Je kunt je tong alleen inslikken als die zozeer is losgescheurd dat hij niet meer goed vast in je mond zit. Zolang de weefsels van de tong en de spieraanhechting in de onderkaak, het tongbeen en de schedelrand intact zijn, blijft hij in de mondholte.
Wanneer een slachtoffer op de rug ligt, kan de tong achterin de keel zakken, waardoor deze kan stikken. Bel, of laat iemand anders 112 bellen en draai vervolgens het slachtoffer op zijn zij, met het hoofd naar beneden gericht. Hierdoor kan de tong niet meer achterin zakken.
Wanneer er geen water uit de mond komt is het prima. De positie van de tong tijdens het slikken is dezelfde als een goede tongpositie in rust. 1. Neem een klein hapje, kauwen, niet doorslikken, dan de tong omhoog en breed op de juiste plaats zetten, lippen spreiden, kiezen stevig op elkaar zetten en “doorbijten”.
Als de persoon niet reageert, dan is hij bewusteloos. In dat geval zijn de spieren (kaak- en tongspier) ook slapper, en kan de tong in de keelholte zakken en de luchtweg afsluiten. Er is dus verstikkingsgevaar.
Je kunt je tong alleen inslikken als die zozeer is losgescheurd dat hij niet meer goed vast in je mond zit. Zolang de weefsels van de tong en de spieraanhechting in de onderkaak, het tongbeen en de schedelrand intact zijn, blijft hij in de mondholte. Je tong kan wel ademhalingsproblemen veroorzaken.
De tong is gemaakt om tegen het gehemelte te rusten. Het puntje van de tong ligt daarbij tegen de 'papilla incisiva', het kleine bolletje in het midden van je gehemelte vlak achter je bovenste snijtanden.
Wanneer een cliënt zich verslikt, komt eten of drinken in de luchtpijp terecht. In de meeste gevallen zal de cliënt die zich verslikt een hoestbui krijgen. Hoesten zorgt ervoor dat datgene wat in de luchtpijp is gekomen er als het ware 'uit wordt geblazen'.
Vaak zien we ook daar een lage tongligging oftewel een 'luie' tong. Doordat de tong niet in de bovenkaak ligt (wat normaal wenselijk is), kan de bovenkaak te smal blijven, waardoor er onvoldoende ruimte is voor het 'grote' gebit.
Voorbeelden van een protrale tongpers:
Logopedie (OMFT) is geïndiceerd om de oorzaak van de afwijkende gebitsstand weg te nemen. Met OMFT zal ook de kans op relaps bij een orthodontische behandeling (met afwijkend tonggedrag) afnemen.
Met oefeningen van de mondmotoriek worden de spieren in de mond versterkt en men leert de tong op de juiste wijze te gebruiken. Eerst wordt geleerd alleen de [s] goed uit te spreken, daarna volgt de [s] in lettergrepen, woorden en zinnen geoefend. Tenslotte moet de goede uitspraak gebruikt worden in het gewone spreken.
U kunt zich verslikken in uw eigen speeksel. Het is dan ook erg belangrijk dat uw mond zo schoon mogelijk is en blijft. Volgt u bij het tandenpoetsen de adviezen van de verpleegkundige goed op. U kunt zich bijvoorbeeld ook verslikken in tandpasta.
Dat wat in de luchtpijp is gekomen, wordt door het hoesten daar als het ware weer 'uitgeblazen'. Als u moeite heeft met hoesten of het niet meer kunt, is het mogelijk dat er voedsel in de longen terecht komt en zo een longontsteking veroorzaakt. Dat kan soms levensbedreigend zijn. Ook is er kans op verstikking.
Zuurstoftekort in het bloed leidt na enkele minuten tot verlies van het bewustzijn en zeer snel tot het uitvallen van vitale organen, met name de hersenen.
Een te grote tong, oftewel macroglossie, heeft diverse oorzaken en kan een scala aan klachten veroorzaken. Macroglossie kan, afhankelijk van de leeftijd van de patiënt, ernstige gevolgen hebben zoals groei- en ontwikkelingsstoornissen of een bedreigde luchtweg.
Bij last van stress kunt u de volgende klachten ervaren:
Bloedend tandvlees. Versnelde afbraak van het steunweefsel van tanden en kiezen. Mondzweren. Mondbranden.
De exacte oorzaak van tandenknarsen en kaakklemmen is moeilijk te achterhalen. Slaapstoornissen, stress, alcoholgebruik, roken, bepaalde medicijnen en drugs (bijvoorbeeld XTC) worden in verband gebracht met knarsen en klemmen.
Dit vallende gevoel wordt een hypnagoge schok of slaapstuip genoemd. Het is de fase tussen het wakker zijn en het slapen en kan zich ook uiten in de vorm van een schok die door uw armen of benen gaat. Het is (nog) niet precies duidelijk waardoor een hypnagoge schok wordt veroorzaakt, maar er zijn wel enkele theorieën.
Daadwerkelijke flauwte
Op het moment dat het slachtoffer daadwerkelijk het bewustzijn verliest is er sprake van een flauwte. Het slachtoffer wordt slap en zakt in elkaar. De spieren zijn slap. Soms draait het slachtoffer even met de ogen en de ogen blijven vaak geopend.
Veelvoorkomende oorzaken van flauwvallen zijn: een lage bloeddruk, te snel opstaan, oververhitting, te weinig eten of drinken, stress, hartklachten en vermoeidheid.
Dat doe je zo: Duw met je duim achter je boventanden op de ribbeltjes • Leg het puntje van je tong op dit plekje • Zeg een aantal keer d (spreek uit: duh en niet dee). Bij de d beweegt je tongpunt, maar je lippen bewegen niet. Als je je tong in de goede positie hebt gebracht, kun je met de klanken gaan oefenen.
De 'zachte' R-klank wordt gemaakt door de beweging tussen je onderlip en boventanden. De rollende R daarentegen wordt gemaakt door de punt van je tong tegen het gehemelte net achter de voortanden te laten trillen, wat erg lijkt op de manier waarop je mond beweegt als je een T of D uitspreekt.
Behandeling van slissen en lispelen
Bij hele jonge kinderen zal de logopedist meestal niet direct het slissen afleren, maar adviezen geven voor de afwijkende mondgewoonten, zoals duimen en open mond. Pas op latere leeftijd ( vanaf 7 of 8 jaar) kan het slissen effectief worden afgeleerd.