Echt aangenaam kan je het weer op Mars niet noemen. Momenteel is het ook heel moeilijk te voorspellen. De gemiddelde oppervlaktetemperatuur bedraagt er een frisse -63°C en de planeet heeft een ijle ongastvrije atmosfeer die vooral uit koolstofdioxide bestaat.
De gemiddelde temperatuur op Mars (ongeveer -63°C) is aanzienlijk kouder dan op Aarde (+15°C). Temperatuurvariaties volgens de seizoenen zijn echter zeer groot. Het temperatuurverschil tussen dag- en nachtzijde is ook groot.
In de winter (Mars kent ook seizoenen doordat zijn as is gekanteld) kunnen de temperaturen in de buurt van de polen dalen tot maar liefst -125°C. En op een zomerdag loopt de temperatuur in de buurt van de evenaar op tot 20°C. De hoogste temperatuur ooit op Mars gemeten is 30°C.
Op de maan is het altijd heel erg koud
De maan heeft geen atmosfeer en daarmee ook geen bescherming tegen de straling van de zon. In het zonlicht is het er 120°C boven nul. Zonder atmosfeer kan er op de maan ook geen warmte worden vastgehouden. Aan de nachtzijde is het dan ook meteen ijskoud, 170°C onder nul.
Als je op Aarde een appel laat vallen, valt hij. Als een astronaut aan boord van het ruimtestation een appel laat vallen, valt deze ook, het lijkt alleen niet zo. Dit komt omdat ze samen vallen; de appel, de astronaut en het station. Maar ze vallen niet naar de Aarde, ze vallen er rond.
Een maanwandeling maken kan daarom niet zomaar. Je kunt er alleen rondlopen als je een speciaal pak draagt, dat je beschermt tegen de kou, hitte en de UV-straling. Op de Maan en in de ruimte is geen lucht. Om op de Maan te kunnen lopen, heb je je eigen voorraad lucht nodig.
Uranus bezit de koudste atmosfeer van ons zonnestelsel, nog kouder dan de verder gelegen planeet Neptunus. In de atmosfeer van Uranus zakt de temperatuur tot een minimum van -224 graden Celsius. De gemiddelde temperatuur bedraagt er -196 graden Celsius.
Mocht de mens ooit op Mars willen staan dan zal een afstand van zo'n 60 miljoen kilometer afgelegd moeten worden. Op dit moment wordt verwacht dat een vlucht naar Mars ongeveer acht maanden zou duren. Dit duurt niet veel langer dan een sonde erover doet om op Mars te komen.
Maar toch kan de mens niet op Venus leven. Door de dikke bewolking en dichte atmosfeer is het er erg warm. De temperatuur kan oplopen tot 465 graden Celsius en daarmee is Venus de heetste planeet in het zonnestelsel. Omdat Venus de planeet is die het dichtst bij de aarde staat, is er veel onderzoek naar gedaan.
De temperatuur aan het oppervlak van Venus bedraagt 733 K. Het verschil van 495 graden met de effectieve temperatuur illustreert het veel sterkere natuurlijke broeikaseffect dan op aarde, dat 33 graden bedraagt.
De duur van de zonnedag op Mars (vaak sol genoemd) is 24 uur, 39 minuten en 35,24409 seconden. Op Aarde is dit respectievelijk 23 uur, 56 04.2s en 24h 00m 00.002. Dit geeft een omrekeningsfactor van 1,027491 dagen per sol. Een Marsdag (een sol) is dus 2,7% langer dan een dag op Aarde.
De atmosfeer van Mars kent soms dunne wolken, maar meestal is het onbewolkt. Neerslag valt er niet. Op het droge oppervlak kan het wel hard waaien. De winden op Mars kunnen enorme stofstormen veroorzaken die zich soms uitspreiden over de halve planeet.
De laagste temperatuur die we ooit op aarde hebben gemeten is 89,2 graden Celsius onder nul. Dus -89,2°C. Dat was bij het Vostok Station, een Russisch onderzoekstation op Antarctica.
De grond bevat bijvoorbeeld veel ijzer, waar de rode planeet zijn kleur aan te danken heeft, en aan het maanoppervlak komt aluminium voor. Net als op aarde is het hoofdbestanddeel van de Mars- en maanbodem het element silicium.
Vierhonderd graden. Op sommige planeten is het niet koud, maar juist heel erg warm. Op Mercurius en Venus is het meer dan vierhonderd graden.
"Astronauten blijven nu ongeveer een half jaar in de ruimte. Dat heeft te maken met de houdbaarheid van de Sojoez-capsule. Die moet op een gegeven moment vervangen worden vanwege het slechter worden van de batterijen en de brandstof voor de stuurraketjes."
Een reis naar onze ruimtebuur de Maan duurt drie dagen als we traditionele chemische raketten gebruiken. Mars, de planetoïden en de buitenste planeten staan maanden of zelfs jaren ver weg.
De Internationale Astronautische Federatie (IAF) houdt een hoogte van honderd kilometer aan als begin van de ruimte. Op die hoogte is de lucht zo ijl dat gewone vliegtuigen geen draagvermogen meer hebben.
In ons zonnestelsel is vrijwel zeker water op:
Enceladus (maan van Saturnus) Ganymedes (maan van Jupiter) Uranus. Neptunus.
VY Canis Majoris (VY CMa) is een type M superreus of hyperreus in het sterrenbeeld Grote Hond (Canis Major). Het is een van de grootste sterren die in het heelal zijn ontdekt. De straal van de rode ster is ongeveer 1420±120 maal zo groot als die van onze zon, waardoor onze zon er enkele miljarden malen in zou passen.
De grote ruimtes tussen de sterren en planeten zijn gevuld met enorme hoeveelheden dun uitgespreid gas en stof. Zelfs de leegste delen van de ruimte bevatten nog ten minste een paar honderd atomen of moleculen per kubieke meter. De ruimte zit ook vol met allerlei straling die gevaarlijk is voor astronauten.
De Koude Oorlog, politieke wil, inventiviteit, doorzettingsvermogen en de nodige risico's zorgen ervoor dat de mens in juli 1969 voet op de maan zet. Dat we sinds 1972 niet meer op de maan zijn geweest, komt vooral door een gebrek aan politieke wil. De techniek is sinds 1969 enorm vooruitgegaan.
De enige reden waarom de astronauten in hun ruimtestation vrij kunnen rondzweven is dat ze samen met hun voertuig om de aarde bewegen (of eigenlijk: vallen en stapjes opzij doen, net als de maan). De astronauten zijn dus niet gewichtloos – dat kan helemaal niet – maar bewegen in vrije val.