexie, die wel kunnen lezen maar het niet (geheel) kunnen interpreteren. Een persoon met dyslexie kan met moeite taallessen volgen.
Hoe dik zijn de boeken die je normaal gesproken leest? 250-300 pagina's is wel een gebruikelijk midden. Dat zijn dus zo'n 40 pagina's per dag (gemiddeld een uur lezen).
Het delen van ervaringen over datgene wat gelezen is, zorgt bovendien voor vergroting van het leesbegrip. Leerlingen leren door het praten over boeken betere verbanden te leggen – niet alleen binnen het verhaal, maar ook in relatie tot hun eigen leven. Ontwikkeling van de literaire competentie wordt dat genoemd.
Waar haal je je inspiratie vandaan? Dit is de allermoeilijkste vraag die je een schrijver kunt stellen, denk ik. Schrijvers worden er ook altijd een beetje narrig van als je dit vraagt, waarschijnlijk omdat ze zelf het antwoord ook niet echt weten. De simpele versie van het antwoord is: overal vandaan.
De datum, de naam van de ontvanger en een standaardboodschap toevoegen is ook zo gebeurd. Schrijf bijvoorbeeld iets algemeens als: “Veel leesplezier.” “Leuk dat je zo enthousiast bent over mijn boek.”
Nog een aantal handige tips voor het schrijven van een samenvatting zijn: Gebruik je eigen woorden, schrijf niet letterlijk de zinnen over uit het boek. Houd de volgorde van het boek aan; gebeurtenissen die eerst gebeuren in het boek, beschrijf je ook als eerste in je samenvatting. Maak je samenvatting niet te lang!
Daarin schrijf je wie de schrijver, de illustrator en de uitgever zijn en in welk jaar het boek uitgegeven is. Over het verhaal schrijf je op wie de hoofd- en bijpersonen zijn, waar en in welke tijd het zich afspeelt, wat de belangrijkste gebeurtenissen in het verhaal zijn.
Lezen is een bijzonder krachtig middel om het brein te prikkelen. Voor het lezen zijn vele hersenfuncties nodig: de waarneming, de taal, het geheugen, het redeneren en het voorstellingsvermogen, de aandacht, en het vermogen om te selecteren tussen hoofd- en bijzaken. Inhoudelijk zijn verhalen brandstof voor het brein.
Het Lezen kan zorgen voor asociaal gedrag, mensen gaan zo erg op in het boek dat ze lezen zodat ze dingen in het echte leven vergeten of niet interesseren. Ook kan Lezen zorgen voor het ontstaan van een andere identiteit. Fictieve personages van een boek kunnen onbewust worden overgenomen.
77% van de Nederlanders geeft aan boeken te lezen (45% af en toe en 32% geregeld) en 23% zegt nooit een boek te lezen. In 2013 was dit nog 84% (42% af en toe en 42% geregeld) versus 16%. Deze cijfers bevestigen het beeld dat al eerder naar voren kwam: de groep mensen die met regelmaat leest wordt kleiner.