De onderhoudsplicht is wettelijk geregeld in het Burgerlijk Wetboek en voorziet in het levensonderhoud van wie behoeftig is. De kosten voor verzorging in een woonzorgcentrum zijn ten laste van de Vlaamse sociale bescherming. De bewoner krijgt de dagprijs doorgerekend.
Als een zorgbehoevende oudere zijn verblijf in het woonzorgcentrum niet (meer) kan betalen, dan komt het OCMW van de gemeente waar men woonde voor de opname tussen. 'Het OCMW kan kosten terugvorderen bij de familie.
Rusthuisbewoners en (zak)geld. Het is geen alledaagse connotatie voor velen onder ons, maar niettemin een belangrijk aandachtspunt voor de bewoners, de familie en de instelling waar ze verblijven. Ouderen die over voldoende middelen beschikken, betalen hun rusthuisopname in principe zelf.
Soms volstaan het pensioen en het spaargeld niet om de kosten van een woonzorgcentrum te betalen. In dat geval kan de bewoner zich richten tot het OCMW van de gemeente waar hij voor de opname ingeschreven was in het bevolkingsregister.
Hoe hoog is de eigen bijdrage? In eerste instantie betaalt iedereen die naar een verpleeg- of verzorgingshuis gaat de lage eigen bijdrage. Die verschilt van 174 euro tot 913,20 euro per maand (2022), afhankelijk van het inkomen en vermogen. Op de website van het CAK kunt u een proefberekening maken.
2018: 30.000 euro. 2019: 30.360 euro. 2020: 30.846 euro. 2021: 50.000 euro.
Daaruit blijkt dat de kostprijs van een verblijf in het woonzorgcentrum in 2021 gemiddeld 60,8 euro per dag bedroeg. Dat komt neer op een gemiddelde maandelijkse factuur van meer dan 1800 euro.
Want wie zijn huis verkoopt, heeft amper recht op steun, terwijl ouderen die hun huis houden en verhuren, wél kunnen aankloppen bij de overheid. Iedere maand een rusthuisfactuur betalen van net geen 2.000 euro, terwijl je pensioen vele honderden euro's minder bedraagt. Voor velen is het helaas de realiteit.
Opname rusthuis en/of opvangtehuis
Als de oudere onvoldoende middelen heeft, kan hij een beroep doen op het bevoegde OCMW voor een tussenkomst in de maandelijkse rusthuisfactuur. Het OCMW zal pas een tussenkomst verlenen indien na onderzoek blijkt dat de eigen middelen van de oudere niet volstaan.
Wil je vader of moeder niet naar een verzorgingshuis? Dan is een zorgwoning een goed alternatief. Bij deze woonvorm wordt een huis onderverdeeld in twee wooneenheden; eentje voor jouw gezin, en eentje voor je vader/moeder. Er bestaan ook mobiele zorgwoningen om in de tuin te plaatsen.
Anno 2021 liggen de prijzen gemiddeld tussen de €1.500 en €5.000 per maand en variëren per zorgvilla. De genoemde kosten betreffen de kosten voor het verblijf (woon- en servicekosten) en zijn exclusief de zorgkosten.
Een rusthuisbewoner betaalde vorig jaar gemiddeld 56,3 euro per dag, oftewel 1.690 euro per maand. Voor een maand in een eenpersoonskamer betaal je 1.710 euro, een tweepersoonskamer is 200 euro goedkoper.
Langer thuis wonen met hulp gemeente
De gemeente speelt een belangrijke rol bij het langer zelfstandig wonen. Als u het thuis niet meer alleen redt, kunt u bij de gemeente terecht voor advies en informatie. De gemeente bespreekt dan wat u nog wel zelf kunt.
Ouders zijn verantwoordelijk voor kinderen
Ouders zijn verantwoordelijk voor de verzorging en opvoeding van hun kinderen. Dat staat in de wet. Ouders betalen kosten van verzorging en opvoeding. Ouders betalen kosten van levensonderhoud en studie.
De wet voorziet geen uitzondering voor dit laatste geval. Het recht tot onderhoud is zonder meer een gevolg van de wettelijke familieband. Men kan dus niet zomaar afstand doen van de ouders of hen, zoals mij in de volksmond wel eens gevraagd wordt, 'afschrijven'.
Je moet de gemeente verwittigen dat je in een rusthuis gaat wonen. De gemeente beschouwt je dan als 'tijdelijk afwezig' zolang je in het rusthuis woont. Je wijzigt je domicilie naar het adres van je rusthuis.
Wie door ouderdom, aanslepende ziekte of een handicap veel zorg nodig heeft, krijgt van de Vlaamse Zorgkas een maandelijkse vergoeding. Voor wie ernstig en langdurig zorgbehoevend is, zoals wie in een woonzorgcentrum woont of thuis veel hulp en verzorging nodig heeft. Zorgbudget van 130 euro per maand.
Geen leeftijdsgrens. Er is geen minimum- of maximumleeftijd om dit zorgbudget te kunnen krijgen. Ook zwaar zorgbehoevenden jonger dan 25 jaar (en dus nog niet aangesloten bij de Vlaamse sociale bescherming) kunnen een aanvraag voor dit zorgbudget indienen bij een zorgkas naar keuze.
Dat gebeurt automatisch bij: wie een sociale uitkering krijgt (leefloon, inkomensgarantie ouderen (IGO), toelage voor personen met een handicap toegekend door de FOD Sociale Zekerheid)
Zoon of dochter koopt de naakte eigendom, terwijl de ouders het vruchtgebruik kopen. De ouders gaan in het pand wonen tot ze overlijden, of verhuren het (bijvoorbeeld als ze naar een rusthuis gaan). Ze mogen zelf de huurinkomsten houden.
Een woonzorgcentrum (de nieuwe benaming voor een rusthuis) biedt permanente opvang en verzorging aan ouderen. Al wie 65 jaar of ouder is, kan terecht in een woonzorgcentrum. In de praktijk is een woonzorgcentrum in de eerste plaats bedoeld voor wie echt niet meer thuis kan wonen.
Ja. Als je eigenaar bent van een woning, dan telt je woning mee als een vorm van inkomsten. Dat betekent niet dat je geen recht hebt op leefloon. Ook als je eigenaar bent van een huis of een appartement kan je leefloon krijgen als je aan de andere voorwaarden voldoet.
Laat uw ouder(s) inschrijven in minstens twee of drie rusthuizen. In de meeste rusthuizen kunt u kiezen tussen een actieve en een passieve wachtlijst. De eerste dient voor mensen die dringend opvang nodig hebben, de andere voor wie een plaats zoekt in een verdere toekomst.
bedlinnen • kledij van 100% wol • synthetisch ondergoed • kapstokken • waardevolle sieraden • open pantoffels. Bij een minimumverblijf van 2 weken word je kledij gewassen en gestreken door de wasserijdienst van het Woonzorgcentrum, op voorwaarde dat de kleding is voorzien van naamlintjes.
In de dagprijs zijn een aantal kosten verplicht inbegrepen, zoals de woongelegenheid, de maaltijden en de verpleging. Naast de dagprijs kan een woonzorgcentrum nog supplementen aanrekenen voor kosten zoals internet of telefonie.