De woordenschat van een 2-jarige wordt steeds groter en je kunt al echte gesprekjes met hem voeren. Een 2-jarig kindje begint kleuren te herkennen en kan spulletjes van dezelfde kleur bij elkaar zoeken. Hij krijgt ook begrip van tijd, dat wil zeggen dat hij begrijpt dat morgen niet vandaag is.
Kinderen leren door dingen uit te proberen en ook door veel te vragen. Ze denken na over oorzaak en gevolg: Als je het water daar in doet, gaat het wiel draaien. Ze gaan sorteren wat bij elkaar hoort, bijvoorbeeld alle blauwe dingen en alle rode dingen bij elkaar. Vervolgens kunnen ze die dingen tellen.
Hij ziet zichzelf als een almachtig persoontje. Gaan er dingen mis, dan kan hij denken dat het door hem komt. Misschien is mama bijvoorbeeld wel ziek geworden omdat hij ongehoorzaam was. Zo'n gedachte maakt bang.
Vanwege het gedrag van je peuter in deze fase wordt deze periode nogal eens de 'peuterpuberteit' genoemd. Je peuter is bezig met de ontwikkeling van zijn eigen persoonlijkheid. Hij is vaak dwars en koppig, maar kan ook ontzettend veel plezier hebben, of onzeker zijn. Hij valt van de ene emotie in de andere.
De moeilijkste leeftijd bij kinderen? Volgens Amerikaans onderzoek is dat 12 tot 14 jaar. Waar kleine kinderen vooral fysiek veel van hun ouders eisen, wordt het op die leeftijd eerder mentaal zwaar.
Peuterpuberteit: symptomen
Niet luisteren naar wat je vraagt of zegt. Wegrennen. Zeuren en jammeren om de eigen zin door te drijven. Agressie (slaan, schoppen, duwen, trekken, met dingen gooien) in reactie op frustraties en grenzen.
Je kind begint de eerste woordjes te zeggen als het één tot anderhalf jaar oud is. Als je kind vier jaar wordt, kan het al (eenvoudige) zinnetjes maken. Wanneer je dagelijks veel aandacht besteedt aan praten met je kind en luisteren, dan leert het steeds beter praten.
Je kind wil steeds meer zelf doen en bepalen. Maar dat lukt of mag niet altijd. Ook kan je kind zijn gevoelens nog niet goed uiten door te praten. De frustratie over iets wat je kind nog niet lukt of mag kan zich uiten in boos, brutaal en opstandig gedrag.
Gemiddeld zegt een kind rond zijn eerste verjaardag zijn eerste woordje. Denk bijvoorbeeld aan mama, papa, poes, hond, auto, bal of dag. Het is niet zo gek dat je kind juist één van deze woorden kiest. Hij ziet of hoort hen dagelijks!
Voor een jong kind loopt fantasie en werkelijkheid nog door elkaar heen. Men spreekt dan van magisch denken. Het stadium van het magisch functioneren zie je met name bij kinderen van 3 tot ongeveer 6 jaar.
Cognitieve en zintuigelijke ontwikkeling
Kinderen begrijpen al wel de vaste volgorde van dingen, maar nog niet wat ze met elkaar te maken hebben. Een kind snapt alleen regels op het moment dat ze gegeven worden. Daarbij zijn regels gekoppeld aan degene die ze geeft en de situatie waarin ze gegeven worden.
Kinderen van deze leeftijd geloven dat levenloze objecten, zoals knuffeldieren, een leven hebben en net zo kunnen denken als mensen. Dit wordt animistisch denken genoemd. Tevens kunnen kinderen nog geen volledig onderscheid maken tussen fantasie en werkelijkheid.
Een kind van 2, 3 of 4 jaar laat vaak agressief gedrag zien, zoals slaan, duwen, bijten of schoppen. Bijna alle kinderen zijn wel eens opstandig of agressief. Je kunt ervan schrikken en het is niet leuk. Toch is het bij jonge kinderen normaal en hoort het bij de ontwikkeling.
Bij peuters is de ontwikkelingsvoorsprong al iets duidelijker te herkennen. Zo is een hoogbegaafde peuter zeer ondernemend, motorisch erg vaardig en zelfstandig. Daarnaast hebben ze een goede ruimtelijke oriëntatie en ontwikkelen ze snel het begrip voor bijvoorbeeld kleuren, cijfers en hoeveelheden.
Slimme peuters/kleuters zijn nieuwsgierig, onderzoekend, kunnen goed onthouden, kunnen lastige denkproblemen aan. Ze zijn snel van begrip en stellen veel vragen. Slimme peuters houden van uitdagingen, kunnen reflecteren, hebben creatieve oplossingen en hebben leiderschapskwaliteiten.
'Goede straffen' kunnen zijn: een time-out (even stil zitten in de gang of in een hoekje zonder aandacht) of een speeltje afnemen en het een etmaal verborgen voor hem houden. Ook slecht of zeurend gedrag compleet negeren kan bij sommige peuters werken. Een corrigerende tik is geen goed idee.
Taal en spraak bij kinderen van 18 tot 24 maanden
Tegelijkertijd kan hij/zij steeds meer woordjes begrijpen en zeggen, maar nog niet alle klanken goed uitspreken. Een tweejarig kind zegt minimaal vijf tot tien woordjes. Eén enkel woord kan verschillende betekenissen hebben (één-woordzinnen).
De meeste baby's tussen de 7 en 12 maanden benoemen hun ouders als “mama” of “dada”. De eerste woordjes (anders dan mama of dada) leren de meeste baby's rond 19 maanden. Tegen de tijd dat je kleintje 2 jaar is, praat hij of zij in zinnen van 2 tot 4 woorden.
Hij kan ronddraaien, een bal naar voren schoppen en hij kan plotseling stilstaan. Hij kan een voorwerp in een bepaalde richting gooien en hij kan nu zelf eten met een vork (of een lepel). Alle bewegingen van een 2-jarige worden steeds vloeiender en minder houterig. De fijne motoriek ontwikkelt zich natuurlijk ook.
Is het zo dat kinderen meer aanvoelen? Deze vraag komt vaak aan bod, kunnen kinderen en babies geesten en engelen zien? Het antwoord is volmondig Ja dat kunnen ze zeker weten. We hebben allemaal wel eens een baby zien liggen in hun bedje terwijl ze de hele tijd onder de indruk van iets waren, wat wij niet zagen.
Waarom 'nee' zeggen ook goed is
Door 'nee' te zeggen leert je minipuber zijn eigen grenzen aangeven. Hij begint zich bewust te worden van zijn eigen identiteit en snapt dat hij een eigen ik heeft die niet verbonden is met papa en mama. Je peuter leert voor zichzelf op te komen en een eigen mening te vormen.
Dagelijks schreeuwen tegen je kind levert volgens onderzoekers namelijk angstige kinderen op, die bovendien vaak gaan liegen. "Het gevolg van een schreeuwen is dat kinderen alles gaan doen voor de goedkeuring van de ouder, om te checken of je nog wel van ze houdt."