Iedereen die op de openbare weg geen gebruik maakt van een motorvoertuig is een zwakke weggebruiker. Denk maar aan voetgangers, fietsers, rolstoelgebruikers, ruiters, steppers enzovoort. Een zwakke weggebruiker moet zich zelfs niet op de weg bevinden om als zwakke weggebruiker beschouwd te worden.
Iedereen die op de openbare weg geen gebruik maakt van een motorvoertuig wordt daarom aanzien als een 'zwakke weggebruiker'. Denk maar aan voetgangers, fietsers, rolstoelgebruikers, steppers, .... Ook als passagier val je in deze categorie.
Bestuurders mogen zwakke weggebruikers niet in gevaar brengen en moeten hun in de meeste gevallen voorrang verlenen. Zo moeten bestuurders bijvoorbeeld stoppen aan een zebrapad. Ook moeten ze extra aandachtig zijn in speelstraten of op oversteekplaatsen voor fietsers en voetgangers.
Een scooter wordt volgens de Nederlandse wetgeving ook als een gemotoriseerd voertuig gedefinieerd. Hierdoor genieten zwakkere weggebruikers, denk maar aan fietsers of voetgangers, extra bescherming.
De bestuurder van een elektrische fiets wordt gelijkgesteld met de bestuurder van een rijwiel en is altijd een zwakke weggebruiker. Hij moet zich in het verkeer gedragen zoals een fietser, zonder verplichte helm, zonder rijbewijs en zonder verplichting om een B.A.-autoverzekering af te sluiten.
Wie is aansprakelijk voor mijn verkeersongeluk? De persoon die het ongeluk veroorzaakt, moet de schade betalen. Hebben meer mensen schuld aan het ongeluk, dan betalen zij elk een deel van de schade. Voor fietsers, voetgangers en kinderen gelden bijzondere regels.
Voor alle duidelijkheid: als je fietst, ben je een bestuurder die deelneemt aan het verkeer. Als je de fiets aan de hand hebt, ben je een voetganger. Enkel een voetganger heeft voorrang op een voetgangersoversteekplaats.
Bestuurders zijn alle weggebruikers, behalve voetgangers. Dus een fietser die links afslaat, moet een auto die dicht achterop komt en rechtdoor gaat, voor laten gaan.
voorrang verlenen aan de fietsers en andere weggebruikers (zoals bv. skaters of rolstoelgebruikers) die op het fietspad rijden , ook al kom je als bestuurder zelf van rechts ten opzichte van wie zich op het fietspad bevindt. Dit is een belangrijke uitzondering op de algemene regel 'voorrang van rechts'.
Oversteken
Aan een zebrapad moet je van je fiets stappen om voorrang te krijgen. Voorrang op zebrapaden is enkel voorbehouden aan voetgangers. Steek je al fietsend het zebrapad over, dan moet je dus zelf voorrang verlenen.
Wanneer ben ik precies een kwetsbare verkeersdeelnemer? Voetgangers en fietsers worden gezien als kwetsbare verkeersdeelnemers. Let op: artikel 185 WvW geldt alleen als zij in een ongeval met een gemotoriseerd voertuig terecht komen! In een ongeval tussen een voetganger en een fietser is hier dus geen sprake van.
Veel mensen zullen niet eens weten wat een uitritconstructie eigenlijk is, al komen ze er dagelijks over. En dat betekent nogal wat: volgens de verkeersregels in Nederland moet iedereen die een uitrit verlaat al het kruisende verkeer voorrang verlenen, zelfs voetgangers.
Als je haaientanden nadert, ben je niet verplicht te stoppen, maar let op dat er geen ander verkeer aanwezig is. Dan alleen mag je doorrijden. De haaientanden komen vooral in straten waar er verkeerslichten zijn. In geval de verkeerslichten uitvallen moet er dus naar de haaientanden gekeken worden.
Voorrangsregels. Voorrangsregels gelden voor alle bestuurders, dus ook voor fietsers. Voetgangers vallen niet in de categorie bestuurders, maar wel in de categorie verkeer en verkeersdeelnemers. De voorrangsweg wordt aangegeven door haaientanden en/of door voorrangsborden.
Als je links of rechts wilt afslaan, moet je altijd je hand uitsteken. rechterhand uit. iemand op de rechterstoep en/of rechts op de rijbaan loopt. In dat geval geldt de regel: rechtdoor op dezelfde weg gaat voor: je moet de voetganger dan voor laten gaan, voordat je afslaat.
De korte bocht gaat voor de lange bocht. Als jij afslaat naar rechts, zal degene die naar je toekomt en dezelfde weg in wilt, en dus linksaf slaat, jou voor moeten laten gaan. Jij gaat naar rechts: korte bocht, hij gaat naar links: lange bocht. Een tram heeft altijd voorrang.
Is er geen fietspad, dan mogen fietsers op de gelijkgrondse bermen en op de parkeerstroken rijden, of op de rijbaan. Ze mogen ook op de bijzondere overrijdbare bedding of in de busstrook rijden indien het symbool van een fiets op het betrokken verkeersbord afgebeeld staat.
“Er geldt een aantal basisregels in het verkeer. Zo moeten voetgangers gebruikmaken van een trottoir of voetpad. Als dit niet beschikbaar is, mag er op het (brom-)fietspad gelopen worden. Ontbreekt ook een fietspad, dan mag de voetganger gebruikmaken van de berm of de uiterste zijde van de rijbaan.
Iemand die met een paard of een pony loopt, is een bestuurder. ders, maar onder de categorie voetgangers. de hand is geen bestuurder, maar een voetganger. is van een dubbele bediening, valt onder de categorie bestuurders.
De wet geeft aan: 'Als er geen trottoir of fietspad is, gebruiken voetgangers de berm of de uiterste zijde van de rijbaan'. De wet schrijft niet voor of zij links of rechts van de rijbaan moeten lopen. Ook wie voor wie aan de kant moet, is niet voorgeschreven.
Volgens de wet is de achterop rijdende auto, die achterop uw auto botst, vrijwel altijd schuldig. Uitzonderingen zijn situaties waarin u uw voorganger 'snijdt' als u van rijbaan wisselt of inhaalt. Ook wanneer u plotseling hard remt zonder verkeersnoodzaak kunt u de schuld krijgen van een aanrijding van achteren.
In de wet staat dat degene die een onrechtmatige daad begaat (in dit geval een verkeersfout) aansprakelijk is, en dus verplicht is de schade te betalen die de ander door die fout lijdt. Schuld en aansprakelijkheid worden soms met elkaar verward.
De wet beschermt voetgangers en fietsers bij een aanrijding met een voertuig. Ook als een voetganger of fietser schuldig is aan de aanrijding betaalt de bestuurder in ieder geval een deel van de schade; Bij een aanrijding tegen een stilstaand voertuig of voorwerp bent u meestal zelf schuldig.
Cadzand. In Cadzand zijn grote haaientanden gevonden, zoals van Megaselachus megalodon. De kust voor het Zeeuws-Vlaamse plaatsje Cadzand staat bekend als het rijkste haaientandenstrand van Nederland. Niet verwonderlijk, als je bedenkt dat Zeeland in een ver verleden een warme zee was waarin deze dieren rondzwommen.
Maar een van de dingen die u echt niet mag missen tijdens uw vakantie in Nieuwvliet is: haaientanden zoeken! Het strand van Zeeuws-Vlaanderen (Nieuwvliet, Cadzand en Breskens) staat er om bekend dat deze eeuwenoude fossielen hier te vinden zijn.