Wiens wordt gebruikt om terug te verwijzen naar een mannelijke persoon enkelvoud, wier om terug te verwijzen naar een vrouwelijke persoon enkelvoud en naar een meervoud. De man wiens fiets werd gestolen. De vrouw wier fiets werd gestolen.
Wiens fungeert tegenwoordig als neutraal verwijswoord. Wier is een verouderd woord. In 'de buurvrouw wier auto is gestolen' is wier van oudsher juist, omdat dat de vorm is waarmee je naar een vrouw moest verwijzen. Wiens was juist in 'de buurman wiens auto is gestolen': wiens verwijst namelijk naar mannen.
Wiens wordt gebruikt als het antecedent een mannelijk persoon enkelvoud is: de man wiens vader, de onderwijzer wiens lessen, de koning wiens dochter enzovoort. Wiens en wier worden vooral gebruikt in formele geschreven taal.
Wiens behoort tot het formele taalgebruik. Het is vlotter en gewoner om van wie te gebruiken. Dat is onder meer het geval in zinnen waarin wiens / van wie een betrekkelijke bijzin inleidt.
De aanwijzende genitief dier wordt al helemaal niet meer gebruikt, en eventueel door diens vervangen.” Diens is voor veel mensen nu inderdaad een neutraal woord, dat daardoor ook als genderneutraal verwijswoord voorkomt naast die, zoals in 'Raven van Dorst was te gast en die vertelde over diens nieuwe programma'.
Wiens wordt gebruikt om terug te verwijzen naar een mannelijke persoon enkelvoud, wier om terug te verwijzen naar een vrouwelijke persoon enkelvoud en naar een meervoud. De man wiens fiets werd gestolen. De vrouw wier fiets werd gestolen. De kinderen wier fiets werd gestolen.
Meestal wordt haar gebruikt als 'van haar, van die vrouw' bedoeld is en hun als 'van hen' bedoeld is. Diens wordt soms ook gebruikt als verwijswoord voor non-binaire personen of voor personen in het algemeen, als bezitsvorm van die. Het heeft dan de betekenis 'van die persoon'.
Which en that, de betrekkelijke voornaamwoorden die worden gebruikt voor dieren en objecten, hebben geen bezittelijke vorm, dus whose kan ook voor hun bezittelijke vormen worden gebruikt, zoals in "de film, waarvan ik de naam niet kan herinneren". Whose is in alle gevallen geschikt voor levenloze objecten, behalve wanneer het aan het begin van een vraag kan voorkomen : while " ...
Synoniemen: aan wie, aan wie, van wie, waarvan de, behorend tot welke persoon , meer...
Met het label 'formeel' worden varianten van het algemeen Nederlands aangeduid die door veel taalgebruikers als vormelijk ('ouderwets' of 'stijf') worden ervaren. 'Informeel' noemen wij die varianten die weliswaar correct zijn, maar toch als vormen van 'los' taalgebruik worden beschouwd.
Ja, 'uittesten' is een juist woord.
Daarnaast wordt zo'n in de standaardtaal gebruikt in de betekenis 'ongeveer'. Zulk een is een verouderde vorm. Het is aan te bevelen om zo'n te gebruiken in plaats van zulk een.
Zeker in spreektaal is dat gebruik heel gewoon. Ook in Nederland wordt gaan weleens gebruikt in combinatie met die werkwoorden, maar voor veel taalgebruikers is dat niet acceptabel. Standaardtaal in het hele taalgebied is zullen of de tegenwoordige tijd.
Het is allebei goed. Hele komt vooral voor in de spreektaal. In de woordgroep heel mooie appels is heel een bijwoord. Het dient om het bijvoeglijk naamwoord mooie te versterken.
Grootte is een zelfstandig naamwoord, zoals breedte, diepte, hoogte en lengte.Grote is de verbogen vorm van het bijvoeglijk naamwoord groot.
In Nederland wordt in het vrouwelijk enkelvoud en het meervoud ook weleens wie d'r gebruikt; ook dat is informeel: Dat is de vrouw wie d'r fiets werd gestolen; Dat zijn de kinderen wie d'r ouders een benzinestation hebben.
Degenen die whose vermijden met niet-persoonlijke antecedenten beweren dat het de genitief (bezittelijk) is van alleen het betrekkelijk voornaamwoord who. Ze gebruiken alternatieven zoals of which the , zoals in: "That's the car of which the alarm keeps wakeing us up at night." "That's the car the alarm of which keeps wakeing us up at night."
Het woord wiens staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
wier (zn) : waterplant, alg, zeegras, alge.
Wanneer het woord "wiens" als betrekkelijk voornaamwoord wordt gebruikt, kan het gevolgd worden door een persoon of een ding en kan het naar beide verwijzen.
We gebruiken who, whose en whom om uitspraken te doen over mensen; which om te verwijzen naar dingen; that om te verwijzen naar mensen of dingen. Voorbeelden: Dit is de man die het raam kapotmaakte.(who verwijst terug naar man) Ik heb een vriendin wiens moeder taxichauffeur is.(who verwijst terug naar vriend) Dit is de auto die ze voor haar zoon kocht.
levenloos . Levenloos beschrijft een levenloos ding. Stoelen, honkballen, kussens van banken en helaas ook sneeuwmannen zijn allemaal levenloze objecten.
Spreek je over iemand die je niet kent? Dan kan je die/hen/hun of die/die/diens gebruiken. Een non-binair persoon is geen man of vrouw. Daarom voelt die/hen/hun vaak beter voor hen.
Het woord doen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Genderneutraal taalgebruik is een vorm van inclusief taalgebruik waarin geen onderscheid tussen de genders of seksen/geslachten gemaakt wordt. Daarbij worden woorden vermeden die vooringenomen, discriminerend of denigrerend zouden kunnen zijn omdat een bepaald geslacht of gender de norm zou zijn.