Onder de Staten-Generaal verstaan we de Tweede en Eerste Kamer gezamenlijk. Formeel is er dan ook sprake van de Eerste Kamer der Staten-Generaal en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal .
De Staten-Generaal, bestaande uit de Eerste Kamer en de Tweede Kamer, vormen het parlement van Nederland en zijn het hoogste bestuursorgaan. De Staten-Generaal hebben, tezamen met de regering, de wetgevende macht in Nederland. Het is een overheidsorgaan dat zijn bevoegdheden heeft gekregen op basis van de Grondwet.
De Staten-Generaal: de Eerste en Tweede Kamer samen
De Eerste en de Tweede Kamer samen zijn de Staten-Generaal. De Eerste Kamer heet officieel dan ook Eerste Kamer der Staten-Generaal en de Tweede Kamer de Tweede Kamer der Staten-Generaal.
De Koning en de ministers vormen samen de regering. Het parlement (de Staten-Generaal) controleert de regering.Ministers leggen in het parlement verantwoording af over hun beleid.
De Staten-Generaal bestond uit afgevaardigden van alle zeven provincies en nam besluiten over zaken die de hele Republiek aangingen. Zij moest het over belangrijke beslissingen (zoals oorlog en vrede, het sluiten van bondgenootschappen en belastingen) unaniem eens zijn, maar mocht verder bij meerderheid besluiten.
De Staten-Generaal bestaat uit 225 leden. 150 leden vormen samen de Tweede Kamer en de andere 75 leden maken deel uit van de Eerste Kamer .
In Nederland bestaat het parlement dus uit de Eerste Kamer en de Tweede Kamer samen. Dit zijn politici die (in)direct door het volk gekozen zijn en beleid maken voor het hele land. De Tweede Kamer telt 150 rechtstreeks gekozen leden.
In de Staten zaten vertegenwoordigers van de 17 Bourgondische landsdelen in de Lage Landen. Van 1588 tot 1795 waren de Staten-Generaal de vergadering van de Republiek der zeven Verenigde Provincies (Gelderland, Holland, Zeeland, Utrecht, Friesland, Overijssel en Stad en Lande (Groningen)).
De wetgevende macht. In Nederland zijn dat de regering en de Staten-Generaal (Eerste en Tweede Kamer) (Art. 81 GW). In België is dit het federale parlement (de Kamer van volksvertegenwoordigers en de Senaat) voor de nationale beleidsdomeinen.
Nederland heeft geen scheiding der machten in klassieke zin. Volgens de grondwet delen de Staten-Generaal en de regering (koning en ministerraad) samen de wetgevende macht. Daarnaast moet bij wetgeving advies gevraagd worden aan de Raad van State. De uitvoerende macht ligt bij de regering.
De koning kan dus weigeren een wet te ondertekenen, maar alleen wanneer een minister bereid is hiervoor de politieke verantwoordelijkheid op zich te nemen. Dit komt erop neer dat een koninklijk veto eigenlijk een regeringsveto is.
De Eerste Kamer heeft bijvoorbeeld nog nooit gebruik gemaakt van het recht van enquête, en slechts zelden van het recht van interpellatie, het recht om een bewindspersoon direct ter verantwoording te roepen in de Kamer. Ook stelt de Eerste Kamer minder schriftelijke vragen dan de Tweede Kamer.
Ontstaan. In 1386 richtte Filips de Stoute (r. 1384-1404) in Rijsel een Raadkamer voor financiële en juridische aangelegenheden voor Vlaanderen, Artesië, Antwerpen en Mechelen in. Dit bovenregionale orgaan was een kiem waaruit later de Staten-Generaal van de Nederlanden zou groeien.
De regering bestaat uit de Koning en alle ministers.Het kabinet bestaat uit alle ministers en alle staatssecretarissen.
Kiessysteem. De leden van Provinciale Staten en van de kiescolleges voor de Eerste Kamer brengen op de verkiezingsdag hun stem uit. De kandidaten staan per partij op één of meer lijsten. Zie Eerste Kamerverkiezingen 2023 voor de stemwaarden bij de meest recente verkiezingen.
Het Catshuis, de ambtswoning van de Nederlandse minister-president in Den Haag. De minister-president wordt bij koninklijk besluit benoemd en ontslagen (artikel 43 van de Grondwet).
Het parlement (ook wel Staten-Generaal) controleert het beleid van de regering (de Koning en de ministers). Ook heeft het parlement een wetgevende functie. Een wet gaat pas in als de Eerste en de Tweede Kamer het wetsvoorstel hebben aangenomen.
Macht heeft de koning niet. Voor het uitvaardigen van wetten en besluiten zijn de handtekening van zowel de koning als een minister nodig. De minister(s) zijn verantwoordelijk. De positie van de koning en de opvolging zijn geregeld in de Grondwet, vandaar dat in Nederland sprake is van een 'constitutionele monarchie'.
Het verrichten van taken die andere delen van de samenleving niet of onvoldoende behartigen. Het voortbrengen van goederen en diensten waaronder collectieve goederen.Het reguleren van de markt en het corrigeren van marktfalen. De overheid is het uitvoerend apparaat van de Staat.
Een raadpensionaris was de belangrijkste ambtenaar en financieel- en juridisch adviseur van de Staten van Holland en Zeeland. Hij leidde de afgevaardigden van Holland en Zeeland naar de landelijke Staten-Generaal.
Het woord regent zegt wat de heren deden, regeren. Ze waren burgemeester of vroedschap, zaten in waterschapsbesturen en werden afgevaardigd naar de Staten in Den Haag; daar werd beslist over oorlog en vrede. De regenten waren machtig omdat ze rijk waren. In Amsterdam vormden ze zelfs een gesloten stand.
De Kamer van Volksvertegenwoordigers is een deel van het federale parlement: De volksvertegenwoordigers worden rechtstreeks verkozen. De kamer bestaat uit 150 volksvertegenwoordigers. De leden worden verkozen om de 5 jaar tenzij vervroegde verkiezingen worden georganiseerd na de val van een regering.
De naam is afgeleid van het Franse parler, wat "praten" betekent; een parlement is een gesprek, een discussie, dus een vergadering waar mensen discussiëren over zaken. Een volksvertegenwoordiging heet alleen parlement in een parlementair systeem, haar tegenhanger in een presidentieel systeem wordt congres genoemd.
De regering maakt wetten in samenwerking met de Eerste en Tweede Kamer (wetgevende macht).