Alternatieve methodes om aardappelen kiemvrij te bewaren is ze onderbrengen in gekoelde ruimtes tussen de 5 en 7 graden; of ze behandelen met een plantaardig middel op basis van muntolie of karwijolie. Dat is het geval voor biologisch geteelde aardappelen waar geen chemische producten mogen op gebruikt worden.
Deze ontstaan door verschillende oorzaken. De twee grootsten zijn het opslaan op een te warme plek en het te lang bewaren van de aardappel. Om te voorkomen dat uw aardappel scheuten krijgt luidt ons advies om de aardappelen altijd op een koele en donkere plek te bewaren, zoals een schuur of kelder.
Aardappelen bewaren doe je daarom best op een koele (tussen 2 en 10 °C), donkere, droge en goed verluchte plaats (bv. kelder (kast)) in een geperforeerde papieren zak, een net of een open mand. Schud ze af en toe om. Bewaar aardappelen nooit in de koelkast.
Vroeger werden aardappels in grote hoeveelheden onder de grond bewaard, omdat er nog geen gekoelde magazijnen waren. Ze werden in een speciale ruimte gelegd zodat ze nog lang mee konden.
Wanneer u aardappelen al geschild heeft en deze nog wilt bewaren kan dit wel in de koelkast. De aardappelen blijven dan nog twee dagen goed.
Bewaar uien niet samen met aardappelen. Doe je dit wel, dan zullen de aardappelen sneller gaan rotten. Vermijd de koelkast als de uien ongeschild zijn. Uien nemen namelijk makkelijk vocht op en dat is in overvloed aanwezig in de koelkast.
Ongekookte, geschilde aardappelen kan je, ondergedompeld in water, tot 2 dagen bewaren in de koelkast. Opgelet, de kwaliteit van de aardappelen gaat op deze manier wel snel achteruit. Kook ze eerder mee en bewaar je restje nadien in de koelkast.
Waar halverwege de vorige eeuw nog vele handen hielpen bij het looftrekken van aardappels om het blad te doen afsterven, wordt loof tegenwoordig vooral doodgespoten. Met metingen kan de hoeveelheid gif beter worden afgestemd op de fase waarin de plant zich bevindt.
Nateelt. Als je de aardappelen begin juli gerooid hebt, dan kun je op de vrijkomende grond nog andere groenten planten. Dat heet een nateelt. Dat moeten dus planten zijn die snel groeien , want er is niet zoveel tijd meer voor de herfst en de winter begint.
Het beste, en bij de groenteboer of boer kun je ze vaak zo kopen, zijn de jute zakken die vooral bij grotere hoeveelheden gebruikt worden. Aardappelen niet in de koelkast bewaren dat is eigenlijk net te koud. Het beste in een speciale bewaarbox of in een jute zak, en dan ook nog in de donkere kelder.
Ja hoor eet ze gerust, maar snij de uitlopers wel ruim uit. Op plaatsen waar uitlopers groeien, zit namelijk de natuurlijke gifstof solanine. Deze stof breekt niet af tijdens koken. Je kunt er allerlei klachten van krijgen, zoals buikpijn, diarree of koorts.
Aardappelen Invriezen en bewaren. Aardappelen invriezen, en we begrijpen dat hier een aantal lezers bij zullen fronsen, is een prima methode om aardappels langer houdbaar te maken. Maar je kunt geen rauwe aardappelen invriezen, ze moet voor de tijd kort gekookt worden.
Uitlopers ontstaan wanneer je een aardappel te lang of te warm bewaart. Als je aardappel uitlopers heeft, hoef je die niet meteen weg te gooien. Het is voldoende om ze te verwijderen en de ogen rond de uitlopers weg te snijden. Die bevatten namelijk solanine, een toxische stof die ook bij het koken niet verdwijnt.
Aardappels bereiden & bewaren. Ongeschild blijven aardappelen op een koele (8-10°), donkere plek 2-3 weken goed. Bewaar de aardappels in een papieren zak, een doos of een mandje: in een plastic zak ontkiemen of schimmelen ze eerder. De kwaliteit van aardappels neemt wel af naarmate je ze langer bewaart.
Bewaar de aardappels maximaal 24 uur in de koelkast.
Zorg dat je het water de volgende dag uit de kom giet als je de aardappels in de oven of frituurpan wilt bereiden. Als je aardappels langer dan een dag in water bewaart, kunnen ze zich volzuigen met water, waardoor de smaak en textuur kunnen veranderen.
Om een mooie aardappelplant te bekomen, zet je een aardappel met uitlopers in de grond. Die uitlopers worden het begin van je nieuwe plant. Wanneer je de uitgelopen aardappel met aarde bedekt en water geeft, groeit hij vanzelf naar het licht.
kalk strooien op aardappelland wordt afgeraden, aardappelen vertonen dan eerder schurftplekken op de schil. Dit is overigens niet gevaarlijk voor de consumptie.
Hoofdgewassen waar geen voor- of nateelt mogelijk is, zijn: winterwortel, witloof, knolselder, pastinaak, schorseneer, rode biet en late aardappelen. Aardbeien worden in het najaar gepland, dit kan na een aardappelteelt.
Aardappelloof, tomatenloof, courgetteloof etc. kan mits gezond prima op de composthoop. Zieke planten kunnen mits de temperatuur hoog genoeg wordt op de hoop. Beter is dit niet te doen als je niet 100% zeker bent dat je de vereiste temperatuur haalt.
'Het loof van de aardappel wordt verhit door de vlammen onder de brander. Het is de vlam die het werk doet, maar ook de infraroodstraling van het vuur die er voor zorgt dat het sap in de cellen van het blad gaat koken en de celwanden doet knappen. Zo doden wij het aardappelloof. '
Waarom loofklappen? Loofklappen is nodig om te voorkomen dat er bij het rooien grote hoeveelheden loof verwerkt moeten worden. Dit kan leiden tot knolverlies en dat er veel loof mee komt de bewaarplaats in.
Schil je de aardappelen alvast voor een andere dag? Bewaar de geschilde (en gesneden) aardappelen in een afsluitbaar bakje en vul deze verder met flink water zodat ze helemaal onder staan. Deksel erop en klaar!
Ja, groene, bruine en beurse plekken en uitlopers moet je goed wegsnijden uit aardappels. In de uitlopers van oudere aardappelen en in de schil van onrijpe aardappelen kan namelijk de stof solanine voorkomen. In grote hoeveelheden is deze stof giftig voor de mens.
Krijg je visite? Mik dan op 250 gram ongekookte aardappelen per persoon. Dit is het gemiddelde voor een volwassene. Gebruik voor een grotere eter 300 gram aardappelen.