Om een goede weerstand te creëren én behouden is het belangrijk om je hele levensstijl daarop in te richten. Denk bijvoorbeeld aan voldoende bewegen, niet roken en matig alcohol drinken. Maar ook ontspannen en genoeg slapen (zes tot acht uur per dag) is goed voor je weerstand.
De vitamines B6, B11 (foliumzuur), B12, C en D3 zijn belangrijk voor je weerstand. Deze essentiële voedingsstoffen komen voor in je eten en drinken.
Naast genetische en hormonale factoren speelt ook uw levensstijl een rol bij het bepalen van uw gezondheid. Overmatig buikvet en langdurige stress kunnen negatieve effecten hebben, waaronder een verzwakt immuunsysteem. Roken, slecht slapen en gebrek aan lichaamsbeweging vergroten eveneens het risico op ziekte.
Voor het optimaal functioneren van het immuunsysteem zijn vitaminen en mineralen, waaronder vitamine C, vitamine D en zink, onmisbaar. Ook nutriënten* zoals omega 3-vetzuren, probiotica en kruiden dragen hieraan bij of hebben hier een positieve invloed op.
Citroen en gember zitten vol vitamines en anti-oxidanten, dus drink elke dag een kop citroensap of gemberthee – dat is goed voor je immuunsysteem. Gember helpt je bloedcirculatie te verbeteren en citroen kan een ontsteking helpen kalmeren.
Welk fruit is nou het beste voor je weerstand? Echte toppers zijn aardbeien, kiwi's en citrusvruchten zoals sinaasappels; daar zit lekker veel vitamine C in. Maar ook bananen, druiven en appels zitten boordevol vitamines die je weerstand een flinke boost geven.
Een verzwakt immuunsysteem herken je aan de volgende symptomen: Aanhoudende vermoeidheid. Terugkerende infecties, zoals regelmatige blaasontstekingen, ontstoken tandvlees, maagklachten of diarree. Regelmatige verkoudheidsklachten.
Een goede immuniteit opbouwen doe je in eerste plaats door gezond te eten, voldoende te bewegen en genoeg te rusten. Maar als je immuniteit verzwakt is, krijgen bacteriën en virussen vrij spel en heeft je afweermechanisme wat extra hulp nodig.
Door een extra weerstand aan het circuit toe te voegen, wordt de weerstand van het circuit vergroot. Naarmate de weerstand toeneemt, neemt de stroom af. De gelijke toename van de weerstand en afname van de stroom resulteert in een constante spanning. De spanning wordt gelijkmatig verdeeld over alle weerstanden in het circuit.
Eet veel groente en fruit; dagelijks minimaal 250 gram groente en 2 porties fruit. Kies vooral volkoren, zoals volkorenbrood, -pasta en -couscous en zilvervliesrijst. Varieer met vlees, vis, peulvruchten, noten, eieren en vegetarische producten. Neem genoeg magere en halfvolle zuivel, zoals melk, yoghurt en kaas.
Voornamelijk citrusvruchten (sinaasappel, citroen), kiwi's, aardbeien, bessen, koolsoorten, paprika, tomaten, broccoli, zoete en normale aardappelen bevatten veel vitamine C. Vitamine C verhoogt de mobiliteit van de leucocyten of witte bloedcellen. Dat zijn de cellen van ons immuunsysteem.
Beweeg voldoende
En ja, ook voor je immuunsysteem is het goed om geregeld te bewegen. Dit hoeft niet meteen heel intensief te zijn, door alleen al regelmatig te wandelen circuleren de immuunsysteemcellen beter in je bloedbaan, waardoor ze beter in staat zijn om bacteriën te doden.
Voedingsstoffen die je weerstand ondersteunen zijn vitamine A, B6, B11 (foliumzuur), B12, C, D, E en de mineralen ijzer, koper, selenium en zink.
Daarnaast dragen vitamine A en vitamine B6 bij aan een normale werking van het immuunsysteem. Vitamine A zit bijvoorbeeld in margarine. En vitamine B6 zit onder andere in bananen en bruinbrood. Het mineraal zink is goed voor het immuunsysteem.
Vaak ziek zijn: als je immuunsysteem verzwakt is, ben je vatbaarder voor infecties en kun je vaker ziek worden. Denk hierbij aan een verkoudheid of de griep. Vermoeidheid: een verzwakt immuunsysteem kan leiden tot vermoeidheid, zelfs na voldoende rust en slaap.
"Het heeft te maken met de erfelijke eigenschappen van je afweersysteem, er zijn verschillende genen bij betrokken. Je hebt pechvogels, die een minder goed aan griep aangepast afweersysteem hebben, en bofkonten, die niet zo gevoelig zijn voor griep."
Het gemiddelde ziekteverzuim per werknemer ligt in Nederland namelijk op één ziekmelding van 2 dagen. Een Nederlandse werknemer is gemiddeld 1x per jaar ziek. Met een beetje pech kan dit 2x keer per jaar zijn, maar als een medewerker zich 3x per jaar ziek meldt, dan is er vaak meer aan de hand.