Wat is de 50-30-20-regel? De 50-30-20-regel verdeelt je inkomen in drie verschillende potjes. Daarbij gaat 50% in het potje voor vaste lasten, 30% voor persoonlijke behoeften en 20% in een potje om te sparen en schulden af te lossen. Uit deze drie potjes betaal je alles.
Je kan de bekende 50-30-20 regel als uitgangspunt nemen. Dat is 50% voor vaste kosten (denk aan wonen, zorgverzekering, vervoer etc.), 30% dagbesteding (uitjes, kleren) en 20% om te sparen. Deze richtlijn werkt niet voor iedereen. Vind uit wat het beste werkt voor jou.
De partner met het hoogste inkomen betaalt de rest van de gezamenlijke uitgaven.Ieder de helft.Je deelt alle kosten door twee. Deze manier is alleen aan te bevelen als de partner met het laagste inkomen dan nog genoeg overhoudt voor zijn of haar persoonlijke uitgaven.
Betalen jij en je partner allebei de helft van de vaste lasten of verdelen jullie die naar rato? Beide methoden klinken eerlijker dan ze zijn, zegt fiscaal econoom en financieel planner Jacqueline van der Vorm. Het eerlijkst is volgens haar de 'zakgeldmethode', maar juist die komt het minst vaak voor.
Misschien willen je ouders wel dat je kostgeld gaat betalen, of je doet dat al. Maar ook als je kostgeld betaalt, zijn je maandlasten waarschijnlijk lager dan die van je uitwonende studiegenoten. Gemiddeld was het kostgeld dat een thuiswonende student aan zijn of haar ouders betaalt € 207 (Bron: Nibud, 2021).
Je draagt ieder de helft De gezamenlijke kosten 50-50 verdelen is het eerlijkst als jij en je partner ongeveer hetzelfde inkomen hebben. Als de ene partner meer verdient dan de andere, dan kan je de gezamenlijke rekening naar rato van het inkomen Zo worden de kosten eerlijk gedragen.
Een absoluut minimum voor een alleenstaande is 980 euro per maand. Een koppel blijkt 32 procent meer nodig te hebben dan een alleenstaande, namelijk 1.296 euro. Bij een koppel met twee oudere kinderen (8 en 15 jaar) is dat 2152 euro. Dat is het minimum, zonder extra kosten.
Over het algemeen spenderen gezinnen zonder kinderen gemiddeld tussen de €350 en €500 per maand aan boodschappen. Voor gezinnen met één kind kan dit bedrag stijgen naar €450 tot €600, terwijl gezinnen met meerdere kinderen mogelijk tussen de €600 en €800 of meer moeten uitgeven.
Alleenstaand persoon - Voor een individu is een budget van € 50,- tot € 70,- per week meestal voldoende. Stel zonder kinderen - Een budget van € 100,- tot € 120,- per week is vaak passend. Gezin met 1 à 2 kinderen - Voor een klein gezin kun je rekenen op een budget van € 105,- tot € 150,- per week.
Daarom is het advies van het Nibud: spaar iedere maand 10 procent van je netto inkomen. Verdien je, laten we zeggen, 2000 euro netto per maand, dan zou je dus het beste elke maand 200 euro op je spaarrekening moeten zetten.
Hoeveel spaart het gemiddelde Nederlandse huishouden? Een gemiddeld Nederlands huishouden had aan het begin van 2023 ongeveer € 50.000 aan spaargeld. Dit klinkt als een flinke som. Toch had 20% van de huishoudens in 2012 nog helemaal geen buffer en 20% een te kleine buffer voor hun salaris en leefomstandigheden.
Huishoudens hebben gemiddeld ruim 49.500 euro aan spaargeld. Dit is echt heel scheef gedeeld. De doorsnee waarde van het spaargeld van een huishouden is ruim 20.100 euro.
De FIRE-beweging maakt gebruik van de 4% regel om te bepalen wanneer je financieel onafhankelijk bent. Volgens deze regel ben je financieel onafhankelijk als jouw jaarlijkse uitgaven niet meer dan 4% bedragen van je geïnvesteerd vermogen.
Toch is er één algemene vuistregel die voor iedereen geldt: spaar iedere maand 10 procent van je inkomen na belastingen. Met andere woorden, als je een netto-inkomen van 2.000 euro hebt, stort je eigenlijk best 200 euro per maand opzij via je spaarrekening.
De 80 20 regel en je werk
80% van de omzet komt van 20% van de klanten. Bepaal dus aan welke klanten je vooral de juiste aandacht moet besteden. 80% van de resultsten wordt door slechts 20% medewerkers gerealiseerd.
Gemiddelde maandelijkse kosten voor boodschappen
Op basis van de tabel van het Nibud (de cijfers van 31 juli) komen wij uit op de volgende gemiddelde boodschappenkosten per maand: 1 persoon: € 266,64. 2 personen: € 484,80. 3 personen: € 536,09 of € 606,26 (1 kind van 4-8 jaar vs.
Volgens de organisatie geven we gemiddeld € 1.600 per jaar uit aan kleding en schoenen. Daarvan gaat € 1.270 naar kleding en iets meer dan € 300 naar schoenen. Dat komt dus neer op een bedrag van omgerekend € 134 per maand. Ook het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) doet onderzoek naar ons bestedingspatroon.
Gezinnen waar de referentiepersoon 40 tot 49 jaar is, gaven het meest uit (bijna 38.000 euro of 3.160 euro per maand. Twintigersgezinnen gaven een kleine 29.000 euro uit (2.411 euro per maand). Zestigplusgezinnen consumeren het minste: gemiddeld 27.715 euro per jaar of 2.310 euro per maand.
Als het nodig is, maak je gebruik van geld uit je buffer. Hiervoor is dit bedrag ook bedoeld. Om je buffer op te bouwen én op peil te houden, adviseert het Nibud om minimaal tien procent van je netto maandinkomen te sparen. Zo vul je het bufferbedrag telkens weer aan.
"In het ergste geval moet je dan geld gaan lenen en dan kan je in de schulden raken." De belangrijkste tip van Verdegaal: "Zorg ervoor dat je altijd een buffer hebt van het liefst vier keer je vaste maandelijkse uitgaven. Dan word je gelukkiger, je ervaart minder stress en makkelijker voor een oplossing zorgen."
Het modaal inkomen in 2024 ligt op €44.000 euro bruto per jaar (CPB, Augustusraming 2023). Dit bedrag is inclusief vakantiegeld.
Kosten verdelen: naar rato berekenen
Stel je verdient 55% van jullie gezamenlijke inkomen, dan betaal je ook 55% van de kosten die jullie samen hebben. Het voordeel van deze verdeling is dat de partner die het minst verdient ook geld overhoudt voor zijn of haar eigen uitgaven.
Kosten verdelen: allebei de helft
Een relatief eenvoudige manier om de kosten te verdelen is door allebei de helft te betalen. Kostte het etentje € 100? Dan betalen zowel jij als je partner € 50. De keuze om alle gezamenlijke kosten 50-50 te verdelen is het eerlijkst wanneer jullie ongeveer hetzelfde inkomen hebben.
Want: samenwonen is goedkoper dan alleen wonen. Je kunt de hoogste lasten (huur, elektriciteit etc.) namelijk delen! Volgens een Amerikaans onderzoek was dit voor maar liefst 22% van de mensen tussen de 18 en 34 jaar oud dan ook de reden om samen te wonen.