Beperkte interessesVeel kinderen met autisme hebben een duidelijke voorkeur voor bepaald spel. Zij kunnen daarin ook doorschieten en alleen hiervoor interesse hebben. Een voorbeeld is een kind dat alleen geïnteresseerd is in molentjes, bij een ander kind zijn het dino's.
Kinderen met autisme spelen niet zoals andere kinderen. Om met andere kinderen te kunnen spelen, moet een kind kunnen communiceren en sociaal gedrag kunnen begrijpen. Het moet ook verbeelding hebben om de werkelijkheid na te spelen. Gewone kinderen zijn in de ogen van kinderen met autisme vaak onvoorspelbaar.
Het komt vaak voor dat sommige kinderen met autismespectrumstoornis (ASS) zeer beperkte speelvaardigheden hebben . Dit kan betekenen dat een kind met slechts een paar speeltjes speelt, op een repetitieve manier speelt of niet met speeltjes speelt zoals de meeste kinderen doen.
Vaak hebben kinderen met autisme moeite met sociale contacten. Hier helpen rollenspelen goed bij. Samen spelen met poppen, bouwen, theeserviesje, keukentje, muziek maken, auto's... hiermee kunnen kinderen op een speelse manier contact maken met andere kinderen of met volwassenen.
Voor kinderen met autisme kan het dus heel goed zijn om speelgoed te kiezen dat helpt om de zintuiglijke prikkels te verwerken. Dit wordt ook wel sensorisch speelgoed genoemd. Hierbij kun je denken aan een voelspel, een muziekinstrument of interactieve vloertegels die oplichten als je er op gaat staan.
We spraken met Dr. Paige Siper, PhD, die hoofdpsycholoog is bij het Seaver Autism Center for Research and Treatment in Mount Sinai. Ze herinnert ons eraan dat zelfs simpele dingen zoals Play-Doh, kinetisch zand of stickers geweldig kunnen zijn voor kinderen met autisme.
Veel kinderen met autisme fladderen of springen heel opvallend. Of ze roepen woorden of maken piepende geluiden. Je zou denken dat ze er gelukkig van worden maar in tegendeel het is een uiting van stress/spanningen of overprikkeling of onderprikkeling.
Autistische kinderen spelen anders dan niet-autistische kinderen. Ze houden er vaak van om acties steeds opnieuw te herhalen en objecten op een rij te zetten. Ze spelen meestal liever alleen en vinden het lastig om met anderen aan dezelfde taak te werken.
Zorgen. Als je merkt dat je kind je weinig aankijkt, niet graag knuffelt, laat begint met praten, weinig interesse toont in anderen en weinig behoefte heeft om dingen te delen of samen te doen, kan dit wijzen op autisme. Ook kan je kind gevoeliger of juist minder gevoelig zijn voor prikkels zoals licht, geluid of pijn.
De spelontwikkeling verloopt in vier opeenvolgende fasen; manipulerend spel, combinerend spel, functioneel spel en symbolisch spel.
A: Hoewel mensen met autisme zich snel kunnen vervelen, is dat niet per se direct gekoppeld aan autisme . Andere factoren kunnen van invloed zijn op hoe snel iemand zich verveelt, waaronder depressie, hobby's en routines.
Denk aan spelletjes die je kind samen met jou of met vriendjes kan doen, als domino, kwartet of memory. Maar ook bijvoorbeeld samen spelen met poppen en auto's en verkleedspelletjes. Speelgoed om mee te bewegen en de motoriek te verbeteren, zoals een bal, springtouw, loopfiets of Wobbel, kralen rijgen, punniken.
Een van de tekortkomingen die worden waargenomen bij autismespectrumstoornis (ASS) is een verstoord fantasierijk spel . Een vorm van fantasierijk spel die veel voorkomt bij normaal ontwikkelende (TD) kinderen is het hebben van een denkbeeldige metgezel (IC). Het voorkomen van IC's is niet uitgebreid onderzocht bij kinderen met ASS.
Persisterende vuistjes, weinig variatie in het bewegingspatroon, een te lage spierspanning: allemaal zaken die kunnen duiden op een afwijkende motorische ontwikkeling. Zo zijn er nog veel meer signalen om aan de bel te trekken. Kinderen maken na hun geboorte in hoog tempo stappen in hun motorische ontwikkeling.
Geen interesse hebben in communiceren
Communicatie komt bij kinderen met autisme doorgaans niet spontaan tot stand, maar moet continue worden gestimuleerd. Ze praten rond hun derde levensjaar nog erg weinig of niet.
Mensen met autisme ervaren heftiger wat ze horen, zien, ruiken, proeven en voelen. Ze hebben vaak moeite met veranderingen.Contact maken met andere mensen gaat vaak moeilijk. Autisme is aangeboren.
Kinderen krijgen de diagnose autisme gemiddeld als ze vijf jaar oud zijn.
70% van de mensen met autisme kampt op enig moment in zijn leven met klachten als een stemmingsstoornis/depressie, een angst- en/of dwangstoornis, posttraumatische stress-stoornis (ptss), burn-out of een persoonlijkheidsstoornis. Bij de algemene bevolking is dit 40%.
Overstimulatie. In onze moderne wereld zijn speelgoed vaak ontworpen om luid, fel en aantrekkelijk te zijn, soms tot het punt van sensorische overbelasting. Uw kind kan zich van zijn speelgoed afkeren, niet uit onverschilligheid, maar als een natuurlijke reactie op te veel stimulatie .
Wat kan er gedaan worden om de speelvaardigheden te verbeteren? Eén-op-één tijd: Creëer mogelijkheden voor uzelf en het kind om samen te spelen (bijv. voor het avondeten, aan het einde van elke dag) en activiteiten te doen die leuk zijn en die het kind leuk vindt .
Symptomen van autisme bij baby's en peuters kunnen zijn: Erg veel of net erg weinig huilen (geen communicatie zoeken). Spelen zonder 'joint attention'. Joint attention betekent dat de peuter/baby interactie zoekt met anderen tijdens het spelen.
Veel mensen met autisme geven aan grote moeite te hebben met het opmerken en interpreteren van non-verbale communicatie. Hierdoor kan het ontzettend lastig zijn om de boodschap die iemand probeert over te brengen, te begrijpen, wanneer diegene non-verbale signalen gebruikt en de dingen onduidelijk en indirect benoemt.
De zenuwen geven de signalen die vanuit de hersenen via het ruggenmerg komen door aan de spieren. Wanneer de zenuwen niet goed functioneren, kunnen de spieren op een afwijkende manier worden aangestuurd. Kinderen krijgen vaak een afwijkende voetstand en kunnen op hun tenen gaan lopen.