Het eenmalig forfait van 80 euro gaat om de levering van elektriciteit. Het wordt toegekend aan residentiële beschermde afnemers die op 30 september 2021 het sociaal tarief voor de levering van elektriciteit genoten.
Verlenging tot 31 maart 2023 van het tijdelijk recht op sociaal tarief (voor gas en/of elektriciteit) voor wie recht heeft op verhoogde tegemoetkoming voor gezondheidszorgen. Eerder was al beslist dat iedereen die recht heeft op het sociaal tarief automatisch een eenmalig forfait van 80 euro ('winterkorting') krijgt.
U kunt de energietoeslag aanvragen als u minder verdient dan € 1.310,05 (alleenstaande) of € 1.871,50 (samenwonend) per maand. Als u een bijstandsuitkering, IOAW-, IOAZ- of Bbz-uitkering ontvangt, dan krijgt u de toeslag automatisch. Energietoeslag ontvangen heeft geen gevolgen voor uw uitkering of toeslagen.
Ieder gezin dat op 31 maart 2022 een contract voor elektriciteit had, heeft recht op een verwarmingspremie van 100 euro. Dat besliste de federale regering een tijdje geleden. Normaal zou je die premie automatisch moeten ontvangen.
Mensen die een uitkering ontvangen, krijgen deze compensatie (als het goed is) in het eerste kwartaal van 2022 op hun rekening. De uitbetaling gaat via de gemeente waarin je woont; deze weet of je een uitkering krijgt of niet. Kom je in aanmerking, maar zit je niet in de bijstand? Meld je dan aan bij de gemeente.
Een laag inkomen is een inkomen dat niet hoger is dan 120% van het sociaal minimum. Dit houdt in dat de maximale netto bedragen per huishouden als volgt zijn: Voor alleenstaanden of alleenstaande ouders van 21 jaar en ouder is het maximale nettobedrag € 1322,18 per maand (inclusief vakantietoeslag);
Steeds meer mensen hebben moeite om hun energierekening te betalen. De overheid wil deze mensen graag helpen. Daarom krijgt iedereen die er recht op heeft een eenmalige energietoeslag. De energietoeslag is nu door het kabinet verhoogd van 800 euro naar 1.300 euro.
Huishoudens met een laag inkomen (op of net boven het sociaal minimum) krijgen via de categoriale bijzondere bijstand eenmalig een tegemoetkoming van circa 200 euro. Er is voor een generieke uitkering gekozen omdat maatwerk voor deze grote groep niet uitvoerbaar is voor gemeenten.
Eind 2021 maakte het vorige kabinet bekend € 3,2 miljard te steken in een verlaging van de energiebelasting. Ook werd een eenmalige energietoeslag van ongeveer € 200 per huishouden aangekondigd om de gevolgen voor mensen met een inkomen rond bijstandsniveau te verzachten. Dat geldt ook voor ouderen met lage inkomens.
Mensen met een bijstandsuitkering, een IOAW-uitkering of een IOAZ-uitkering krijgen de energietoeslag van 800 euro automatisch. Maar ook mensen met een inkomen van maximaal 120% van het sociaal minimum, hebben recht op de energietoeslag. Zij kunnen contact opnemen met de gemeente.
Voor wie is de energietoeslag bedoeld? Je hebt recht op de energietoeslag als je inkomen rond het sociaal minimum is. Het maakt daarbij niet uit of je dat geld krijgt omdat je een uitkering hebt of omdat het salaris is van je werk. Het sociaal minimum is het bedrag dat mensen nodig hebben om te leven.
De eenmalige energietoeslag kent geen vermogenstoets. Als u een eigen woning hebt en een laag inkomen (lager dan 120% van de op jou van toepassende norm), dan kunt u in aanmerking komen voor de eenmalige energietoeslag, mits aan alle overige voorwaarden wordt voldaan.
Elke huishoudelijke afnemer die op 31 maart 2022 een leveringscontract voor elektriciteit voor zijn woonplaats heeft, heeft recht op de federale verwarmingspremie van 100 euro.
Het sociaal tarief wordt alleen toegekend aan personen die bepaalde uitkeringen of tegemoetkomingen krijgen. Het sociaal tarief is geen vast tarief. Het is een zeer voordelig tarief tegenover de gewone tarieven. Wie recht heeft op het sociaal tarief, is een 'beschermde klant' of 'beschermde afnemer'.
Je hebt recht op het sociaal tarief als jij of een gezinslid gedomicileerd op hetzelfde adres. gewaarborgd inkomen voor bejaarden of een inkomensgarantie voor ouderen. leefloon of een levensminimum. inkomensvervangende tegemoetkoming.
Bij aanvragen in 2022 is dit dus met het inkomen van 2021. Dat moet lager zijn dan 20.292,59 euro, verhoogd met 3.756,71 euro per bijkomend gezinslid (wie als gezinslid wordt beschouwd, lees je op de pagina over het inkomen).
Je moet minstens 7 punten hebben om recht te hebben op een integratietegemoetkoming.
Vanaf 1 februari 2021 tot en met 31 december 2022 hebben personen die recht hebben op de verhoogde tegemoetkoming en een contract hebben afgesloten voor de levering van elektriciteit en/of aardgas voor eigen gebruik (residentiële afnemer) tijdelijk recht op het sociaal tarief.
Update 7 juli 2022: Het kabinet heeft 7 juli 2022 de energietoeslag verhoogd van €800 naar €1300. Veel huishoudens die mogelijk recht hebben op de energietoeslag van €800 en deze zelf dienen aan te vragen, hebben zich nog niet gemeld bij de gemeente.
Om te bepalen welke huishoudens risico lopen op armoede, hanteert het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) de lage-inkomensgrens. In 2020 lag deze grens op € 1.100 voor een alleenstaande. Het gaat hier om het bedrag dat een eenpersoonshuishouden te besteden heeft na aftrek van belastingen en premies.
Met een laag inkomen heeft u mogelijk recht op steun vanuit de Rijksoverheid en uw gemeente. Bijvoorbeeld met toeslagen, (bijzondere) bijstand, kwijtschelding van gemeentelijke belastingen, of een kindpakket (bijvoorbeeld een tegoedbon voor zwemles). Welke hulp u kunt krijgen hangt af van uw situatie.
Binnen 8 weken ontvangt u een brief waarin staat of u energietoeslag krijgt.
Hoeveel geld is genoeg per maand? Het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) deed een poging om een bedrag te noemen dat 'genoeg' is. En genoeg wil dan zeggen dat je geld genoeg hebt om van rond te komen. Volgens het SCP ligt het basisbehoeftenbudget van een zelfstandig huishouden op 971,-.
Huishoudens met een middeninkomen hebben een jaarinkomen tussen € 41.000 tot € 56.500 voor eenpersoonshuishoudens en tussen de € 45.000 en € 75.000 voor meerpersoonshuishoudens (prijspeil 2022). Dit zijn de landelijke inkomensgrenzen voor middeninkomens.