draait letters of de volgorde van letters om tijdens het lezen, bijvoorbeeld de b en d of drop in plaats van dorp. hakkelt bij het lezen van langere woorden. slaat in teksten soms de korte woordjes over of vervangt ze door andere woorden. heeft soms moeite om op woorden te komen.
Dyslectici maken meer spelfouten dan leeftijdsgenoten: 'luisterfouten', (bijv. verspeken in plaats van verspreken), 'onthoudfouten' (bijv. ou-au of ei-ij) of regelgebaseerde fouten (bijv. dt-fouten).
Ten eerste kun je problemen hebben met het herkennen van het visuele woordbeeld. Daarnaast kun je ook moeite hebben met het begrijpen van taal en klanken. Veel kinderen overwinnen hun dyslectische problemen, maar kunnen als volwassenen subtiele problemen met lezen en schrijven hebben.
Als jij, je ouders of je school denken dat je dyslexie hebt, dan kun je dit laten onderzoeken. Dit onderzoek gebeurt door een dyslexiespecialist. Die kijkt ook welke hulp je nodig hebt. Als uit het onderzoek komt dat je dyslexie hebt, krijg je een 'dyslexieverklaring'.
Wanneer de kosten voor een dyslexieonderzoek niet vergoed worden door uw gemeente, bedragen de kosten voor een dyslexietest €. 715,-. Een particulier dyslexieonderzoek is verder identiek aan een vergoed onderzoek.
Onderzoekers schatten dat een kind met een ouder met dyslexie 40 tot 60 procent kans heeft op het ontwikkelen van dyslexie, en het risico is groter als een extra familielid dit heeft.
Er gaat iets mis in de aanleg van de hersenen waardoor de linker hersenhelft langzamer ontwikkelt dan de rechter helft. Een deel van de informatieverwerking in de hersenen verloopt niet snel genoeg. Verlaagde activiteit in de hersengebieden voor woordherkenning en woordanalyse.
De leeftijd van uw kind ligt bij aanmelding voor een dyslexieonderzoek en behandeling tussen de 7 en 12 jaar. De dyslexiezorg mag in elk geval niet gestart worden nadat uw kind 13 jaar is geworden.
Over de oorzaken van dyslexie is wetenschappelijk geen eenduidigheid, maar duidelijk is, dat meerdere factoren een rol spelen. Dyslexie is een onzichtbare handicap, die in het onderwijs helaas nog steeds voor veel problemen zorgt. Dyslexie gaat niet over, maar speelt een rol in de hele levensloop.
Dyslexie heeft niets te maken met intelligentie, het komt voor bij zowel mensen met hoge, gemiddelde of lage intelligentie. Vaak wordt dyslexie geconstateerd als er verder geen andere oorzaken worden gevonden voor lees– en schrijfproblemen.
Een gebrekkig tijdsbesef: weinig gevoel hebben voor de hoeveelheid tijd die verstrijkt en daardoor bijvoorbeeld vaak te laat komen. Leren klokkijken is vaak ook moeilijk omdat de kloktijden deze kinderen weinig zeggen. Woordvindingsmoeilijkheden: vaak niet op een woord of een naam kunnen komen.
Wat is Dyslexie? Dyslexie is een onzichtbare handicap die het lezen, schrijven, spellen en soms praten moeilijk maken. Het wordt veroorzaakt door een stoornis in het vermogen van de hersens om beelden of geluid om te zetten in een verstaanbare taal.
De dyslexie zal nooit helemaal overgaan. Het is aannemelijk dat de leerling nog steeds in aanmerking komt voor ondersteuning op niveau 2, en wellicht ook op niveau 3. Met de behandelaar kan worden afgestemd over de manier van oefenen en welke materialen daarvoor geschikt zijn.
Om dyslexie te kunnen behandelen, is het belangrijk dat kinderen en ouders goed met elkaar samenwerken. Een dyslexiebehandeling wordt vaak gegeven door een orthopedagoog, in samenwerking met een psycholoog. Een psycholoog is soms nodig omdat kinderen met dyslexie zich vaak niet begrepen voelen.
Dyslexie is voor een deel erfelijk. Dat wil zeggen dat de kans groter is dat een kind dyslexie heeft als één van de ouders dyslexie heeft. Kinderen van wie één van de ouders dyslexie heeft, hebben ongeveer een vier keer grotere kans om dyslexie te ontwikkelen dan kinderen van wie de ouders geen dyslexie hebben.
Albert Einstein en Leonardo da Vinci hadden dyslexie. Dat is niet zomaar toeval, volgens de auteurs van Dyslexie als kans. Mensen met dyslexie hebben namelijk een andere hersenstructuur. Die zit ze vaak in de weg, maar biedt ook grote voordelen.
Dyslexie is een leerstoornis die zorgt voor problemen met voornamelijk lezen, spelling en schrijven. 'Dys' betekent verstoord functioneren en 'lexie' betekent 'woord', vandaar dat dyslexie ook wel eens woordblindheid wordt genoemd.
Wat is dyslexie eigenlijk en waar lopen kinderen met dyslexie tegenaan? Dyslexie is een ernstig probleem in lezen en/of spellen. Kinderen met dyslexie lezen vooral traag en maken veel spelfouten. Ze hebben daardoor moeite om teksten te begrijpen en te schrijven, en hebben meer last van angst en depressieve gevoelens.
Kinderen met spellingproblemen weten soms niet hoe ze bepaalde letters of lettercombinaties moeten schrijven. Ze halen dan bijvoorbeeld de b en d vaak door elkaar, of vinden het lastig om de volgorde van de letters in de eu of ui te onthouden. Vaak schrijven kinderen met dyslexie de woorden op zoals je ze hoort.
Problemen in de motorische coördinatie; Moeite met hoofdrekenen of getallen onthouden; Concentratieproblemen; Moeite hebben met persoonlijke organisatie, dat wil zeggen moeite met ordenen van bijvoorbeeld je gedachten, je dag, je agenda en met timemanagement.
Ouders van kinderen met dyslexie stellen ons vaak de vraag of de Cito-toets of Entreetoets daar rekening mee houdt. Het antwoord is: ja. Zowel op de Entreetoets in groep 7 als op de Cito-toets in groep 8 wordt rekening gehouden met kinderen die dyslexie hebben. In dit artikel leest u er meer over.
Het Nederlands Kwaliteitsinstituut Dyslexie pleit voor het gebruiken van een niet-cursief lettertype zonder versieringen, van lettergroottes van 12 of 14 en van voldoende afstanden tussen letters, woorden en tekstregels.
Het klopt dat mensen met dyslexie op sommige taken bij een IQ-test als groep minder goed presteren.