Normaal wordt er een diepte van 80 cm aangehouden om de leiding ook vortstvrij te houden.
Wanneer je de buis in de grond wilt leggen, graaf je een geul van minimaal 30-35 cm diep. Maak daarbij de eventuele graszoden voorzichtig los van de grond zodat je ze goed terug kunt plaatsen. Wil je de waterleiding tegen vorst beschermen dan dien je de geul minimaal 80 cm diep te graven.
De vorstgrens is minimaal 600 mm beneden het maaiveld, maar vaak wordt 800 mm aangehouden.
Als u een flexibele waterleiding wilt laten aanleggen is een tyleen leiding de beste oplossing. Deze leidingen zijn gemaakt van een kunststof dat flexibel maar heel sterk is. Deze leidingen kunnen zowel onder de grond als in muren en vloeren worden weggewerkt.
Hoe diep moet een tyleenslang? Het is verstandig om bij gebruik in de grond, de tyleenslang op een diepte van 60cm in te graven. Dan ligt de tyleen onder de vorstgrens en zal het water in de tyleenslang niet bevriezen.
Wanneer de temperatuur in je woning onder de 7 graden daalt, kunnen buizen of leidingen die in een zolderruimte of berging zijn gemonteerd bevriezen.
Een tuinslang ingraven is zeker een mogelijkheid, maar dan kan je hem ter bescherming inderdaad het best in een PVC-buis leggen. De druk kan wel een probleem geven, maar dat kan opgevangen worden met behulp van een drukverhoger. Andere mogelijkheid is dat je een grondwaterput laat boren.
De wachtbuizen vertrekken vanaf de aansluitbocht en eindigen onder elkaar aan de rooilijn. Ze worden lood- recht op de rooilijn geplaatst op een minimum diepte van 600 mm (gemeten vanaf de bovenkant van de buis tot het maaiveld).
De vorstgrens zit op 60 tot 65 cm. Dieper komt de vorst niet in Nederland.
Leg de leidingen in de muur in een mantelbuis, dat vangt uitzetting en krimp op en voorkomt eventuele schade aan tegel- of stucwerk. Bij het leidingwerk dat in het zicht blijft, zijn knelfittingen handig. Ook voor het bevestigen van de waterleiding wat tips.
Wil je de waterleiding tegen vorst beschermen dan dien je de geul minimaal 80 cm diep te graven. Een andere mogelijkheid is de waterleiding te ommantelen met een bekisting met isolatiemateriaal. Ook is het mogelijk de leiding van een warmtelint te voorzien.
Een leiding kan bevriezen bij temperaturen onder de nul, maar ook als er veel koude wind is.
Bij strenge vorst kan de temperatuur in een kunststof regenwaterafvoerleiding (HWA-leiding) gemakkelijk onder 0° Celcius uitkomen. AIs de leiding leeg is, zal er niet veel gebeuren. Een PVC-leiding wordt hooguit bros: hij breekt sneller als je er een klap op geeft of als er iets tegenaan valt.
Leidingzoekers. Een leidingzoeker helpt je met het vinden van elektrische leidingen in een muur. Hiermee kan je bijvoorbeeld in een muur boren zonder bang te zijn een leiding te raken. Sommige leidingzoekers kunnen ook hout- en staalconstructies in de muur, vloer of het plafond vinden.
In de praktijk komt het er vaak op neer dat de diepte varieert tussen de 30 en 100 cm. Als het goed is ligt het riool in ieder geval vorstvrij dus minimaal 20 of 30 cm diep. Afhankelijk van de aansluiting op het gemeenteriool ligt een riool meestal niet dieper dan maximaal 120 cm.
Het wordt aangeraden om leidingen tenminste 70cm diep in te graven. Hiermee zit u onder de vorstgrens en heeft de buis minder last van mogelijke verkeersbelasting. Deze diepte is niet altijd haalbaar en is ook afhankelijk van de situatie zoals bijv. de hoogte van de huisaansluiting.
Op een vorstdag daalt de temperatuur op de normale waarnemingshoogte van anderhalve meter boven de grond tot onder het vriespunt. De periode waarin vorstdagen mogelijk zijn duurt meestal van oktober tot en met april. Soms komt de temperatuur ook in mei of september onder nul.
Hoe diep de vorst in de bodem dringt, hangt uiteraard van de temperatuur af, maar ook en vooral van de hoeveelheid water in de bodem. Hoe natter de grond, hoe dieper deze bevriest. Vandaar dat in zuidelijk Flevoland gedurende de vorstperiode in januari de laag bevroren grond varieerde van 12 tot 20 centimeter.
Voor het isoleren van de waterleiding maak je gebruik van polyethyleen buisisolatie. Deze schuif je over de waterleiding heen en de naden plak je af met buisisolatie tape. Bij bochten zaag je de isolatie in verstek om een goede aansluiting te verkrijgen. De afsluiters isoleer je niet.
Graaf de mantelbuis in de grond op ongeveer 60 centimeter diepte. Probeer de mantelbuis niet in te strakke bochten te leggen. Hoe flauwer de bochten, hoe gemakkelijker de kabel of slang er doorheen getrokken kan worden. Een mantelbuis wordt standaard geleverd met een dun nylon draadje in de buis.
ENERGIEBOCHTEN EN PIDPABOCHTEN
Ze worden loodrecht op de rooilijn geplaatst op een minimum diepte van 600mm (gemeten vanaf de bovenkant van de buis tot het toekomstige maaiveld).
Plaats een harde pvc-buis met gladde binnenwand en een buitendiameter van 110 millimeter (bv. een rioleringsbuis SN 4) 50 centimeter tot 1 meter voor de rooilijn. Leg de buis minstens 90 centimeter diep en breng ter hoogte van de rooilijn een duidelijke markering aan dat het de wachtbuis voor het water is.
In veel gevallen raden we het drinken van water uit een tuinslang af. Deeltjes van het materiaal waar sommige tuinslangen van gemaakt zijn kunnen in het water terecht komen. Een van deze stoffen is BPA, een chemische stof die voorkomt in plastic. Deze stof is ongezond voor het menselijk lichaam.
Algemeen beantwoorder. Het komt zelden voor dat een tyleen leiding knapt door vorst, zet de buitenkraan open, draai de stopkraan dicht en de aftapper open en hang er een emmertje onder om het water op te vangen voor zover nodig. Ontdooien is niet nodig, dat gaat vanzelf wel als het iets warmer wordt.
Zweetslang geeft erg langzaam water af door de porien van de slang. Druppelslang heeft om de 30 cm gaatjes die per uur zo'n 2,3 liter water afgeven. De zwarte of bruine druppelslang geeft dus veel meer water af, zodat je ook minder aan druk hoeft te begrenzen indien je beregent met een pomp.