Maar de afdaling van die col buiten categorie zorgde ook voor waanzinnig hoge pieksnelheden. Zo haalde Philippe Gilbert (Quick. Step) een topsnelheid van 119,25 km/u. Al kan het nog sneller: Alex Dowsett (Movistar) topte af met liefst 128,5km/u.
In de afdaling van de Col de Vars (7 procent) klokte hij 101,5 km per uur. In de Tour de France van 2018 ging André Greipel zelfs nog een tandje harder naar beneden. De Duitser behaalde toen een topsnelheid van 101,7 km per uur.
Gemiddelde wielrenner: 22-25 kilometer per uur. Tour-renner: 35-38 kilometer per uur.
De beginnende fietser: 26 km/u gemiddeld.
Tijdens de sprint ligt het piekvermogen van de sprinters ongeveer rond de 1250 W waarbij de snelheid richting de 70 km/u gaat. Het is de climax van menig wielrenkoers, de massasprint om de eindzege. Voordat het zover is moeten de wielrenners eerst urenlang koersen.
De fiets is duidelijk sneller door de lagere rolweerstand door het type band en de iets hogere bandenspanning, het hogere rendement van de aandrijving en de iets lagere luchtweerstand door de diepere zit. De fiets is vergelijkbaar met sportieve tourfietsen met derailleurversnellingen.
Je kan wel een gemiddelde nemen. Een prof is rond de 70 kilo en fietst 30.000 kilometer per jaar. Een gemiddelde amateur is een man van 85 kilo. Hij fietst niet het hele jaar door en als hij rijdt, doet hij dat gemiddeld twee keer per week.
Door zo licht mogelijk van gewicht en zo gestroomlijnd mogelijk te zijn kunnen wielrenners gemiddeld zo'n 25-30 kilometer per uur fietsen. Je snelheid tijdens het fietsen op een stadsfiets is gemiddeld 17 kilometer per uur.
Begin eens met een ritje van 30 kilometer. Kijken of je dat binnen het uur kan. Waarschijnlijk niet, maar wie niet waagt blijft maagd. Een uurtje fietsen is voor de eerste keer lang genoeg, de tweede keer kun je eens 50 kilometer proberen en daarna kun je je gemiddelde snelheid op rondjes van 50 kilometer opbouwen.
Als u nieuw bent met wegfietsen, vraagt u zich af hoeveel kilometer u moet fietsen op een uitstapje. In theorie zou deze afstand tussen de 15 en 30 kilometer moeten zijn.
De gemiddelde fietssnelheid ligt rond 12 km per uur. Mannen tussen 25 jaar en 55 jaar fietsen sneller dan hun vrouwelijke leeftijdgenoten. Zij halen een gemiddelde snelheid van 14 km per uur, vrouwen zijn ongeveer 2 km per uur langzamer.
Om dit wat te kaderen volgend voorbeeld: als een gemiddelde wielertoerist over een rit een gemiddelde heeft van 180 watt, heeft hij een mooie inspanning geleverd. Bij de toprenners in Gent-Wevelgem heb ik gemiddelde waarden gezien die tot 320 à 340 watt gaan.
De Brit Neil Campbell heeft het snelheidsrecord voor mannen op de fiets gebroken. Op zijn fiets haalde hij een snelheid van 280 kilometer per uur. Daarmee brak hij het record van de Nederlander Fred Rompelberg, die in 1995 270 km per uur fietste.
Met een setje carbon wielen rijd je al snel 2-3 km/h sneller dan met aluminium wielen als je dezelfde kracht genereert. Daarnaast ziet een setje carbon wielen er natuurlijk supervet uit, wat ook goed voor je moraal is.
Door de verschillen tussen het vrouwen- en mannenlichaam, is ook de snelheid en duur van het fietsen verschillend. Vrouwen rijden gemiddeld rond de 22 km/u en maken tochten van ongeveer 40 km. Mannen rijden tijdens een rondje fietsen gemiddeld rond de 26 km/u en maken tochten van ongeveer 50 km.
Wielrennen is ook goed voor je hart, niet alleen omdat je er zo erg van houdt. Een recent onderzoek in Medicine & Science in Sports & Exercise volgde vijf jaar lang de activiteit van 1500 personen. Degenen die dagelijks actief waren, hadden een 31 procent lagere kans op het ontwikkelen van hoge bloeddruk.
Zit er teveel tijd tussen je trainingen, dan wordt het effect van supercompensatie minder of verdwijnt. Als je te snel weer gaat trainen, duurt het herstel langer. Dit kan uiteindelijk leiden tot overtraining.
Als je voor het eerst op de racefiets stapt is het onvermijdelijk een beetje eng. Je zit anders op de fiets, de fiets voelt heel anders en stuurt heel anders en dat is even wennen. In- en uitklikken is ook al zo spannend, en wat moet je doen als je remt, of misschien zelfs wel afstapt?!
Racefiets en mountainbike: twee erg verschillende fietsen
Het frame van een mountainbike is meestal ook dikker. Stevigheid is namelijk erg belangrijk. Een racefiets is daarentegen ontworpen om hoge snelheden te kunnen halen. Daarom zijn er geen veringen, want die verlagen de snelheid, en het frame is ook opvallend dun.
Denk aan volkorenpasta, quinoa, volkorenrijst, bananen, sinaasappels, ontbijtkoek, zoet beleg en volkorenbrood. Zorg ook voor voldoende eiwitten na het wielrennen. Deze spelen een rol bij opbouw en herstel van je spieren.
Om 20 km af te leggen op je fiets heb je onder normale omstandigheden 1 uur en 11 minuten nodig. Met wind tegen doe je over 20 km ongeveer 1 uur en 20 minuten, en met wind mee ongeveer 1 uur en 4 minuten. Op een elektrische fiets doe je 48 minuten over 20 km.
Welke vermogens trappen de profs? Om een plekje te bemachtigen in een profploeg, zou dat getal boven de 6 watt per kilogram moeten liggen. Beginnende fietsers zitten tussen de 2,5 en 3,2 voor mannen en 2,1 en 2,8 voor vrouwen.
Typische klimmers hebben eigenlijk bijna uitsluitend aërobe type I skeletspieren nodig. Zij hebben relatief weinig type II anaërobe spieren, hebben een verlaagde BMI en sprinten als een strijkijzer. Sprinters hebben extra type II skeletspieren en hebben bijgevolg een hogere BMI.
Die komen dus toch al gauw aan meer dan 7.000 km per jaar.