Het begint 13,8 miljard jaar geleden met een enorme explosie. Na deze oerknal bestaat het universum volledig uit heet plasma . Het heelal zet uit en koelt daardoor af. Zo'n 380 duizend jaar na de oerknal is het heelal zo ver afgekoeld dat elektronen en protonen samen waterstof atomen kunnen vormen.
De Aarde bestond in het begin grotendeels uit een gesmolten massa die snel afkoelde door het ontbreken van een atmosfeer. De ouderdom van de Aarde is onderzocht met behulp van radiometrische dateringen van de oudste gesteenten en kristallen. De Aarde blijkt na onderzoek 4,57 miljard jaar oud te zijn.
De oerknaltheorie laat zien dat het heelal bij het ontstaan een hete klomp energie en materie met een enorme dichtheid was, miljarden malen kleiner dan een atoom. Het is bijna niet voor te stellen, maar de oerknal zorgde ervoor dat dit kleine beetje materie uitdijde tot het heelal zoals we dat nu kennen.
Men denkt dat het heelal ongeveer zestien miljard jaar geleden is ontstaan uit een enorme explosie. Deze explosie noemen we ook wel de Grote Knal, of de Big Bang. Voor de Big Bang zat al het materiaal en alle energie in één klein gebiedje (een punt).Door deze explosie werd al het materiaal de ruimte ingeslingerd.
De belangrijkste wetenschappelijke theorie over het ontstaan van leven is abiogenese. Deze theorie gaat ervan uit dat de bouwblokjes van eiwitten, aminozuren, spontaan zijn ontstaan uit de gassen die in de atmosfeer van de jonge aarde aanwezig waren in combinatie met het water, de bodem en de hoge temperatuur.
Wanneer je terugrekent in de tijd blijkt het heelal 13,8 miljard jaar oud, met een Big Bang ontstaan en sindsdien extreem uitgedijd.
Vaak wordt aangenomen dat de oerknal niet alleen het ontstaan van materie en energie vertegenwoordigde, maar ook het ontstaan van tijd en ruimte. Toch zijn er ook theorieën waarin er vóór de oerknal al ruimte bestond. Sommige natuurkundigen speculeren zelfs over het bestaan van een compleet heelal vóór 'onze' oerknal.
De ruimte wordt gewoonlijk gezien als helemaal leeg. Maar dat is niet waar. De grote ruimtes tussen de sterren en planeten zijn gevuld met enorme hoeveelheden dun uitgespreid gas en stof. Zelfs de leegste delen van de ruimte bevatten nog ten minste een paar honderd atomen of moleculen per kubieke meter.
Kort antwoord: Overal! Langer antwoord: In tegenstelling tot wat vaak wordt gedacht, was de oerknal niet een explosie die op een bepaald punt in de lege ruimte plaatsvond.
Op een bepaald moment is deze singulariteit begonnen met uitdijen en dat noemen wetenschappers de oerknal. De drijvende kracht achter de uitdijing van het heelal is donkere energie: een mysterieuze vacuümenergie die werkt als een soort anti-zwaartekracht.
Nee, voor zover wij weten is er geen einde aan de ruimte. Het heelal is oneindig groot. Dat kun je je als volgt voorstellen. Verplaats jezelf in gedachten naar de verste plek die je kunt bedenken.
De meeste sterrenkundigen geloven dat het heelal met een oerknal (Big Bang) is begonnen, zo'n 14 miljard jaar geleden. Het hele heelal zat toen in een belletje dat duizenden keren kleiner was dan een speldenknop. Het was heter en zwaarder dan alles wat we ons maar kunnen voorstellen. En ineens ontplofte het.
De aarde bevindt zich dicht bij het centrum van het zonnestelsel, op ongeveer 150 miljoen kilometer, ofwel 8 lichtminuten van een gele dwerg, die bekendstaat als de zon. De aarde draait rond deze gele dwerg met een gemiddelde snelheid van 30 km/s.
Een glaciaal of ijstijd is een periode in de geschiedenis, waarin het klimaat op aarde aanzienlijk kouder was dan tegenwoordig. De laatste koude periode, het Weichselien, eindigde 11.700 jaar geleden. Het Weichselien is bekend als 'de laatste ijstijd'.
De aarde is ongeveer 5.000.000.000 (5 miljard) jaar geleden ontstaan uit een wolk van gas, stof en puin. Dat gas was er al heel lang. Dat ontstond toen het heelal werd "geboren". Het stof en het puin waren afkomstig van sterren.
Ja, de aarde is rond, of meer specifiek, het is een afgeplatte bol. Dit betekent dat het in vorm ongeveer bolvormig is, maar het is iets afgeplat aan de polen en bult op de evenaar als gevolg van de rotatie van de aarde.
Grondlegger van de oerknaltheorie is de Leuvense hoogleraar en priester dr.Georges Lemaître. De term 'big bang' werd voor het eerst door Fred Hoyle in 1950 gebruikt als een denigrerende aanduiding om zijn afkeer van de theorie tot uitdrukking te brengen.
De Amerikaanse sterrenkundige Edwin Hubble ontdekte door het meten van de roodverschuiving (dopplereffect) dat sterrenstelsels zich uit elkaar bewegen.
Het vroege heelal
Theoretisch natuurkundigen zoals snaartheoreten houden zich volop bezig met die raadsels. Pas vanaf zo'n 300.000 jaar na de Oerknal is er iets meetbaars ontstaan. Het heelal was toen afgekoeld naar zo'n 3000 kelvin (3273 ºC), koud genoeg om stabiele atomen te vormen.
Nee, het heelal is onbegrensd en waarschijnlijk zelfs oneindig uitgestrekt. Langer antwoord: De nieuwste sterrenkundige waarnemingen doen vermoeden dat het heelal oneindig uitgestrekt is. Dat betekent dat het zeker geen rand heeft.
Zo hebben de kleinste hoofdreekssterren een diameter ongeveer gelijk aan die van Jupiter (143.000 km), EBLM J0555-57Ab is zo'n ster en is sinds de ontdekking n 2017 de kleinste bekende ster. De grootste sterren kunnen een diameter van miljarden kilometers hebben, zoals bij de zogeheten rode hyperreuzen.
Vervolgens hebben we de dichtheid van ons heelal nodig: 8,64 miljardste van een miljardste van een miljardste (ofwel 8,64 maal 10^-27) kilogram per kubieke meter. Vermenigvuldigen we deze dichtheid met het eerdergenoemde volume, dan blijkt dat het waarneembare heelal 3,5 maal 10^54 kilogram 'weegt'.
De ruimte is geen echt vacuüm, maar bestaat hoofdzakelijk uit plasma van waterstof en helium, elektromagnetische straling (in het bijzonder kosmische achtergrondstraling) en neutrino's.
De ruimte is een vacuüm met straling en materiedeeltjes die daar rondzweven. De geschatte leeftijd van het universum is tussen de 11,4 miljard en 13,8 miljard jaar. De omvang van het waarneembare universum is ongeveer 46,5 miljard lichtjaar in elke richting vanaf de Aarde (of 93 miljard lichtjaar in diameter).
Als de meetkunde van het universum niet compact is, dan is het heelal oneindig in uitgestrektheid met oneindige paden in een constante richting, die in het algemeen niet terugkeren bij het startpunt, en dan heeft de ruimte geen definieerbaar volume, zoals het Euclidische vlak.