Als een kind niet intrinsiek gemotiveerd is, dan proberen de ouders, de leerkracht, de school het kind te beïnvloeden om te bereiken dat het kind doet wat hem wordt 'opgelegd'. Zo bevorderen stickers, complimentjes en beloningen over het resultaat de extrinsieke motivatie.
Spelen is voor kinderen per definitie leren. Een stimulerende omgeving met genoeg uitdagend (spel)materiaal en waarin het kind mag ontdekken en ruimte krijgt om te leren, is belangrijk. Je stimuleert je jonge kind het meest door het iets te laten doen dat het kan, mits een beetje hulp.
Kinderen blokkeren als het ware door de angst, waardoor ze niet kunnen spreken. Blokkeren is net als “vechten” of “vluchten” een bekend patroon van reactie op angst. In andere situaties waarin kinderen zich wel vertrouwd en veilig voelt, praten kinderen wel.
Motivatie is de drive die zorgt voor volharding in de activiteit. Het is belangrijk dat kinderen gemotiveerd zijn voor hun taak. Een tekort aan motivatie is een belemmerende factor bij het presteren.
Het activeren van de leerlingen begint al bij de instructie, door kinderen te stimuleren om mee te denken en vragen te stellen die daartoe uitnodigen. Het inzetten van activerende werkvormen tijdens de les zorgt ervoor dat de leerlingen actief meedoen.
Een gebrek aan motivatie ontstaat al snel als er verveling om de hoek komt kijken. Als je een functie hebt die eigenlijk onder jouw niveau ligt, dan is de kans groot dat je je gaat vervelen. Als het erg uit de hand loopt heb je zelfs kans op een bore-out.
Signaleren als het echt niet goed gaat met je kind
Met zorgen over gedrags- of gezondheidsproblemen kun je terecht bij het wijkteam of bij je huisarts. Als de huisarts een praktijkondersteuner jeugd heeft, kan die vaak in een paar gesprekken helpen verhelderen wat er aan de hand is en wat daar aan te doen valt.
Motivatie heeft invloed op de initiatie, richting, intensiteit en volharding van het menselijk gedrag[1]. Motivatie ontstaat uit een samenspel tussen de biologische (aangeboren) en cultuurafhankelijke (aangeleerde) eigenschappen van een individu en de omgeving van dat individu[2].
Volgens de theorie van Deci & Ryan kun je de intrinsieke motivatie verhogen door te voldoen aan drie behoeften: (sociale) verbondenheid, autonomie en competentie. Autonomie: de leerling heeft de vrijheid om een activiteit naar eigen inzicht uit te voeren en heeft invloed op wat hij doet.
Ondoordacht gedrag, ook wel impulsief gedrag genoemd. Snel reageren zonder nadenken, veel praten en dingen eruit flappen. Concentratieproblemen. Snel afgeleid zijn, vaak dingen kwijt zijn, veel dagdromen, moeite hebben met het afmaken van taken, snel dingen vergeten, moeilijk kunnen luisteren.
Als kinderen snel afgeleid zijn en zich moeilijk kunnen concentreren, kan dat te maken hebben met de leeftijd, met hoe de hersenen werken, maar ook met de omstandigheden. Snel afgeleid kan heel normaal zijn voor de leeftijdsfase van je kind. Vaak hoort bepaald gedrag bij het opgroeien.
Wat is ADHD? Bij ADHD heeft uw kind moeite met opletten.Ook is uw kind drukker en doet het vaker dingen zonder na te denken dan andere kinderen die even oud zijn. Door het gedrag zijn er problemen op meer plaatsen, zoals thuis, op school, op clubjes of met andere kinderen.