Wat is een dissociatieve persoonlijkheidsstoornis? Iemand met een dissociatieve identiteitsstoornis heeft meerdere persoonlijkheden. De klachten kunnen per persoonlijkheidstoestand verschillen. Bij iedere persoonlijkheid hoort ander gedrag en soms ook stemgeluid, smaak of stijl.
Het aantal persoonlijkheden - ook wel alters genoemd - varieert volgens Kluft van twee tot zelfs duizend. Voor zover nu bekend, is dit aantal onder andere afhankelijk van het geslacht en de nationaliteit van de patiënt.
Naar schatting 1 procent van de populatie volwassenen heeft DIS. De diagnose wordt het meest bij vrouwen gesteld: 9 van de 10 gevallen zijn vrouwen. De stoornis is te behandelen mat psychotherapie, maar helemaal verhelpen lukt zelden.
Dissociatie is een toestand van verlaagd bewustzijn. Als je last hebt van dissociatie kan het voelen alsof je gedachten, gevoelens, herinneringen en lichamelijke gewaarwordingen niet van jezelf zijn (depersonalisatie). Ook kunnen de wereld en de mensen om je heen kunnen heel vreemd aanvoelen (derealisatie).
Een dissociatieve identiteitsstoornis is een ernstige aandoening die gevaarlijke situaties met zich mee kan brengen. Voor jezelf en voor je omgeving. Het is dan ook belangrijk om hulp in te schakelen als je vermoedt dat je met deze stoornis kampt.
Een dissociatieve stoornis hangt meestal samen met traumatische ervaringen. Denk bijvoorbeeld aan kindermishandeling, seksueel misbruik, of een groot verlies. Door dissociatie kan iemand nare gevoelens die naar boven komen door een traumatische ervaring wegdrukken en eraan ontsnappen.
Overige kenmerken
Geheugenverlies, de persoon is stukken verleden kwijt. Daarnaast kan hij zich dingen die hij net heeft gedaan soms niet meer herinneren. Depersonalisatie, het gevoel van een afstand naar zichzelf te kijken, buiten zichzelf en als robot te leven, dingen te doen zonder daar een gevoel bij te hebben.
Een dissociatieve identiteitsstoornis kan niet worden verholpen met medicatie. Echter, omdat DIS vaak samengaat met andere aandoeningen, zoals angst of depressie, kan de arts ervoor kiezen om de symptomen van deze aandoeningen te verlichten met medicijnen.
Acute dissociatieve reacties op stressvolle gebeurtenissen. Deze categorie is bestemd voor acute, voorbijgaande aandoeningen die meestal minder dan één maand duren, en soms slechts een paar uur of dagen.
Bij een persoonlijkheidsstoornis zijn bepaalde eigenschappen erg aanwezig. U bent bijvoorbeeld extreem gevoelig voor kritiek, u heeft heel erge bindingsangst of verlatingsangst, u doet dingen zonder na te denken, u bent erg afhankelijk, perfectionistisch of verlegen.
Een dissociatieve stoornis wordt altijd in verband gebracht met langdurige traumatische gebeurtenissen in de jeugd zoals mishandeling, seksueel misbruik, een groot verlies of een ernstige lichamelijke aandoening.
De theorie is dat dit gebeurt om een ernstig trauma te verwerken. Om in het dagelijks leven normaal te kunnen functioneren, ontwikkelen deze patiënten een tweede, 'sterke' persoonlijkheid die wel afstand kan nemen van het trauma, of zelfs meerdere met ieder hun eigen karakter.
Histrionische (theatrale) persoonlijkheidsstoornis.
Iemand met een narcistische persoonlijkheidsstoornis vindt zichzelf beter dan anderen. Hij of zij vertoont egoïstisch gedrag, is dominant, wil bewonderd worden en heeft vaak een gebrek aan inlevingsvermogen. Mensen met een narcistische persoonlijkheidsstoornis vinden zichzelf belangrijker dan anderen.
Als je een borderline persoonlijkheidsstoornis hebt, vertoon je sterke stemmingswisselingen en voel je je erg instabiel. Je kunt opeens heel kwaad zijn en het andere moment weer heel vrolijk of somber. Je kunt impulsief reageren. Iemand met borderline is ontzettend bang om in de steek gelaten te worden.
Je lijkt even los te staan van jezelf. Je hebt je gevoel van tijd verloren, waardoor het niet meer duidelijk is hoeveel tijd er werkelijk voorbij is gegaan. Er kan dan sprake zijn van een dissociatieve stoornis die zich kenmerkt door minder gedachten en gevoelens en een vertekening in de herinnering.
Wanneer je met iemand woont of werkt met een dissociatieve stoornis: vraag altijd of je binnen mag komen en kondig je bezoek aan, tenzij er een noodsituatie is. Voorspelbaarheid kan helpen om rust en veiligheid te bieden. Het is niet altijd zichtbaar hoe het met iemand gaat of dat iemand dissocieert.
Van een fugue wordt gesproken als iemand ineens ergens naartoe gaat zonder zich na afloop te herinneren hoe dat zo gekomen is. Fugue is het Franse woord voor 'vlucht'; het gaat terug op het Latijnse fuga, dat bij fugere 'vluchten' hoort.
Schizofrenie, soms ook wel 'psychosegevoeligheidssyndroom' genoemd, valt onder de psychotische stoornissen. Een psychose is een toestand waarbij iemand zijn grip op de realiteit kwijt is. Hij ziet of hoort soms dingen die er niet zijn (hallucinaties) en is overtuigd van bepaalde ideeën die niet kloppen (wanen).
Als je aanleg voor schizofrenie hebt, wordt een psychose vaak uitgelokt door iets wat in de omgeving gebeurt. Dat is niet altijd één gebeurtenis. De manier waarop je leven verloopt speelt ook mee. Als je bijvoorbeeld opgroeit met veel ruzie en stress in huis, heb je een grotere kans dat je last van psychoses krijgt.
Veelvoorkomende symptomen van schizofrenie zijn wanen, hallucinaties en denkstoornissen, verstoring van aandacht, gebrek aan emoties, en geheugenstoornissen. Daarnaast komt ook depressie veel voor en is het risico op zelfdoding zo'n 10%.
Onder Vroegkinderlijke Chronische Traumatisering wordt verstaan: de schadelijke psychische, biologische en sociale gevolgen van (een combinatie van) stressvolle en potentieel traumatische gebeurtenissen tijdens de kinderjaren.
Kun je onbewust een trauma hebben? Ja. Het kan zijn dat je jezelf bewust of onbewust afsluit voor de verwerking van het trauma. Dan stop je het weg en vermijd je nadenken over je gevoelens en gedachten die met het trauma te maken hebben.
De effecten kunnen nog even doorwerken, wat goed is. Daarnaast is het een veelgehoorde klacht dat cliënten na de EMDR hoofdpijn en vermoeidheid kunnen ervaren. In sommige gevallen kan je ook het idee hebben dat je de regie kwijt bent als je er bijvoorbeeld nieuwe beelden of gevoelens naar boven komen.