Ongeveer 40% van de Nederlanders is (soms) verlegen. Extreme verlegenheid noem je ook wel sociale angst of sociale fobie.
bedeesd, beschroomd, schuchter, timide, verlegen. eigen (bn) : eenkennig, verlegen.
Wat is verlegenheid
Iemand die verlegen is ervaart een gevoel van angst in het gezelschap van andere mensen: sociale angst. Een angst die voortkomt uit het idee niet goed genoeg te zijn of het niet kunnen voldoen aan de verwachtingen van anderen. Je bent bang dat iedereen negatief over je denkt.
Iemand die een bepaald standpunt naar voren brengt, maar dit onvoldoende weet te onderbouwen in een gesprek, wordt in verlegenheid gebracht.
Verlegenheid heeft verschillende oorzaken
Verlegenheid is voor een deel erfelijk: als veel mensen in jouw familie verlegen zijn, heb jij een grotere kans om dit ook te zijn. Ook onzekerheid, een laag zelfbeeld, of vervelende ervaringen in de puberteit, zoals pesten, vergroten je kans op verlegenheid.
Veel mensen zijn wel eens verlegen, bijvoorbeeld als ze een grote groep moeten toespreken. Maar verlegenheid kan ook ernstiger vormen aannemen, bijvoorbeeld zo verlegen zijn dat je niet meer naar een feest durft. Verlegenheid is een uiting van onzekerheid.
Verlegenheid is angst in sociale situaties. Je denkt dat je beoordeeld wordt op alles wat je zegt en doet. Hierdoor word je erg zelfbewust, waardoor je minder betrokken bent bij de sociale interactie. Je bent een beetje in jezelf gekeerd en praat niet gemakkelijk mee met anderen.
Je kindje wordt zich tussen de 1 en 4 jaar steeds meer bewust van de wereld om zich heen en van zichzelf. Verlegenheid is hier een natuurlijk gevolg van. Je peuter beseft zich namelijk steeds meer hoe hij zich verhoudt tot anderen, waardoor hij zich opeens klein of beoordeeld door volwassenen kan voelen.
Door eerst steun te bieden, maar daarna het kind wat los te laten en er op te vertrouwen dat het kind zich redt, kan het kind verlegen gedrag overwinnen. Ouders kunnen het kind ook helpen minder verlegen gedrag te ontwikkelen door al op jonge leeftijd sociaal contact te stimuleren en sociaal gedrag te waarderen.
Noem je kind niet verlegen en sta ook niet toe dat anderen je kind verlegen noemen. Houd je kind niet overbeschermend weg van moeilijke situaties. Neem niet steeds zelf het voortouw of help je kind niet te veel. Wees niet boos en dwing je kind niet om tegen de angst door te zetten.
Als je kind erg actief is, zijn teamsporten zoals voetbal, gym en zwemmen goede opties. Kies bijvoorbeeld voor judo (of peuterjudo/tuimelen) om je kind zijn verlegenheid te laten overwinnen. Ook wel eens aan kinderyoga gedacht? Yoga helpt je kind zijn gevoelens te uiten, te concentreren en zelfvertrouwen te kweken.
Introverten hebben veel tijd alleen nodig om alle indrukken te verwerken. Dit wordt soms geïnterpreteerd door hun omgeving als dat ze niet sociaal zijn. Introverten zijn echter net zo sociaal als extraverten, alleen tonen ze dit op een andere manier.
Timide (afkomstig van het Latijn, timidus) is een manier om een persoon te beschrijven en betekent zoveel als verlegen, schuchter, schuw en bedeesd.
Mensen die introvert zijn praten vaak alleen als ze ook echt denken dat ze wat te zeggen hebben. De 'small talk' wordt dan vaak achterwege gelaten. Maar spreek een introvert persoon eens in een rustige situatie aan en praat over een onderwerp dat hem of haar interesseert, dan zal je snel op dit vooroordeel terugkomen.
Selectief mutisme is een ontwikkelingsstoornis waarbij een kind/jongere in sommige situaties niet 'kan' praten, terwijl hij of zij dat in andere situaties heel goed kan. Kinderen/jongeren met selectief mutisme praten thuis en tegen sommige mensen.
Eenkennigheid komt meestal voor als je kind tussen een en twee jaar oud is. Het is in deze fase heel normaal dat je peuter zich aan je vastklampt. Dat hoort bij de normale ontwikkeling.
Fitness, bowlen en tennis vinden zowel meisjes als jongens leuk om te doen. Er zijn duidelijk verschillen in populariteit van takken van sport tussen de jonge en de oudere jeugd. Zwemmen, (veld)voetbal, turnen en dansen zijn de meest beoefende sporten onder de zes tot elfjarigen.
In principe is er geen vaste limiet of leeftijdsbeperking bij tennis. De ervaring leert echter dat kinderen het beste kunnen beginnen met tennistraining als ze ongeveer 5 jaar oud zijn. Op deze leeftijd hebben ze de basis motorische en coördinatievaardigheden ontwikkeld die nodig zijn voor tennis.