De belangrijkste kenmerken van ADHD bij mannen en vrouwen zijn: problemen met de aandacht of de concentratie, moeite met organiseren, hyperactief of overbeweeglijk zijn en impulsiviteit.
Kenmerken ADHD
De kenmerken van ADHD zijn te verdelen in 3 gebieden: aandachtsproblemen, hyperactiviteit en impulsiviteit.
Snel afgeleid zijn; moeite met concentreren. Erg druk zijn (hyperactief). Dingen doen zonder na te denken (impulsief). Problemen in het dagelijks leven, zoals thuis, op het werk en in het omgaan met anderen.
ADHD leidt tot levenslange problemen met aandacht of concentratie, moeite met organiseren, hyperactief of overbeweeglijk zijn en impulsiviteit. De diagnose ADHD wordt vaak al op jonge leeftijd gesteld. Vaak vallen kinderen op vanwege hun hyperactieve gedrag en impulsiviteit.
Voorbeelden hiervan zijn vroeggeboorte, vroege traumatische ervaringen en een tekort aan voedingsstoffen. Slaaptekort leidt ook tot ADHD-kenmerken. Slaap en ADHD is eigenlijk een soort kip-en-het-ei-verhaal. Door ADHD heb je een grote kans op slaapproblemen, maar door slaapproblemen verergeren ook je ADHD-klachten.
omgevingsfactoren, zoals blootstelling aan bepaalde stoffen tijdens de zwangerschap (nicotine, alcohol), de eetgewoonte van moeder tijdens zwangerschap, vroeggeboorte of laag geboortegewicht, stress in het gezin en vroege traumatische ervaringen.
Vrouwen ADD: verwarrend
Informatie filteren en jezelf aan zetten tot actie wordt daardoor moeilijker. Door een continu aanwezige gedachtestroom komen mensen met ADD dromerig over en kunnen ze zich moeilijker concentreren op het moment.
Mensen met ADHD hebben een groot empathisch vermogen. Omdat ze 'verder' denken kunnen ze zichzelf makkelijk in de schoenen van de ander verplaatsen. Problemen oplossen is iets wat iemand met ADHD goed kan. Hij of zij kan van verschillende kanten het probleem bekijken en daardoor sneller tot een goede oplossing komen.
Chaos in je hoofd of een vol hoofd. Snel wisselende stemmingen. Prikkelbaarheid of woede-uitbarstingen. Verstrooid zijn.
Je huisarts kan je doorverwijzen naar bijvoorbeeld PsyQ. Daar worden je klachten verder onderzocht en kan een psychiater of psycholoog een diagnose stellen. Of de test lijkt aan te geven dat je geen ADHD hebt. Ook dan is een bezoek aan je huisarts aan te bevelen.
De hersenen van mensen met ADHD reageren sneller op prikkels (impulsen, stemmingen en gebeurtenissen). Dit kan er toe leiden dat je je moeilijk kunt concentreren en snel afgeleid raakt. Je kunt ook impulsief gedrag vertonen. Vaak ben je lichamelijk overactief of onrustig (hyperactiviteit).
Dus als je je niet herkent in "druk" zijn kan het toch zijn dat er sprake is van hyperactiviteit. Daarnaast is het zo dat als je ADD hebt (het overwegend onoplettendheidtype), je weinig tot geen hyperactiviteitsklachten zal herkennen, al valt ook dit subtype onder de noemer ADHD.
Attention Deficit/Hyperactivity Disorder (ook wel ADHD) is meestal aangeboren. Dus het zit vaak in de familie, maar het kan ook wel eens een generatie overslaan. Heel soms krijgen mensen ADHD door zuurstofgebrek bij de geboorte. Je hebt ADHD dus al vanaf de kinderleeftijd, meestal met een begin voor het 12e jaar.
Een HSP ervaart overprikkeling vaker door externe prikkels, waar ADHD dit voornamelijk door interne prikkels ervaren. Iemand met ADHD vindt het bijna altijd lastig om zich goed te concentreren, terwijl een hoogsensitief persoon zich in de juiste omgeving prima kan concentreren.
Toch zijn er veel mensen die zich herkennen in de beschrijving van HSP, oftewel Hoog Sensitieve Persoon. Het staat vooral voor overgevoeligheid voor prikkels uit je omgeving. Deze overgevoeligheid kennen ook veel mensen met ADHD of ADD, want als je AD(H)D hebt komen alle prikkels ongefilterd binnen.
ADHD staat voor Attention Deficit Hyperactivity Disorder. Het is een aandachtstekortstoornis die gepaard gaat met hyperactiviteit en impulsiviteit. Je kunt niet pas op latere leeftijd ADHD 'krijgen'. Eén van de criteria om aan de diagnose te voldoen, is dat de problemen al sinds de kindertijd spelen.
ADHD is een neurobiologische stoornis. Er gaat iets niet goed in de hersenen; er is een tekort aan zogeheten neurotransmitters (dopamine en noradrenaline). Deze neurotransmitters zorgen ervoor dat informatie tussen de ene zenuwcel snel en goed worden doorgegeven aan een andere zenuwcel.
Eén mogelijkheid is dat ADHD een voorloper is van de persoonlijkheidsstoornis, wat de mogelijkheid doet opperen dat het disfunctioneren van volwassenen met ADHD ten dele toe te schrijven is aan niet-gediagnosticeerde persoonlijkheidsstoornissen.
Uit de review van Millichap en Yee (2012) komt naar voren dat een dieet met veel suikers en vetten ADHD verergert, en dat een ADHD-vriendelijk eetpatroon de symptomen kan verlichten. De auteurs adviseren om suikers, toegevoegde stoffen, conserveringsmiddelen en allergenen te schrappen.
Voor kinderen met ADHD, kan het stijgen en dalen van het bloedsuikerniveau zorgen voor uitbarstingen van hyperactiviteit, stemmingswisselingen, agressie en prikkelbaarheid. Een teveel aan suiker kan de symptomen van kinderen met ADHD verergeren en bijdragen aan meer gedragsproblemen.
Comorbiditeit. De comorbide stoornissen die besproken worden, komen veel vaker tegelijk voor bij ADHD dan op grond van toeval te verwachten is. Het gaat hier om autismespectrumstoornissen, gedragsstoornissen, hoogbegaafdheid, motorische stoornissen, genetische stoornissen, tics, leerstoornissen en verslaving.
Iemand met ADHD heeft last van een overvol hoofd. Alle prikkels komen even hard binnen, waardoor je snel afgeleid bent. Vooral bij zaken die je niet maximaal interesseren. Je handelt vaak (te) impulsief en hebt moeite met planning en dingen afmaken.