Dat wil zeggen: P=E/t, oftewel de hoeveelheid energie (E) die er per tijdseenheid (t) wordt geleverd of omgezet. Het maakt daarbij niet uit of dat vermogen mechanisch (bv wrijving) of elektrisch (in een stroomkring) opgewekt wordt. De algemene formule P=E/t in eenheden: Watt=Joule per seconde dus 1W = 1 J/s.
Vermogen bereken je met P = U·I (spanning keer stroom).
Als eenheid van vermogen (dus energie per seconde) kennen we de watt (W), en, heel ouderwets: de paardenkracht (pk). 1 watt = 1 joule per seconde. Een stofzuiger die 1000 watt (ofwel 1 kilowatt, 1 kW) vermogen heeft, gebruikt dus elke seconde 1000 joule.
Het vermogen bestaat uit de waarde van de bezittingen van iemand minus de schulden. Bezit je dus bijvoorbeeld een huis met een waarde van €450.000 en heb je een hypotheek van €250.000, dan is je financiële vermogen €450.000 - €250.000 = €200.000.
Om de formule voor vermogen (Watt) te vinden, vermenigvuldig je spanning (U) met stroom (I): P = U x I. Als je de formule voor spanning (Volt) wilt vinden, deel je het vermogen (P) door de stroom (I): U = P / I.
Volt = Watt / Ampère
Voorbeelden: 2400 Watt / 20 Ampère = 120 Volt. 2400 Watt / 10 Ampère = 240 Volt.
Als je de stroomsterkte in ampère vermenigvuldigt met de spanning in volt, krijg je jouw vermogen in watt. Een voorbeeld. Een toestel doet 2 ampère aan stroom doet lopen en heeft 220 volt. Maak de volgende berekening: 2 A x 220 V = 440 watt en ziezo, je weet hoeveel je apparaat verbruikt!
Om Watt te berekenen doe je ampère * volt (230) = Watt. Bijvoorbeeld: Een stofzuiger werkt op 7 ampère en de netspanning is 230 volt. 7*230=1.610 Watt. Om te weten hoeveel energie het apparaat verbruikt moet je het aantal Watt nog omrekenen naar kWh.
Vermogen wordt uitgedrukt in watt (W) en is afgeleide van spanning en stroom. Wanneer spanning en stroom met elkaar worden vermenigvuldigd is de uitkomst het vermogen in watt. Bijvoorbeeld, een stopcontact met een spanning van 230V AC en een stroom van 16A levert een maximaal vermogen van 3680 watt op.
nog één ding vergeet te noemen en dat is dat één watt ook is één Nm/sec, oftewel één Newtonmeter per seconde. Dat is de echte definitie van 1 watt, waaruit dus weer noodgedwongen moet volgen dat één Joule één Newtonmeter is.
Dit blijkt ook uit de eenheid: Volt betekent eigenlijk Joule per Coulomb. (V= J/C). Als een batterij bijvoorbeeld een spanning van 9,0 V heeft betekent dit dat er een energieverschil van 9,0 Joule per Coulomb lading bestaat tussen de twee polen van de batterij.
Vermogen is de waarde van uw bezittingen minus uw schulden. Hebt u het hele jaar dezelfde fiscale partner? Dan tellen zijn bezittingen en schulden ook mee voor uw vermogen. Ga uit van de waarde van de bezittingen en schulden op 1 januari.
Apparaten die krachtstroom nodig hebben en werken op diezelfde 10 ampère hebben dan een vermogen van 10 x 400 = 4000 watt of 4 kW. U heeft dan dus ook 4 / 0,8 = 5 kVA nodig!
Vermogen: Vermogen wordt gedefinieerd als de snelheid waarmee energie wordt overgedragen en kan worden berekend met behulp van de vergelijking P = W t . Vermogen wordt gegeven in eenheden van Joule per seconde of Watt (W). De volgende drie problemen laten zien hoe u werk en vermogen berekent.
Het vermogen is de waarde van alle bezittingen min de schulden.
1 kilowattuur (kWh) komt overeen met het energieverbruik van een elektrisch toestel van 1000 watt of 1 kilowatt gedurende 1 uur. Voorbeelden: een lamp van 60 W die een uur lang brandt, verbruikt 60 Wh of 0,06 kWh.
Het werkelijke vermogen wordt uitgedrukt in de eenheid watt (W). Men spreekt over de impedantie van een spoel of condensator wanneer die een tijds- of frequentieafhankelijke weerstand heeft.
Wat bij de huidige netspanning van 230 Volt dan 2300 VoltAmpère(VA) aan vermogen mogelijk maakt. Tot ruwweg 2000 Watt/VA is er dus met de wandcontactdozen en stekers geen direct probleem te verwachten.
Het vermogen in een wisselstroomcircuit is gelijk aan het product van stroom en spanning, zoals gegeven door de formule P = VI .
Om de formule voor vermogen (Watt) te vinden, vermenigvuldig je spanning (U) met stroom (I): P = U x I. Als je de formule voor spanning (Volt) wilt vinden, deel je het vermogen (P) door de stroom (I): U = P / I.
Het legt uit hoe je de driehoek van Watt kunt gebruiken om vermogen te berekenen wanneer twee van de drie variabelen gegeven zijn. Het omzetten van VA naar watt is eenvoudig omdat 1 VA gelijk is aan 1 watt . Als je de stroom en spanning weet, kun je deze vermenigvuldigen om VA te krijgen, wat ook het wattage is.
Andersom berekenen kan ook: Vermogen / Spanning = Stroom 1000 Watt / 230 Volt = 4,35 Ampère.
Houd altijd als vuistregel aan dat er maximaal 3500 Watt aan stroom door een groep mag lopen.
Door de spanning te kwadrateren en te delen door de weerstand , kunnen we het wattage of het uitgangsvermogen van een apparaat bepalen. Als een circuit bijvoorbeeld een spanning van 12 V en een weerstand van 4 Ohm heeft, kan het vermogen als volgt worden berekend: P (Watt) = (12 V)² ÷ 4 Ohm, wat resulteert in een uitgangsvermogen van 36 watt.
Accucapaciteit wordt uitgedrukt in ampère-uur (Ah) en geeft aan hoeveel stroom een accu kan leveren per uur. Als bijvoorbeeld een 100 Ah-accu wordt ontladen met een constante stroom van 5 A, wordt de accu binnen 20 uur volledig ontladen.