Werkmentaliteit. De ´niet lullen maar poetsen´ mentaliteit kan als iets typisch Rotterdams gezien worden. Rotterdammers zijn over het algemeen harde werkers die gewend zijn om de schouders eronder te zetten. Deze mentaliteit is er al vroeg ingekomen door het harde werken in de havens van Rotterdam.
Destilleer je uit al deze antwoorden de belangrijkste kernwaarden van Rotterdam, dan staat het typisch Rotterdamse volgens Museum Rotterdam voor '(01) rauw, (02) echt, (03) direct, (04) eerlijk, (05) trouw, (06) modern en (07) hardwerkend en (08) bijna alle Rotterdammers hebben hun wortels buiten de stad'.
Formeel kun je zeggen dat wanneer iemand staat ingeschreven als inwoner van Rotterdam hij/zij Rotterdammer is.
Dat Rotterdam een eigen een taal heeft, is algemeen bekend. Woorden als 'nassen' en 'bakkie pleur' zul je nergens anders in Nederland horen. Zo spreken Rotterdammerts met een typische natte 'T'. De Rotterdamse manier van spreken neemt steeds meer af, vinden sommige mensen op Blaak.
En naast veel typische uitdrukkingen is er ook een eigen Rotterdams idioom ontstaan. Woorden als gers, kapoentje, aftaaien, tebbie, groos of een bakkie pleur behoren tot de standaard woordenschat van de Rotterdammer.
Echte Rotterdams dropjes, chocolade zo uit de haven en stroopwafels waarvan je mouwen zich vanzelf opstropen. Het zijn maar enkele voorbeelden van heel veel typisch Rotterdamse lekkernijen.
De aversie tegen '020', zoals Rotterdammers de hoofdstad steevast noemen, is volgens hem iets van alle tijden. 'Dat gaat verder dan voetbalnijd. Het is een strijd die alle kleinere steden constant voeren met een grotere stad.
Het Rotterdams is het stadsdialect dat gesproken wordt in Rotterdam. Het behoort tot de Zuid-Hollandse dialecten.
Als je in Rotterdam-Noord bent zegt je 'in Noord' en in Rotterdam-Zuid zeg je 'op Zuid'. Dat komt omdat Zuid officieel een eiland is. Rotterdam kocht namelijk een groot gedeelte van het eiland Feijenoord in 1591.
Het typische Rotterdamse DNA van de stad komt neer op de woorden Bold (of rauw), Forward (of ondernemend) en Culture (of internationaal). Het DNA is de basis van het merk Rotterdam. Drie gekleurde vierkanten met onderin steekwoorden. Het DNA van Rotterdam: rauw, ondernemend en internationaal.
,,Rotterdammers vinden hun stad veel dynamischer. Wat ook opmerkelijk is: ik woon in Amsterdam en in mijn beleving heeft Den Haag een mooie, historische binnenstad, maar Hagenezen en Hagenaars zien dat veel minder als onderdeel van hun trots.” Voor het onderzoek werden bijna 16.000 mensen ondervraagd.
Rotterdam is een hyperdiverse stad en telt ongeveer 170 verschillende nationaliteiten. Daarmee lijkt Rotterdam op andere grote steden van Nederland. Iets meer dan de helft van de Rotterdammers heeft een migratieachtergrond. De afgelopen jaren is Rotterdam gegroeid met tussen de 4000 en 6000 in- woners per jaar.
Rotjeknor wordt gebruikt als een negatieve bijnaam voor de stad Rotterdam en soms ook voor domme personen. Het begrip duikt vaak op Twitter en andere sociale media op als voetbalclub Feyenoord tegen Ajax of PSV speelt.
Roffa is straattaal voor Rotterdam. En elke Rotterdamse wijk heet ook weer anders in deze jongerentaal, je komt bijvoorbeeld niet uit Oosterflank maar uit Flanka of Flankoe.
In de volksmond wordt Rotterdam ook wel Roffa genoemd. Dat klink misschien als (stoere?) straattaal, maar het lijkt verdacht veel op de naam van Rotterdam voordat het zijn huidige naam kreeg. „Het echte oer-Rotterdam, dat tussen de negende en elfde eeuw voortdurend werd bedreigd door overstromingen, heette Rotta.
Gebakken uierboord, in de volksmond ook wel "koeietiet", "volksfricandeau" of "arbeidersbiefstuk" genoemd, beschouwt men in Rotterdam als een typisch streekgerecht. Het wordt daar meestal in dunne plakken gesneden en bestrooid met wat zout en peper, als broodbeleg gebruikt.
Het smaakt flauw, en het doet me ergens aan denken: tegenwoordig kun je zoiets ook in blik in de supermarkt kopen. Dan heet het smack. Uierboord is veel puurder dan die meuk uit blik, maar de textuur, de weeïge smaak en alle bijbehorende associaties staan het eetgenot toch een beetje in de weg.
Breek me de bek niet open - Betekenis: Laat me hier niet over beginnen, want dan houd ik niet meer op.
opoe , opoe , grootmoeder; opoe (oma) op visite hebben, opoe komt over, opoe is er, het ouwe mens is over, ongesteld (wezen). De periode werd aangegeven met een 'O' op de kalender; als kinderen naar de betekenis van de 'O' vroegen, zei men: dan komt opoe op visite.