Je maakt humusrijke grond door frequent organische stoffen door de grond te mengen. Dit kan bijvoorbeeld compost zijn maar ook bijvoorbeeld fijne houtsnippers, mulch, kokosgrond en oude bladresten van de herfst. Dit materiaal vergaat snel en dat maakt je bodem doorlaatbaar en ook voedselrijk.
Humusrijke grond wordt ook wel 'voedselrijke grond' genoemd. Humus bevat namelijk veel voedingstoffen voor tuinplanten. Veengebieden, kleigronden en lössgrond zijn voorbeelden van vaak 'voedingsrijke gronden'.
Bijvoorbeeld: compost, dood blad, gras, groenteresten, onkruid of snoeiafval. Het maakt niet uit wat het is, als het maar plantaardig is. Hoe meer hoe beter! Zo breng je humus in de grond.
Gewoonlijk is zandgrond lichtzuur en humus-arm met een pH onder de 6. Veengrond is humusrijk met een pH tussen 4 en 6. Bij klei zit je vaak boven de 6 tot wel 7,5 en hoger. Op het etiket van planten staat of er humusrijke zure grond nodig is.
Je kunt de bodem verbeteren door de eerste 20 centimeter tuingrond eenmalig goed los te maken door te spitten en daarna hoogwaardige compost in de bovenste grondlaag aan te brengen. Daarna doet de natuur de rest. Gebruik geen GFT compost of andere, vaak goedkope of gratis af te halen, compostsoorten.
Onkruid. Wat ook lastig kan zijn op zware klei, zijn de vaak hardnekkige wortelonkruiden, bijvoorbeeld Riet, Kweek(gras), Zevenblad (ook wel Tuinmansverdriet genoemd), Heermoes of Heggewinde (Pispotjes). Het groeit alle kanten op en laat zich lastig verwijderen.
Compost wordt doormengt door de bovenste laag van de tuingrond. Door het mengen door de toplaag wordt de structuur en de vruchtbaarheid van de grond verbeterd. Compost heeft een hogere voedingswaarde voor de bodem dan bemeste tuinaarde.
Compost is in principe voor elke plant te gebruiken. Echter moet je wel uitkijken met planten die houden van zure grond (bijv. conifeer). In tegenstelling tot wat vele mensen denken is compost niet zuur.
Je kunt koffiedik niet voor elke plant gebruiken. Alleen planten, struiken en bomen die van een zure grond houden knappen op van koffiedik. Strooi dus koffiedik bij de wortels van zuur minnende planten als heide, blauwe hortensia, magnolia, rhododendron, blauwe bes, kaaps viooltje, lelietje van dalen en coniferen.
Bepaalde planten, bloemen en gewassen in je (moes)tuin worden helaas graag opgegeten door slakken. Om dit te voorkomen kun je gebroken eierschalen rondom je planten en gewaassen leggen. De schalen zijn te scherp voor de lijfjes van de slak waardoor ze er niet overheen gaan.
Vaak wordt humus verward met het begrip compost, dit is echter niet hetzelfde. Humus ontstaat namelijk ná het composteerproces. Pas als het compost ontbonden is tot donker, organisch materiaal spreken we van humus. Humus is een sponsachtige stof in de bodem die vooral gebaseerd is op koolstof.
Kalk neutraliseert het zuur in de bodem en maakt grond kalkrijker, verder verbetert kalk in de regel de bodemstructuur. Kalk voorziet de planten bovendien van twee zeer belangrijke voedingsbestanddelen: calcium (kalk, Ca) en magnesium in de vorm van magnesiumoxide (MgO) dat door veel planten makkelijk wordt opgenomen.
Wat te doen als je de zuurheid kent? Indien je grond zuurder wil maken om sommige planten een juiste bodem te geven, vul de grond dan aan met turf of afgemaaid gras. Is de grond te zuur om planten te kweken, voeg dan kalk toe of compost. De grond meer of minder zuur maken, doe je niet in één seizoen.
Voor een gezonde en natuurlijke moestuin is het verstandig om biologische (of dus organische) potgrond te gebruiken. Hiermee help je het milieu een handje, en zijn jouw kruiden en groenten gezonder te kweken. Toch komt in sommige biologische soorten potgrond zijn voorzien van turf. Turf is niet geheel onschadelijk.
Compost kan veel grond bevatten waardoor het organische stofgehalte tegenvalt. Een instabiele compost heeft een negatieve werking op het bodemleven met risico op schade. Naast negatief effect op het bodemleven is een instabiele compost ook giftig voor pas ontkiemende zaden.
Je kunt compost erg goed gebruiken om oude potgrond nieuw leven te geven. Over de tijd nemen je planten alle voedingsstoffen op. Door een goede dosis compost door je oude potgrond te nemen, zorg je ervoor dat er nieuwe voedingsstoffen in komen en dat de grond weer voldoende vocht vast kan houden.
Daarnaast bevat de tuinaarde (in verhouding met potgrond) te weinig grove delen en hierdoor is de tuinaarde zeer compact. Het aanwezig lucht is minimaal en ook de wortels hebben deze poriën nodig om het gasuitwisselingsproces te kunnen voltooien. Dit zijn de hoofdredenen om nooit rechtstreeks in tuinaarde te planten.
De meeste planten verkiezen een licht zure grond (pH tussen 5,5 en 7). Maar zuurminnende planten zoals azalea's en rododendrons voelen zich het best bij een pH tussen en 4,0 en 5,5. Kalkminnende planten zoals buxus en lavendel daarentegen verkiezen een licht alkalische bodem (pH tussen 7,0 en 7,5).
De beste periode voor het strooien van compost is maart of april (voorafgaand aan het groei seizoen), of bij zware kleigrond in de herfst. Eenjarige planten en / of rozen hebben het meeste baat bij twee keer bemesten (juni). Compost op het gazon kan het beste ook twee keer per jaar worden gestrooid.
Kleigrond bevat voor een deel schelpen waardoor deze grond van zichzelf kalkhoudend is en dus een hogere zuurgraad heeft. Extra toevoegen van kalk is meestal niet noodzakelijk. Voor zandgrond is dat wezenlijk anders. Zandgronden zijn van zichzelf vaak zuurdere gronden.
Van nature is kleigrond meestal neutraal tot basisch, dat wil zeggen kalkrijk. Zandgrond kan alle kanten op, aan de kust is de zandgrond vaak basisch, op de Veluwe meestal zuur. Veengrond is vrijwel altijd van nature zuur, dat wil zeggen kalkarm.
Je kunt kleigrond duurzaam verbeteren door er een flinke lading compost, organische mest of bladaarde doorheen te mengen. Werk die oppervlakkig in de toplaag en regenwormen doen de rest wel. De humusdeeltjes maken de bodem luchtiger, verbeteren de vochthuishouding en stimuleren het bodemleven.