Om te onderzoeken of je al dan niet kanker hebt, gebeurt meestal een biopsie of een punctie.Daarnaast helpen beeldvorming (onderzoeken zoals CT-scan, MRI, echografie) en laboratoriumonderzoek (zoals bloed- of urineonderzoek) je arts om een diagnose te stellen en om de beste behandeling te kiezen.
U overweegt om u te laten testen op kanker. Dit testen, ook wel screening genoemd, wordt gedaan om kanker op te sporen in een vroeg stadium, voordat er sprake is van klachten. In dit stadium kan de kanker beter worden behandeld dan in een later stadium.
Waar vroeger een stukje weefsel van de tumor nodig was om de cellen te analyseren, kan men nu tumordeeltjes in het bloed zien. Daarom spreekt men van een vloeibare biopsie. De vloeibare biopsie detecteert rondzwervend gemuteerd DNA, dat wordt afgegeven in het bloed door kankercellen.
Het gebruik van zelftesten op kanker door mensen op eigen initiatief, buiten het bevolkingsonderzoek en zonder tussenkomst van een arts wordt door KWF afgeraden. Kanker is geen ziekte om zelf te onderzoeken zonder tussenkomst van een arts.
Een CEA-waarde hoger dan 5 kán een aanwijzing zijn voor kanker. CEA is een zogenaamde tumormarker. Het kan ook iets zeggen over de grootte van een tumor en of er wel of geen uitzaaiingen zijn. Maar een verhoogde CEA-waarde kan ook wijzen op bijvoorbeeld een darm- of leverontsteking.
Kanker gaat niet altijd gepaard met pijn. In de beginfase van de ziekte heeft ongeveer 30% van de patiënten pijn, in een later stadium gemiddeld 60-80% van de patiënten. De meeste pijn ontstaat als er sprake is van uitzaaiingen. Naast lichamelijke oorzaken spelen ook emoties een rol bij de beleving van pijn.
Veel (ex)kankerpatiënten hebben tijdens of na hun behandeling last van extreme vermoeidheid. De vermoeidheid kan je overvallen en kan er zijn zonder dat je iets gedaan hebt. De vermoeidheid kan maanden of soms zelfs jaren duren.
Aanhoudende pijn, krampen of een opgeblazen gevoel in de buik. Loze aandrang. Aanhoudende vermoeidheid. Het gevoel alsof de darm niet volledig wordt geleegd na de stoelgang.
Deze klachten kunnen soms wijzen op darmkanker: Bloed en/of slijm bij de ontlasting. Wekenlang andere ontlasting dan u gewend bent: veel dunnere ontlasting.
Door de groei van een tumor of bijvoorbeeld door een grote operatie kan uw stofwisseling verstoord raken. De voedingsstoffen die u binnenkrijgt, ook bij gewoon gezond eten, zorgen dan niet meer voor voldoende brandstof. Daardoor gaat het lichaam op zoek naar een andere bron. En dat zijn de spieren.
Zo komen vermoeidheid, pijn, benauwdheid en verlies van eetlust veel voor. In de terminale fase komen ook symptomen als gewichtsverlies, sufheid en verwardheid vaak voor.
Kanker is een ongecontroleerde deling van lichaamscellen. De cellen kunnen niet meer stoppen met delen en groeien in omliggende weefsels. Soms zaaien ze uit naar andere delen van het lichaam. Kanker kan bijna overal in het lichaam ontstaan.
Een van de eerste onderzoeken als men blaaskanker vermoedt, is een urineanalyse. Indien er abnormale cellen in de urine ontdekt worden, zijn er bijkomende onderzoeken nodig om de plaats van de tumor te bepalen. Deze tumoren kunnen immers overal in de urinewegen verschijnen, van de nieren tot de urinebuis.
Sommige kankercellen gaan in slaapstand om chemotherapie te overbruggen. De energie om te overleven en weer actief te worden, halen ze uit naburige kankercellen. Chemotherapie doodt kankercellen door hun DNA te beschadigen, maar sommige kankercellen overleven toch. In plaats van te sterven, gaan ze in slaapstand.
Je kunt op elke leeftijd kanker krijgen. Maar 2 van de 3 mensen met kanker is ouder dan 65. Kanker ontstaat doordat lichaamscellen fout gaan delen. Als we ouder worden kan ons lichaam die fouten steeds minder goed herstellen.
Je kan ook een tumor in je darmen hebben, zonder klachten te ervaren. Als je klachten hebt die op darmkanker kunnen wijzen, is het verstandig om op tijd naar de huisarts te gaan. Hoe eerder de diagnose darmkanker wordt gesteld, hoe meer kans er is op volledige genezing.
Als je ontlasting lichtgeel of wit van kleur is, is het verstandig om een arts te raadplegen. Normaal gesproken zorgt gal uit je galblaas ervoor dat je ontlasting bruin kleurt. Als de ontlasting echter wit of kleurloos is, kan dit wijzen op verstopte galwegen door galstenen of een ontsteking.
Ontkleurde of witgele poep (ontlasting) kan wijzen op een verstopping van de galwegen. Als je ontlasting deze kleur heeft is het advies om naar de huisarts te gaan. Gele of groenige kleur in je poep (ontlasting) kan komen door het eten van groene bladgroente, zoals spinazie of boerenkool.
Om te onderzoeken of je al dan niet kanker hebt, gebeurt meestal een biopsie of een punctie. Daarnaast helpen beeldvorming (onderzoeken zoals CT-scan, MRI, echografie) en laboratoriumonderzoek (zoals bloed- of urineonderzoek) je arts om een diagnose te stellen en om de beste behandeling te kiezen.
1 op de 2 Nederlanders krijgt op enig moment in hun leven de diagnose kanker. Dat maakte Integraal Kankercentrum Nederland (IKNL) vandaag bekend. De kans op kanker is in de afgelopen 30 jaar gestegen tot 47 procent voor vrouwen en 54 procent voor mannen.
Gemiddelde overleving van kanker
Van alle mensen met kanker is de overleving 1 jaar na de diagnose gemiddeld bijna 80%. Dit betekent dus dat na 1 jaar 4 van de 5 mensen in leven zijn. Bij 5 jaar na de diagnose is ongeveer 65% van de mensen met de diagnose kanker nog in leven. De overleving na 10 jaar is 59%.
Ze komen vooral voor in de wervelkolom en zijn vaak uitzaaiingen van prostaatkanker, longkanker, darmkanker of borstkanker. De klachten bij de tumoren in de rug verschillen omdat deze afhankelijk zijn van de plaatsing. Er is bijna altijd sprake van pijn in de rug, aan een specifieke rug- of nekwervel of een ledemaat.
Door uitzaaiingen van de tumor kunnen er op meerdere locaties in het lichaam pijnklachten ontstaan. Indirecte gevolgen van de ziekte: bijvoorbeeld infecties, verhoogde hersendruk. Door de behandeling van kanker.
Pijn is een algemeen voorkomend symptoom bij kanker. Het is één van de meest gevreesde symptomen. Matige tot ernstige pijn komt voor bij ongeveer 30-40% van de patiënten op het moment van diagnose, bij 40-70% tijdens de behandeling en bij 70-90% in een gevorderd of laatste stadium van de ziekte.