Spreekwoorden: (1914) De (of zijne) vingers (of zich) branden, 'zich (onwetend) aan iets vergrijpen en daarvoor boeten, zich door onvoorzichtigheid in moeilijkheden wikkelen, zich bedrogen vinden in een koop, tegen de wet handelen'1); hetzelfde als het lat.
Wie z'n billen brandt, moet op de blaren zitten. Het spreekwoord wil zoveel zeggen als: 'Als je iets doms doet, moet je de gevolgen dragen. En het liefst zonder klagen'.
Een harde noot kraken.
Een grote moeilijkheid oplossen.
Onboarding heeft betrekking op alles wat te maken heeft met het onthaal van een nieuwe werknemer. Dat proces start vanaf het moment dat de persoon zijn/haar contract getekend heeft en loopt meestal zes maanden tot een jaar na de eerste werkdag.
Wie z'n billen brandt, moet op de blaren zitten. One must lie in the bed one has made.
Dit spreekwoord wil zeggen dat iemand die een karwei niet hoeft te doen en alleen maar toekijkt, vaak wel beter dan de uitvoerder(s) denkt te weten hoe het moet worden aangepakt.
Met den mond vol tanden staan (of zitten), d.w.z. niets zeggen ter verdediging, geen woord kunnen uitbrengen, beteuterd zijn; syn.
'Ieder huisje heeft zijn kruisje' betekent: 'in ieder gezin of iedere familie is (ook) narigheid'. Deze uitdrukking komt al vanaf de zeventiende eeuw voor. Varianten zijn 'Elk huisje heeft zijn kruisje' en 'Ieder/elk huis heeft zijn kruis.
367. Zoete broodjes bakken. Men bezigt deze uitdr. wanneer iemand zich eerst over het een of ander sterk uitlaat, en naderhand zich gedwee en inschikkelijk toont (Weiland).
Wie z'n billen brandt, moet op de blaren zitten. On récolte ce que l'on sème.
Hemd kan verwijzen naar: Onderhemd, een kledingstuk voor het bovenlichaam, op de blote huid gedragen. Overhemd, een kledingstuk voor het bovenlichaam dat over iets anders (ondergoed) gedragen wordt.
De uitdrukking 'zijn neus ophalen', betekent dat men hetgeen waarmee hij of zij wordt geconfronteerd, minderwaardig acht. Wanneer iemand ergens 'zijn neus voor ophaalt', wordt dit over het algemeen als een hooghartig gebaar opgevat.
Spreekwoorden met ruggen.
Spreekwoord: Het geld groeit me niet op de rug. Betekenis: Er moet hard gewerkt worden voor het geld.
Keulen en Aken zijn niet op één dag gebouwd - dit betekent: 'je kunt niet alles ineens doen, alles heeft zijn tijd nodig'; 'iets groots tot stand brengen is nu eenmaal een zaak van lange adem'.
Een cent was toen wel aanzienlijk meer waard dan tegenwoordig, maar zo'n fluitje was toch een eenvoudig dingetje. Het is een fluitje van een cent betekende 'het is zo gemakkelijk als het spelen op een fluitje van een cent', en vandaar 'het is een makkie (in het algemeen)'.
Het spreekwoord betekent 'iets in de gaten houden'. Als je een oogje in het zeil houdt, let je op iets of iemand en ben je zorgvuldig aan het waarnemen. Al in de late Middeleeuwen werd het gebruikt: 'Oog in het seil houden'. Het 'zeil' in het spreekwoord komt uiteraard van de zeevaart.
Spreekwoorden: (1914) Zich de kaas niet van het brood laten eten, d.w.z. zich goed kunnen verdedigen, geen stumperd zijn, haar op de tanden nemen, zich het gras niet van onder de voeten laten maaien; zijn pottagie niet laten nemen, zooals vroeger ook gezegd werd1). Eig.
Dit gezegde bedoelt dat alles geld of moeite kost, behalve als het van de zon komt. De zon krijgen we elke dag voor niets, maar voor onze (nieuwe) omzet zullen we moeite moeten doen.