Wanneer je je op 10 km hoogte bevindt, is die afstand 10.000 keer groter. Daar, bovenin de troposfeer, is de temperatuur circa -50°C.
Over het algemeen daalt de temperatuur naarmate de hoogte toeneemt. Bij droge lucht is de afname ongeveer 1 graad per 100 meter, bij vochtige lucht is dat ongeveer 0,6 graden. Na of aan het eind van een heldere nacht met weinig wind kan de temperatuur tot een bepaalde hoogte ook toenemen met de hoogte.
De tweede vraag is het gemakkelijkst te beantwoorden: de stelregel is dat het 6 graden kouder wordt met iedere 1000m stijgen, ofwel 0.6°C per 100m. In uitzonderlijke gevallen scheelt het meer dan 1.5°C per 100m, in sommige gevallen (in een inversie) loopt de temperatuur zelfs op naarmate men hoger komt.
Droge lucht koelt het meest af met de hoogte, namelijk 1 graad per 100 meter. Als de stijgende lucht vochtig is en de waterdamp in de lucht condenseert komt er warmte vrij. Dit gebeurt aan de loefzijde van een berg tijdens de zogenaamde 'Stau'. Daardoor koelt vochtige maar gemiddeld 0,6 °C af per 100 meter.
Hoe hoog vliegt een vliegtuig? Met de Boeing 737 vliegen we meestal tussen de 11 en 12 kilometer hoogte. Dit doen we omdat de motoren efficiënter werken in een koude omgeving. En koud is het op deze hoogte zeker, namelijk rond de -56 graden Celsius.
Wanneer je je op 10 km hoogte bevindt, is die afstand 10.000 keer groter. Daar, bovenin de troposfeer, is de temperatuur circa -50°C. Het afstandsverschil van 10 km dat totaal onbelangrijk is voor de afstand tot de Zon, is dus zeer significant voor de afstand tot het aardoppervlak.
De tweede vraag is het gemakkelijkst te beantwoorden: de stelregel is dat het 6 graden kouder wordt met iedere 1000m stijgen, ofwel 0,6°C per 100m.
Hoe hoger je komt, hoe minder lucht er nog boven je aanwezig is en op je drukt. Daardoor is de luchtdruk lager en worden de luchtdeeltjes minder samengedrukt dan lager in de atmosfeer. De temperatuur van de lucht is eigenlijk niets anders dan de energie die luchtdeeltjes hebben doordat ze bewegen.
Het wordt ook wel geothermie genoemd. De warmte is afkomstig uit water uit diepe aardlagen (vanaf 500 meter diep). In Nederland wordt aardwarmte vooral gebruikt om kassen, woningen en andere gebouwen te verwarmen. Het is een alternatief voor het verbranden van aardgas en steenkool.
Wat is dan wel het juiste antwoord? In de zomer staat de aarde niet dichter bij de zon, maar juist verder weg. In juli is het noordelijk halfrond het verst van de zon verwijderd en in januari het minst. Dat het in de zomer toch warmer is, heeft alles te maken met de hoek van de aarde ten opzichte van de zon.
Diep en ultradiep: Temperatuur toename 20-40 °C / km. 2500-5000m 70-150 °C.
In de loop van de dag komen er meer wolken voor, vooral in Karinthië en Stiermarken kunnen er enkele buien voorkomen. De temperaturen bereiken een maximum temperatuur van 8 tot 18 graden, op 2000 meter hoogte ligt de temperatuur rond de 0 graden.
Maar bij ieder nieuw luchtlaagje, is er minder warmte over. Dat betekent dus dat, hoe hoger je komt, hoe minder warm de lucht wordt. Uiteindelijk is de warme lucht van de aarde en de zee dus op en wordt het juist alleen maar kouder.
De temperatuur aan het aardoppervlak schommelt globaal rond 15°C en de top van de troposfeer, waar de tropopauze begint, is gemiddeld -56°C koud. De zogenaamde stratosfeer strekt zich uit tussen ongeveer 13 en 50 km hoogte. In deze sfeer bevindt zich de belangrijke ozonlaag.
Onbetwist de heetste plek op onze aardbol is de Dasht-e Lut woestijn in Iran. Hier werd ooit een record temperatuur gemeten van 70,7°C.
Vocht houdt warmte vast
Droge lucht wordt dus veel warmer. Daarnaast houdt vocht de warmte gevangen, en dat is er dus amper het geval in de woestijn. Als de zon weg is, is de warmte zo verdwenen en kunnen de temperaturen soms tot ver onder het vriespunt dalen.
De putten gaan tot een diepte van zo'n 2000 á 3000 meter. “In Nederland is het ongeveer elke 100 meter dieper 3,2 graden warmer. Je begint met een oppervlaktetemperatuur van 10 graden. Dus op 1 kilometer diepte is het 42 graden, op 2 km diepte 74 graden, en zo verder.”
De 'ongestoorde' bodemtemperatuur (tussen de 2 en 200 meter diepte) ligt in Nederland ongeveer tussen de 8 °C en 14 °C (met ongestoord bedoelen we, zonder dat er gebruik wordt gemaakt van bodemenergie). Vaak zien we dat de temperatuur in stedelijke gebieden iets hoger ligt dan op het platteland.
Diepste boorgat ooit
Het diepste boorgat blijft nog altijd het gat dat Rusland boorde in het schiereiland Kola, in het noordwesten van het land. In 1989 bereikten onderzoekers daar een diepte van ruim 12 kilometer onder het aardoppervlak.
Lucht neemt bijna geen zonnewarmte op, het aardoppervlak wel. De lucht in de aardse atmosfeer wordt dus van onder af opgewarmd! Hoe verder je van het aardoppervlak zit, hoe kouder. Vandaar dat het op een berg koud is (ook al is er een beetje aardoppervlak in de buurt van de berg, namelijk de berg zelf…).
Van koud naar warm
Wordt het warmer, dan gaan de atomen en moleculen harder trillen. In gassen en vloeistoffen gaan ze tegen elkaar botsen. Veel stoffen maken bij stijgende temperaturen faseovergangen door: smelten van vast naar vloeibaar, verdamping van vloeibaar naar gasvormig (bijvoorbeeld ijs → water → waterdamp).
Het absolute nulpunt of nul Kelvin, is min 273 graden Celsius, de temperatuur waarop atomen in theorie volledig zouden moeten stoppen met bewegen. Met een temperatuur van 100 nanoKelvin zijn de BEC's in het ISS kouder dan de gemiddelde temperatuur in de ruimte, waar het zo'n 3 Kelvin is of -270 graden.
De Ruimte begint bij 100 km boven de aarde, de Kármánlijn.
De grens is gedefinieerd door een team op initiatief van de Hongaars- Amerikaanse natuurkundige Theodore von Kármán (1881-1963). Overdag is de lucht blauw omdat de atmosfeer zonlicht verstrooit.
Je zou het niet zeggen als je de schaduw opzoekt, op zoek naar afkoeling, maar de luchttemperatuur in de zon en schaduw is gelijk. Dat de thermometer in de zon desondanks tot wel tientallen graden hoger uitslaat, heeft te maken met de zonnestraling die door omringende materialen wordt opgenomen en afgegeven.
'Het percentage zuurstof in de atmosfeer blijft wel gelijk, maar waar er minder atmosfeer is, is er ook minder zuurstof. Op tien kilometer hoogte is de luchtdichtheid maar een kwart van wat ze op zeeniveau is. ' De ideale hoogte voor de meeste passagierstoestellen ligt tussen de tien en de twaalf kilometer hoogte.